Femke Halsema's bijdrage aan het debat over de Algemene Politieke Beschouwingen.

Het gaf GroenLinks een rotschok, de begroting dit jaar. Nu is het elk jaar verbijten door de keuzes die het kabinet maakt, maar dit jaar spant de kroon!

Namelijk al op pagina 17 omhelst Minister Bos ‘TARA’

TARA; was dat nou nodig? Is dat nou fijngevoelig?

U zou toch kunnen weten dat dit bij GroenLinks een beetje gevoelig ligt. Zeker na een zomer waarin het verleden van sommige GroenLinksers de oorlog tussen Rusland en Georgië verdrong, hadden wij toch wel mogen rekenen op ietsje pietsje meer inlevingsvermogen..?

Heel fijn trouwens, om u - zonder reanimatie - gisteren zo’n levendig verhaal te horen afsteken.

Tara staat – zo bleek, in goed Nederlands – voor ‘There Are Real Alternatives’. De regering, bij monde van minister Bos verzet zich ertegen dat globalisering onvermijdelijk leidt tot een vechtsamenleving, een harde competitieve en Amerikaanse economie en de uitsluiting van velen.

De voortekenen zijn niet erg gunstig.

Onmiskenbaar brengt globalisering ons materiële welvaart. In een mooie lezing voor de Leidse Universiteit wees Minister Verhagen eerder op de keerzijde van de materiële voorspoed in vooral westerse landen. Hij stelt: ‘De risico’s van banen-verlies, milieudegradatie, klimaatverandering, terrorisme, flitskapitaal en het verlies van de eigen identiteit zijn in onze samenleving anno 2008 tastbaar aanwezig’.

We hebben er de afgelopen tijd een aantal crises op zitten: de kredietcrisis, de klimaatcrisis, een oliecrisis, een voedselcrisis en – na het conflict tussen Rusland en Georgië – een dreigende veiligheidscrisis. En twee dagen terug gonsde ‘Black Monday’ in het internationaal kapitaalverkeer, bij Nederlandse financiële instellingen, over het internet en in de media.

Bij de internationale financiële crisis kunnen schuldigen worden aangewezen en kan een veel scherper toezicht op financiële instellingen herhaling misschien voorkomen.

Maar bijvoorbeeld de voedselcrisis is het gevolg van allerlei omstandigheden – de economische opkomst van China, Indiä & Brazilië, de olieschaarste en de populariteit van biobrandstoffen in het Westen – en daardoor veel moeilijker te beheersen, laat staan op te lossen. Terwijl beheersing dringend is, zeker voor miljoenen mensen in de allerarmste landen. Maar ook in ons land zijn de gevolgen voelbaar in stijgende voedselprijzen en een uitdijend klantenbestand van de voedselbanken.

Globalisering dwingt mensen om flexibel en creatief om te gaan met verandering, omdat de toename van onze materiële welvaart tegelijkertijd de afbraak betekent van vertrouwde activiteiten, banen en tradities, terwijl door migratie de eigen leefomgeving onomkeerbaar verandert. Zeker in een land als Nederland waar het aandeel van de buitenlandse handel zo’n 80% van onze nationale welvaart bedraagt, is onze internationale afhankelijkheid blijvend groot. Mensen zijn zich hiervan bewust en zij voelen zich kwetsbaar als door het onverantwoorde gedrag van Amerikaanse hypotheekinstellingen plotseling hun beleggingshypotheek op de tocht komt te staan.

Ik realiseer me dat het onzin is te denken dat alle crises in de wereld simpel te bestrijden zijn. Noch kan de Nederlandse regering voor alle tegenslag verantwoordelijk worden gehouden.

GroenLinks prijst de regering omdat zij deze miljoenennota plaatst in een internationale, uitdagende en soms beangstigende omgeving. Dat zij zich rekenschap hiervan geeft en zich hiertoe verhoudt. Dat is terecht en noodzakelijk, maar het is evengoed een verademing in een politiek klimaat waar de 20-jaar oude handtekening van een minister en een zittenblijvende, van lotje getikte advocaat voor sommige partijen allesbepalende grootheden zijn.

Er is een grote nood aan politici die leiding nemen en verdedigen dat er alternatieven zijn. Niet om gerust te stellen, om in slaap te sussen, maar omdat deze er ook wel degelijk zijn. Globalisering – en de welvaart die eruit voortkomt – biedt namelijk ook kansen om onze mensen en onze samenleving te versterken, onze economie werkelijk duurzaam te maken, de klimaatcrisis te keren en de mensenrechten wereldwijd te agenderen.

