De juridische commissie van het Europees Parlement stemde deze week over het ‘statuut der leden’. Dat statuut heeft o.a. gevolgen voor de onkostenregeling van europarlementariërs. Het voorstel haalde het net niet, mede doordat ook de Nederlandse CDA-europarlementariërs Doorn en Oomen-Ruijten, tegen stemden. GroenLinks-europarlementariër Kathalijne Buitenweg is verontwaardigd.

Al sinds 1996 wordt er over het statuut gesproken. De zaak ligt gevoelig. Hoewel ook Buitenweg niet tevreden is met alle punten in het voorstel, dat woensdag 3 december werd weggestemd, is het wel een stap in de goede richting. Buitenweg: "Als we het nu niet regelen, dan komt er van alle hervormingen voorlopig niets meer terecht. Dan blijven we met de huidige slechte en onrechtvaardige regeling voortmodderen.”

Gelijke monniken, gelijke kappen
Belangrijkste onderdeel van het statuut is de gelijkschakeling van de schadeloosstelling van alle europarlementariërs. Nu worden de leden van het Europees Parlement betaald volgens hun nationale regelingen. Deze lopen uiteen van 3.000 euro per maand voor Spaanse afgevaardigden tot zo´n 10.000 euro per maand voor Italiaanse en Duitse europarlementariërs.

Bonnetjes
Mede om de grote verschillen enigszins te verkleinen is er in de loop van de jaren een systeem van reiskostenvergoedingen gekomen, die de minst betaalde europarlementariërs enigszins tegemoet moest komen. Maar tot groot ongenoegen van onder andere GroenLinks kunnen ook de ‘rijke’ europarlementariërs hier gebruik van maken. GroenLinks wil dan ook een reiskostenvergoeding op basis van werkelijk gemaakte kosten (zoals GroenLinks dat voor zichzelf reeds doet). Belangrijk voor GroenLinks is dat de nieuwe onkostenregeling gelijk met het ‘statuut der leden’ in werking treedt. Buitenweg “Op die manier wordt een eind gemaakt aan de absurd ruime vergoedingen van nu en moeten europarlementariërs – net als iedereen - hun uitgaven verantwoorden door middel van bonnetjes.”

Compromis
De Duitse socialist Willi Rothley die de besluitvorming van het Europees Parlement als rapporteur voorbereidt, had samen met Guiseppe Gargani, voorzitter van de juridische commissie, en het Italiaanse voorzitterschap een compromis uitgewerkt. Zo moest een zeer gedetailleerde regeling over de immuniteiten van de leden uit het voorstel gehaald worden en werd de pensioengerechtigde leeftijd werd verhoogd van 60 naar 63. Tenslotte mogen de EU-lidstaten naast de Europese belasting ook een nationale belasting heffen op het ‘salaris’ van de europarlementariërs. Met dit compromis, dat volgens Rothley ook voor de Raad van Ministers acceptabel was, kwam er eindelijk uitzicht op een besluit op dit gevoelige onderwerp. Het idee was dat dat wellicht nog voor het einde van dit jaar geregeld zou kunnen worden.

Opgetrommelde Duitsers
Maar de massaal naar de commissievergadering opgetrommelde Duitse socialisten als christen-democraten, lieten Rothley, als een baksteen vallen. Met 13 stemmen vóór en 16 stemmen tegen werd het voorstel verworpen. Ook de Nederlandse CDA´ers stemde tegen het compromis van Rothley.

Stemming half december
Buitenweg denkt dat de stemming woensdag 3 december in de juridische commissie geen juiste afspiegeling was van het hele Europees Parlement. Ze hoopt dat Rothley’s voorstel bij de plenaire stemming in de week van 15 december wel een meerderheid haalt. Buitenweg: “Over twee weken komt het voorstel weer in stemming. We proberen dan alsnog, middels hoofdelijke stemming, een positieve uitspraak van het voltallige Europees Parlement af te dwingen.”