GroenLinks-Kamerlid Tom van den Nieuwenhuijzen: “Het is heel belangrijk dat we als Nederland blijven staan voor de bescherming van mensenrechten en het klimaat. Nederland is als een van de grootste import- en exporteurs een belangrijke speler in de wereld en heeft veel invloed op handelsketens. De huidige convenanten zijn te vrijblijvend voor bedrijven en hebben niet het gewenste effect, daarom is deze wetgeving nodig.”
ChristenUnie-Kamerlid Joël Voordewind: “Het is bizar dat Nederlandse bedrijven anno 2021 via hun productieketens betrokken zijn bij moderne slavernij, dwangarbeid en milieuvervuiling. Nog extremer is dat de Nederlandse overheid hier soms actief toe aanzet."
”PvdA-Kamerlid Kirsten van den Hul: “Vakbondsrechten, vrouwenrechten en het milieu staan wereldwijd onder steeds meer druk. Daarom is het zo belangrijk dat bedrijven hun verantwoordelijkheid nemen. Helaas gebeurt dat nog te weinig. Maar waar geen wil is, is een wet!”
SP-Kamerlid Mahir Alkaya: “Onze bedrijven zou niet anders met mensen of de natuur elders in de wereld moeten omgaan, dan zij in Nederland zouden doen. Bedrijven die niet uit zichzelf verantwoord ondernemen en meewerken aan allerlei misstanden in de wereld, gaan we daarom hier in Nederland aanpakken.”
Mensenrechten belangrijker dan economische motieven
Meer dan 6500 mensen zijn omgekomen bij de aanleg van voetbalstadions, maar de regering moedigt bedrijven nog steeds actief aan om in Qatar rond het WK te investeren. Het is bovendien niet het enige voorbeeld van betrokkenheid van bedrijven bij mensenrechtenschendingen. Kleding gemaakt door onderdrukte Oeigoeren ligt gewoon in de Nederlandse winkels. Het duurde dertien lange jaren voordat Shell eindelijk aansprakelijk is gesteld voor olievervuiling in Nigeria. Mensen en milieu zijn het slachtoffer in de jacht van multinationals naar winst. Na jaren van vrijblijvendheid en vrijwilligheid is het tijd voor wettelijke verplichtingen. Met deze wet moeten bedrijven mensenrechtenschendingen en milieuschade uit hun productieketens bannen, zo niet, dan volgen er sancties.
Momenteel onderschrijven slechts 35% van de Nederlandse bedrijven de OESO-richtlijnen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Volgens de partijen is wachten op Europese wetgeving niet de oplossing. Dat gaat te lang duren, als die regels er überhaupt komen. Andere landen, zoals het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en recent Duitsland, zijn al eerder met bindende wetgeving gekomen. Het is nu tijd voor Nederland, aldus de partijen. Het voorstel volgt nauw de OESO-richtlijnen en zou daarmee naadloos passen in mogelijk toekomstige Europese wet- en regelgeving.