Maar stand verplicht. Wie de noodzaak van een alternatief op een internationale, economische en financiële ratrace erkent, zal dit ook moeten bieden. Wie zegt koers en richting te willen geven, kan vervolgens niet stil gaan zitten. Wie erkent dat mensen houvast – om met mevrouw Hamer te spreken - èn perspectief nodig hebben, kan zich vervolgens niet verstoppen in een wel ‘heel smalle marge’.

Dan kom je er niet met TARA (maar dat wisten wij al bij GroenLinks). Dan heb je de BALK nodig: ‘Betere Alternatieven Liggen Klaar’. Ofwel, de tegenbegroting van GroenLinks. U krijgt ‘m uitgereikt.

Over de BALK - of de werkelijke alternatieven op doormodderen – zo dadelijk meer.

Vertrouwen

Eerst een andere opmerking. Aan het bieden van een geloofwaardig alternatief voor onzekerheid en kwetsbaarheid, gaat namelijk een stelregel vooraf.

En dat is deze.

Juist in een periode van maatschappelijke en culturele onzekerheid, doen mensen een terecht beroep op hun regering om geleid te worden en zekerheid te krijgen geboden. De meeste mensen kunnen de tegenslagen in hun leven met de nodige daadkracht trotseren. Er zijn echter ook velen die door omstandigheden niet weerbaar genoeg zijn. Zij moeten met goede publieke voorzieningen, zoals het onderwijs, de sociale zekerheid en de zorg ondersteund worden. Burgers vragen niet om absolute garanties, maar wel om de verzekering, dat als zij zichzelf niet goed kunnen beschermen of als zij onevenredig zwaar worden getroffen, de overheid hen in bescherming neemt.

Het waarmaken van deze basale verzekering - de kerntaak van de overheid – bepaalt de vertrouwensrelatie tussen politiek en burger. Dit vereist op zijn minst dat gedane beloften gestand worden gedaan. Als eerdere beloften niet worden waargemaakt, wordt een woord gebroken en raakt het vertrouwen tussen burger en politiek aangetast.

Het vertrouwen in deze regering is uitzonderlijk laag.

Komt dat, omdat burgers de overheid schuldig achten aan alle maatschappelijke problemen? Nee, dat miskent de werkelijke oorzaken.

Komt dat, door het onvermogen om alle problemen tegelijkertijd op te lossen?

Nee, dan wordt het onmogelijke verlangd.

Of komt het, omdat wat de regering wel degelijk zelf in de hand heeft èn belooft, niet wordt waargemaakt?

Dat is de crux.

teveel cruciale beloften worden door deze regering gebroken.

En het zijn uitgerekend beloften die de minst weerbaren raken en de verzekering van bescherming ondermijnen. Ik noem er vijf:

1. De minima is beloofd dat hun koopkracht op peil blijft. Maar zij gaan wel degelijk in de min. Over de hele linie daalt de koopkracht voor uitkeringsgerechtigden. En als ze chronisch ziek of hulpbehoevend zijn, krijgen ze ook nog de afschaffing van de buitengewone uitgavenaftrek en een ingreep van 800 miljoen in de AWBZ voor de kiezen. Ook de forse prijsstijging van het Stads- & Streekvervoer treft hen onevenredig hard. Het schild voor de zwakken blijkt een vergiet. In onze tegenbegroting maken wij de bezuinigingen ongedaan en krijgen de minima er 500 euro bij.

2. 200.000 Langdurig werklozen is beloofd dat zij aan een baan worden geholpen. Wat daarvan over is, is dat er minder uitkeringen moeten worden verstrekt. Dat is echt wat anders; zoals veel jongeren onder de 27 nu aan den lijve zullen ondervinden. De oorspronkelijke belofte uit het beleidsplan moet gestand worden gedaan.

3. Ouders met kinderen is goedkopere en kwalitatief betere kinderopvang beloofd. Het is onverteerbaar dat het kabinet haar belofte breekt. Ronduit triest is het dat de laagste inkomensgroepen nu meer moeten bijdragen dan in 2005 (vóór de nieuwe wet). Ik herinner me levendig hoe ik samen met de PvdA gestreden heb tegen die, toenmalige lage tegemoetkomingen.

