“Denkt u dat wij ooit lid kunnen worden van de Europese Unie?” Die lastige vraag horen Joost Lagendijk en Jan Marinus Wiersma, Europarlementariërs voor respectievelijk GroenLinks en de PvdA, regelmatig in niet-EU-landen. Deze vraag was de aanleiding voor hun boek Brussel - Warschau - Kiev. Op zoek naar de grenzen van de Europese Unie. Afgelopen vrijdag is dit boek middels een debat met Paul Scheffer, Dick Benschop, Paul Rosenmöller en Ad Melkert gepresenteerd.

Naarmate de uitbreiding van de Europese Unie naar Midden- en Oost-Europa dichterbij komt, vragen steeds meer mensen zich af of er ooit een einde zal komen aan de opname van nieuwe landen. Mogen landen als Rusland, Oekraïne, Albanië, Turkije en Marokko hoop op toetreding koesteren? Op zoek naar de grenzen van de Europese Unie interviewden Lagendijk en Wiersma politici en intellectuelen uit heel Europa. ‘Een buitengewoon interessant en moedig boek’ was de omschrijving van publicist Paul Scheffer over het boek Brussel - Warschau - Kiev.

Scheffer leidde het debat tijdens de boekpresentatie over ‘de grenzen van de Europese Unie’ afgelopen vrijdagmiddag in het Amsterdamse Felix Meritis. Ad Melkert, partijleider van de PvdA, gaf een duidelijke visie over welke landen volgens hem wel, en welke in de toekomst niet tot de Europese Unie kunnen behoren. Landen als Marokko en Tunesië zijn ‘landen die een alternatief in eigen regio hebben’. Ook voor Rusland, Wit-Rusland en de Oekraïne ‘is er een alternatief conglomeraat’ en is een lidmaatschap van de Europese Unie niet van toepassing. Voor Moldavië en Turkije is geen alternatief voorhanden. Aansluiting bij de Unie ligt dan veel meer voor de hand.

Ook staatssecretaris Dick Benschop van Buitenlandse Zaken (PvdA) wilde de Oekraïne niet als mogelijke kandidaat van de EU zien. Scheffer vroeg zich hardop af wat de zin was van het trekken van dit soort grenzen. Werkt een afwijzing of erkenning van een mogelijk lidmaatschap niet contraproductief en polariserend? Volgens Benschop is het noodzakelijk om duidelijkheid en zekerheid over de Europese agenda te geven.

Paul Rosenmöller, partijleider van GroenLinks, zag de uitbreiding van de Unie als uitbreiding van de vredeszone en daarmee een stap in de goede richting. Lagendijk, een van de auteurs van het boek, denkt dat een afwijzing meer kwaad dan goed doet voor democratische ontwikkelingen binnen bijvoorbeeld de Oekraïne. “Zeggen dat een land er de komende pakweg vijfentwintig jaar nooit bij kan horen doet meer kwaad dan goed. Democratische bewegingen in dat land zullen zich in de kou gezet voelen. Ik denk dat je moet voorkomen dat je dat signaal vanuit de Europese Unie afgeeft.” Wiersma, co-auteur van het boek, is het met Lagendijk eens: “Als je nu zegt ‘never nooit’ loopt het fout af met de Oekraïne. Dus je moet de deur open laten staan. Daarmee stimuleer je democratische ontwikkelingen.”

De Poolse professor Bronislaw Geremek, één van de mensen die voor het boek geïnterviewd is, waarschuwde bij de boekpresentatie dat de Europese Unie geen uitsluitende, maar een insluitende organisatie moet zijn. Bij de Pools-Oekraïense grens mag geen nieuwe muur verrijzen. Op den duur zou ook de Oekraïne, als zij dat zou willen, lid moeten kunnen worden van de EU, vindt Geremek. Hij riep de Europese Unie op tot een Ostpolitik.

De auteurs Lagendijk en Wiersma zien de Europese Unie niet als een ‘oneindig project’ wat betreft territoriale omvang. Er zijn wel degelijk grenzen aan de Europese Unie, denkt Wiersma. Een te grote omvang is simpelweg onwerkbaar zo redeneert Lagendijk pragmatisch. De auteurs stellen vier criteria waaraan een mogelijke kandidaat moet voldoen. De potentiële kandidaat-lidstaat moet democratisch zijn, lidmaatschap moet bijdragen aan de veiligheid en stabiliteit van de Unie, ze moet een markteconomie hebben (of daar naar weg zijn) en de ecologische doelstellingen van de Europese Unie onderschrijven. Bovendien moet de EU voorkomen dat haar grenzen ‘harde grenzen’ worden. Vrij grensverkeer, intensieve economische contacten, markttoegang en arbeidsmigratie moeten voorkomen dat er een nieuw IJzeren Gordijn verrijst aan de grenzen van de Unie.

De auteurs denken dat op den duur de landen in de Balkan wel lid zouden kunnen worden, als de huidige aanpak van hervormingen wordt voortgezet. Turkije is en blijft een twijfelgeval. Niet om culturele noch om godsdienstige redenen, maar omdat het twijfelachtig is of de Turkse elite bereid is de vereiste ingrijpende hervormingen door te voeren. Bij de Oekraïne hangt het ervan af of zij zich kan hervormen richting bovengenoemde criteria. Uitzicht op lidmaatschap zou een hart onder de riem van de aanwezige democratische tendensen zijn. En Noord-Afrika en Rusland komen voorlopig niet in aanmerking voor lidmaatschap van de Unie. “Maar,” benadrukt Lagendijk met klem, “dit heeft betrekking op pakweg de komende vijfentwintig jaar. Wat daarna gebeurt moeten we open laten.” Scheffer concludeert dat de grenzen van de Europese Unie zoekenderwijs tot stand moeten komen, “op dezelfde manier waarop dit boek is geschreven: op een onderzoekende manier en met een open vizier.”