4. Voor OV-reizigers blijkt de beloofde 4,5 miljard euro extra voor het spoor een dooie mus. Dat bedrag komt uit het schrappen van de Zuiderzeelijn, de ingreep in het Stads- & Streekvervoer, een herschikking van ander spoor en - hoe verzint de regering het - een “superdividend” van 2 miljard dat de NS, lees de reizigers, moeten ophoesten.

5. Voor 55% van de Nederlanders, die samen met GroenLinks ontevreden zijn over het Milieubeleid, blijft de beloofde krachtdadige aanpak uit. Terwijl de Milieubalans 2008 laat zien dat het halen van de klimaatdoelen bijna onmogelijk is. Er wordt afgeschoven naar Europa en het nieuwe belastingplan leidt tot fiscale ontgroening! Extra gasbaten vloeien naar consumptieve doelen, in plaats van naar investeringen in duurzame energie. Er is rentmeesterschap beloofd en dat blijft uit.

Vijf gebroken beloften zijn er vijf teveel. En ik zou er veel meer kunnen noemen. De belofte van een opbouwmissie in Afghanistan bijvoorbeeld, terwijl zelfs de commandant van de Amerikaanse troepen spreekt van een oorlog die niet te winnen is. De JSF dan? Verhagen, wil nog meer geld voor een sterkere krijgsmacht; ik vrees gevaarlijk grootheidswaan. Ronduit benepen en egoïstisch is de enorme greep die VVD en PVV uit de kas van Koenders willen doen.

Als het vertrouwen afbrokkelt, als beloften geen gestand zijn gedaan, verkleint de politieke ruimte voor de noodzakelijke modernisering van onze samenleving. En het is misschien juist daarom – in de wetenschap van gebrekkig vertrouwen – dat minister Bos hamert op de héél smalle marges voor maatschappelijke verandering.

Maar onze samenleving moet globaliseringsbestendig worden, moet in staat zijn om een antwoord te formuleren op internationale crises, op vergrijzing en op toenemende sociale en culturele tegenstellingen. En we hebben de tijd niet om te wachten tot de bevolking haar regering weer vertrouwt. In de Balk treft u aan welke veranderingen wij op een korte termijn noodzakelijk vinden. U krijgt van mij hier de belangrijkste.

1. Naar een nieuwe verdeling van arbeid en zorg

Recent pleitte de premier voor een “nieuw arbeidsethos”, om de behoefte aan toekomstige arbeidskrachten op te vangen. Hij hing zijn pleidooi op aan de held Katadreuffe uit Borderwijk’s roman Karakter. Deze held, aldus de premier, “werkt, studeert, brengt offers en grijpt de kansen die hem geboden worden met beide handen aan. (..) Een kwestie van karakter.”

Tja, je kan een boek op verschillende manieren lezen. Maar Karakter gaat nou juist over de keerzijde van een doorgeslagen arbeidsethos. Katadreuffe raakt zo verblind door zijn ambitie dat hij geen oog meer heeft voorhet allerbelangrijkste: goede menselijke relaties. Door wat de premier prijst als “het vermogen door te zetten” loopt hij zelfs zijn grote liefde mis.

Hoe dan ook. De premier heeft gelijk: “werk hoort bij het leven. Het geeft gevoel van eigenwaarde”. Maar – voeg ik daaraan toe - dat geldt evenzeer voor het liefhebben en verzorgen van kinderen, familie en vrienden? Is niet het combineren van arbeid en zorg juist een kwestie van ‘karakter’? Naarmate mensen meer worden geholpen om daar de goede balans in te vinden, kunnen meer arbeidsreserves worden aangeboord. Die reserves zitten bij jongeren en bij ouderen – waarover zo dadelijk meer - en uiteraard bij vrouwen.

Wereldwijd zijn vrouwen extreem kwetsbaar. Niet voor niets richten de millenniumdoelen zich op hen. In Nederland hebben vrouwen het gelukkig vele malen beter; maar vaak nog lang niet zo goed als mannen. Vrouwen zijn al lang aan een inhaalrace bezig. Met grote successen in scholing en het behalen van diploma’s. Ook op de arbeidsmarkt zijn vrouwen opgerukt, al is het heel vaak in deeltijd en wordt het glazen plafond te weinig doorbroken. Daar staat tegenover dat vrouwen – zeker na een echtscheiding of overlijden van een partner en bij het ontbreken van werkervaring – steeds vaker tot de nieuwe armen gaan behoren. Dat raakt hen èn hun kinderen waarvan zij meestal de eerste opvoeder zijn.

Een verantwoorde combinatie van arbeid en zorg en een verbeterde arbeidsdeling tussen mannen en vrouwen zijn geen luxe-artikelen maar een bittere noodzaak om vrouwen zelfstandig te kunnen maken èn de druk op mannen en vrouwen te verminderen. De oude – en gebroken - PvdA-belofte om van de kinderopvang een toegankelijke basisvoorziening te maken, is daarvoor een voorwaarde. Net als betaalbare en goede verlofregelingen. GroenLinks heeft een heel bescheiden voorstel gedaan tot introductie van een vaderverlof en wij zijn bereid het – op verzoek van regering en Kamer – verder in te perken. Het kan toch niet zo zijn dat wij – anders dan vrijwel alle Europese landen - deze minimale stap niet zetten

2. Een antwoord op de vergrijzing

GroenLinks vindt net als het kabinet dat het goed is als ouderen langer werken en naar draagkracht bijdragen aan een duurzame oudedagsvoorziening, Maar wij erkennen ook de grote gevoeligheid ervan voor veel ouderen die een leven lang hebben gewerkt en het soms niet breed hebben. Het kabinet is in twee jaar niet met een werkelijk solide plan gekomen.

Met een Bos-belasting is niets mis als deze solidair is en de rijkere ouderen ook laat meebetalen aan de AOW van armere ouderen. Maar deze solidariteit wordt ondergraven door het zoveelste Donnertje: het heel onverstandige idee om een bonus te geven voor elk jaar uitstel van de AOW.

AOW-uitstel is alleen aantrekkelijk voor mensen die op hun 65ste nog vitaal genoeg zijn om door te werken en lang verwachten te leven. Vitaliteit is scheef verdeeld. Hoger opgeleiden voelen zich vaak op hun 65ste sterk genoeg (zij zijn ook later met werken begonnen); lager opgeleiden leven vaak 14 jaar korter in goede gezondheid en sterven gemiddeld ruim 4 jaar eerder. De doorwerkbonus is niets meer dan een kadootje voor ouderen die toch al doorwerken en dat ook zonder bonus kunnen doen.

Een moderne AOW moet voor alle ouderen een verbetering zijn. En de beslissing om langer door te werken moet genomen kunnen worden, als er nog echt wat te kiezen is. GroenLinks pleit voor het loslaten van de vaste leeftijdsgrens van 65 jaar. Wij koppelen de AOW-leeftijd aan arbeidsduur (van bijvoorbeeld 40 jaar). Wie vroeg begint met werken, heeft eerder recht op AOW. Wie later begint, krijgt het later en wie er tussentijds een tijdje uitgaat, werkt later langer door. Dit is eerlijker èn het is beter voor de arbeidsparticipatie omdat alle ouderen – laag- en hoogopgeleid – stimuleert naar vermogen kunnen gaan werken. Ik wil graag een reactie. Ik roep het kabinet ook op om de SER onderzoek te laten doen naar een betaalbare, solidaire en participatiebevorderende AOW.

3. Versterking van de jeugd

Aan de andere kant van de levenslijn staan onze jongeren. En met teveel van hen gaat het gewoon ronduit niet goed. Er is een hard groeiende groep met ernstige problemen: “een bom onder de samenleving” stelde Hans kamps. Jaarlijks verdwijnen 15.000 jongeren in de Wajong, belanden 5.000 jongeren bij de Jeugdzorg, verlaten 55.000 jongeren zonder diploma de school, worden 110.000 jongeren slachtoffer van mishandeling en dreigt voor 7000 zwerfjongeren de goot

Het aantal kinderen dat naar het Speciaal Onderwijs toegaat is in tien jaar tijd – en ondanks ‘samen naar school’ – verdubbeld en de kwaliteit van dit onderwijs is slecht. (de helft van de instellingen staat onder toezicht van de Inspectie.) Vaak verlaten zij school zonder diploma en vinden enkel werk op de sociale werkplaats.

Jongeren in het reguliere onderwijs worden veel te vroeg geselecteerd: hun toekomst wordt bepaald en beperkt op een moment dat zij nog geen weet van hun toekomst hebben. In vergelijking met andere landen is de doorstroming van kansarme jongeren naar hogere onderwijstypen dramatisch laag. De regering heeft hier geen antwoord op.

Maat er wordt kostbaar talent verspild.

En dat niet alleen. Het leven van kinderen en jongeren is ingewikkelder geworden dan het was in mijn tijd – eeuwen geleden. Kinderen van nu staan aan veel meer, en vaak heviger, informatie en verandering bloot. Zij worden sterk beïnvloed door leeftijdsgenoten, nieuwe mediatrends en indringende beelden van al het denkbare menselijk leed is alomtegenwoordig. Zij moeten op jongere leeftijd meer leren verwerken.

Zij zijn letterlijk kinderen van de globalisering.

Lang niet alle kinderen kunnen dit aan en zij kunnen sneller in problemen komen, ook omdat de maatschappelijke tolerantie voor afwijkend gedrag is afgenomen. Straf die soms nodig is mag er niet toe leiden dat jongeren worden afgeschreven, dat zij kunnen zichzelf niet overeind kunnen houden en belanden in armoedige uitkeringen of langdurig worden opgesloten in inrichtingen of gevangenissen.

Het slechte lot van teveel jongeren laat de politiek te onverschillig. Het zou ons werk moeten domineren, maar legt het af tegen klachten over files, belastingdruk en onfatsoen. Of er wordt pas aandacht aan jongeren besteed als ze overlast veroorzaken. Voor meisjes die geen buschauffeurs bedreigen, maar zichzelf uithongeren of met een mes bewerken, is veel minder aandacht. Je krijgt als jongere pas aandacht als je problemen maakt, niet als je ze hebt.

Er wordt nu 2 jaar geëxperimenteerd met een minister voor Jeugd en Gezin. Dat is geen onverdeeld succes. Er is enig budget maar niet de zeggenschap die erbij hoort. Hij coördineert zich suf, maar kan samenwerking tussen de jeugdzorg en de jeugd-ggz niet afdwingen. Want over de jeugd-ggz gaat minister Klink. Het speciaal onderwijs zit bij staatssecretaris Dijksma en de justitiële jeugdinstellingen bij staatssecretaris Albayrak. Gisteren gaf mevrouw Hamer aan er niet zoveel fiducie meer in te hebben.

We moeten de bakens verzetten.

De Deltacommissie heeft de handen op elkaar gekregen voor een langjarig investeringsprogramma op te zetten om de ernstige bedreiging van het wassende water te keren. Laten we tijdens deze Beschouwingen ook zo’n ambitieus plan opvatten onze minst weerbare jongeren. Om hen nieuwe kansen te geven, hun talenten aan te boren en ze weerbaar te maken. Zet een Deltacommissie Jeugd aan het werk en regel een veilig budget voor jeugdzorg én onderwijs dat een groter deel van ons BBP mag bedragen.

In de BALK trekken wij dit jaar 1,5 miljard euro extra uit voor onderwijs en Jeugdzorg. Wij vragen om ons voorbeeld te volgen.

4. Beheersing van de klimaatverandering

Kinderen en jongeren mogen van ons – volwassenen – verwachten dat wij de klimaatcrisis afremmen. Net als de inwoners van de allerarmste en kwetsbaarste landen dat van ons – bevoorrechte westerlingen en grootvervuilers – mogen verwachten.

GroenLinks is blij met het advies van de Deltacommissie. Maar het mag niet betekenen dat wij ons verschansen achter hogere dijken en de boel verder de boel laten. De delta’s in de armere delen van de wereld verdienen onze solidariteit. Deze eeuw is er 100 miljard nodig om Nederland klimaatbestendig te maken. Een vergelijkbare inspanning moet er voor de armste landen zijn. De VN geeft aan dat Westerse landen tenminste 0,2% van hun BNP moeten uittrekken om gedupeerde landen tegemoet te komen. Dat komt voor Nederland neer op 1 miljard euro per jaar.

De terechte aandacht voor het stijgende water mag ook niet ten koste gaan van het aanpakken van de oorzaken van de klimaatverandering.

Uit de vorige week verschenen Milieubalans blijkt dat de kans dat Nederland de Kyoto-doelstelling in 2012 haalt, nog maar vijftig procent is. Het halen van het kabinetsdoel voor het jaar 2020, dertig procent afname van CO2-uitstoot, ten opzichte van 1990, is al helemaal onhaalbaar.

In het coalitieakkoord staat prachtig geformuleerd dat Nederland ‘één van de duurzaamste en efficiëntste energievoorzieningen in Europa’ moet krijgen. Ondertussen scoort de Nederlandse industrie in efficiënt energieverbruik slechter dan het Europese gemiddelde.

In plaats van een voorbeeld in Europa, zit Nederland inmiddels vooral te wachten op Europese stappen. En vorige week bleek maar weer eens dat we van Europa niet teveel moeten verwachten toen het Europees parlement de normen voor de uitstoot van broeikasgassen voor auto’s fors afzwakt.

Het is een zwaktebod dat wij onze milieudoelstellingen afhankelijk maken van Europese ambities, of het gebrek eraan.

Het kabinet kiest zelf voor de aanleg van honderden kilometers extra asfalt om de groei van het autoverkeer te faciliteren, niet Europa. Het kabinet kiest er ook zelf voor de strippenkaart duurder te maken en de mensen het openbaar vervoer uit te jagen, niet Europa. Datzelfde geldt voor kolencentrales in plaats van windmolens.

Europa weerhoudt Nederland er ook niet van om het belastingstelsel ingrijpend te vergroenen of woningen te isoleren.

En al helemaal niets weerhoudt Nederland om te investeren in de natuur die onder druk staat door de klimaatverandering. Om te voorkomen dat het aantal diersoorten in Nederland nog verder achteruitgaat, moeten natuurgebieden met elkaar worden verbonden zodat dieren kunnen opschuiven al naar gelang de droge en natte tijden die ons te wachten staan.

Europa is geen excuustruus voor laissez-faire. En laissez faire is wat GroenLinks het kabinet ziet doen.

Nu er een deltawet komt, is het hoog tijd voor een Klimaatwet, een jaarlijkse klimaatnota en een bijbehorende begroting (in bijpassend klimaatkoffertje). En dit alles onder regie van de premier. Deze wet moet ook voorzien in de instelling van een Klimaatfonds, dat ontwikkelingslanden ondersteunt in hun strijd tegen de klimaatcrisis.

Kernenergie

Collega fractievoorzitter Van Geel noemt nieuwe kerncentrales in Nederland “onvermijdelijk”. Ook van zijn partijgenoot minister Verhagen, moeten wij ons vanwege “externe afhankelijkheid” en onze “veiligheid” richten op Kernenergie.

De energiemarkt wordt alsmaar mondialer en Nederland moet mee in de ratrace om energieautarkie. Wat een originele en innovatieve visie. Naast meer Defensie, wil het CDA meer Kernenergie; de jaren tachtig all over again.

Milieu en Maatschappij hebben vooral te winnen bij een veel forsere inzet op duurzame energiebronnen en innovaties in energiebesparing. Dat is veel duurzamer, zowel economisch als ecologisch.

Kernenergie leunt altijd op staatssteun, want kerncentrales zijn niet te verzekeren en het afval blijft 240.000 jaar radioactief. Wie gaat al die jaren voor de opslag betalen; u denkt toch niet dat die rekening blij een commercieel bedrijf blijft liggen. Weet u dat de totale schade van de Tsjernobyl-ongeval 358 miljard dollar bedraagt? Dit valt toch nooit te verzekeren en zal als het zich onverhoopt voordoet op de belastingbetaler verhaald worden. En denk eens aan alle externe kosten die nodig zijn voor het opstellen van rampenplannen, het oefenen, evalueren en bijstellen daarvan, de bescherming van de centrale zelf en het transport van radioactief materiaal. Allemaal zaken die we voor zon-, water- & windenergie niet hoeven op te hoesten.

Ook is het een fabeltje dat kernenergie vrij is van CO2 uitstoot. De winning van uranium (een eindige fossiele brandstof) en de verrijking en opwerking van nucleair materiaal leiden tot Co2-uitstoot. Weliswaar minder dan bij kolencentrales, maar veel meer dan bij zon-, water- & windenergie. En waarom luister het CDA niet beter naar haar eigen jaren tachtig icoon Ruud Lubbers; die vindt dat CDA pleidooi voor kernenergie maar niks, omdat het onterecht de inspanningen voor ‘schoon fossiel’ verdringt. Kortom, er mag geen vergunning voor een nieuwe kerncentrale komen.

Tot slot,