Op 16 en 17 april 2003 komt de UN-Commission on Narcotic Drugs op ministersniveau bijeen. Groenlinks-europarlementariër Kathalijne Buitenweg wil dat de EU-vertegenwoordigers in deze VN-vergadering aandringen op evaluatie van de drie VN-drugsconventies die de basis zijn van het huidige zero-tolerance beleid. Helaas haalde dit voorstel donderdag 10 april net geen meerderheid.

uitslag stemming
bijdrage debatVN-drugsverdragen
De Verenigde Naties stelt zich in haar drugsbeleid ten doel het drugsgebruik en de drugscriminaliteit terug te dringen. Buitenweg onderschrijft dit en benadrukt verder het beperken van de gezondheidsschade door drugsgebruik. Zij vraagt zich echter af of de drie VN-drugsverdragen –uit 1961, 1971 en 1988 – daartoe bijdragen. Met name het verdrag uit 1988 is omstreden. Dat verplicht partijen om de handel in drugs strafbaar te stellen. De beperkte ruimte die het verdrag lijkt te bieden voor het bezit van drugs voor persoonlijk gebruik is zeer omstreden. Het Nederlandse cannabisbeleid wordt keer op keer afgekeurd. Ook schone-naaldenprojecten en experimenten met heroïneverstrekking staan op gespannen voet met de Conventies.

Evaluatie
Daarom pleitte Buitenweg voor een evaluatie van de gedateerde drugsverdragen, helaas zonder succes. Die evaluatie moet aantonen in hoeverre de VN-verdragen drugsmisbruik, de schadelijke gevolgen daarvan en drugsgerelateerde criminaliteit tegengaan. In 2004 moet een VN-conferentie bekijken de conclusies van de evaluatie aanleiding zijn om de huidige VN-drugsverdragen aan te passen. Buitenweg: "Als blijkt dat die VN-verdragen niet de gewenste resultaten opleveren, of zelfs contraproductief werken, moeten politici de moed hebben om veranderingen door te voeren." Met één stem verschil stemden een meerderheid van het Europees Parlement tegen dit deel van het voorstel.

Cannabis
Buitenweg stelt ook voor om de classificatie van drugs in de VN-verdragen te wijzigen. Buitenweg: “Cannabis zit nu samen met o.a. heroïne in de categorie van de allergevaarlijkste verdovende middelen. Cannabis moet dus net zo streng worden aangepakt als heroïne. Dat is natuurlijk van de gekke. Er moet daarom zo snel mogelijk een rationele herindeling van verdovende middelen worden gemaakt op basis van gezondheidsrisico´s.”

Stemming
Voor de herclassificatie was wel een meerderheid in het Europees Parlement te vinden. Echter een amendement dat door Buitenweg duidelijk werd afgewezen kreeg ook een meerderheid. Hierin stond de wens tot voortzetting van het huidige zero-tolerancebeleid. Daarom besloot Buitenweg haar geamendeerde initiatiefvoorstel te verwerpen. Zo vond ook een meerderheid van het Europees Parlement. Buitenweg: “Een echt kritische aanpak van het zero-tolerancebeleid is helaas nog een brug te ver. Het is jammer dat een kleine meerderheid van het Europees Parlement niet de moed heeft gehad om dat omstreden beleid te onderwerpen aan een evaluatie.”

GroenLinks-europarlementariër Kathalijne Buitenweg maakt samen met een aantal collega-parlementariërs deel uit van de officiële delegatie die 16 april naar Wenen afreist voor de VN-conventie.

Bijdrage van Kathalijne Buitenweg (Verts/ALE) tijdens het debat over de evaluatie VN-drugsverdragen dinsdag 8 april in het Europees Parlement

Voorzitter, ik wil allereerst mijn collega's bedanken voor het mogelijk maken van dit verslag, want het Europees Parlement was namelijk niet om zijn mening gevraagd, maar het heeft als Europees politiek forum daar gelukkig geen reden in gezien om die mening niet te geven.

Naar aanleiding van een initiatief van de heer Cappato, dat is ondersteund door 108 collega's, heeft het Parlement ervoor gekozen om de lidstaten en de vertegenwoordigers van de Europese Unie te laten weten wat volgens ons de inzet moet zijn voor de ministerconferentie van de Verenigde Naties die volgende week in Wenen wordt gehouden.

Het is een belangrijke conferentie. Er zal worden gesproken over strategieën en vorderingen bij het krachtig bestrijden van alle drugsgebruik. Daarom is het eigenlijk heel raar dat de inzet van regeringen niet het onderwerp van hevige discussies is geweest in de nationale parlementen. Want de zero tolerance-aanpak die uit de drie relevante VN-verdragen naar voren komt, is niet onomstreden. De verdragen dateren uit 1961, 1971 en 1988. Maar anno 2003 laat het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving weten dat vrijwel alle EU-lidstaten alternatieve strategieën hebben ontwikkeld. Zij verbieden dus niet simpelweg, maar proberen via slimme methodes de schade van drugsmisbruik tegen te gaan. Ik denk dat daar ook de crux ligt.

Verschillende drugs kennen verschillende gebruikersgroepen. Een heroïneverslaafde zoekt vaak vergetelheid, kan bijvoorbeeld het leven niet aan. Maar iemand die een stickie rookt, is doorgaans geen desperado. U en ik nemen vanavond een wijntje bij het eten en veel jongeren gebruiken het tweede genotsmiddel van Europa, cannabis. Ecstasygebruikers vormen weer een hele andere groep. Dat pilletje is onderdeel van een specifieke jeugdcultuur. Hun motto is: lekker uit je dak gaan in het weekend, maar maandag wel weer vroeg op.

Mijn conclusie is dan ook dat alle drugs en drugsgebruikers over een kam scheren geen oplossing zal bieden. Daarnaast ben ik er van overtuigd dat het harder verbieden de invloed van de georganiseerde misdaad ook juist zal vergroten. Zo is Nederland inderdaad exportland van ecstasy maar dat is het pas geworden nadat ecstasy door de Nederlandse regering met harde hand werd bestreden en daardoor in handen geraakte van de zware jongens van de amfetaminemafia; die vonden Nederland als afzetgebied een maatje te klein en zijn het daarna gaan exporteren.

Voorzitter, ik weet dat niet alle mensen in het Parlement mijn analyse zullen delen. Hoe om te gaan met drugsmisbruik en hoe de georganiseerde misdaad te bestrijden zijn onderwerp voor politieke discussie. Maar daarbij moet het niet gewoon om ideologie en om wensdromen gaan, maar om de realiteit, hoe om te gaan met de realiteit en met de uiteenlopende werkelijkheid. Als rapporteur heb ik ervoor gekozen om een aanbeveling te schrijven die vooral die politieke discussie vooruit zal helpen. Het is niet mijn bedoeling geweest om tot een standpuntbepaling te komen over welke de beste methode is om drugsmisbruik tegen te gaan. In plaats daarvan heb ik ervoor gekozen - en dit is gesteund door een meerderheid van de Commissie openbare vrijheden - om te pleiten voor een nauwkeurige evaluatie van de doelmatigheid van de VN-verdragen op het gebied van drugs.

Tegen de tegenstanders van mijn verslag - daarbij kijk ik toch vooral naar de zijde van de PPE - zou ik willen zeggen dat een oproep tot evaluatie niet meteen ook een aanpassing van die VN-verdragen inhoudt. Wel moeten we bereid zijn om die verdragen goed te bekijken. Alle mensen die ervan overtuigd zijn dat een repressieve aanpak echt zo geweldig werkt, hebben evenmin iets te vrezen, want zij denken dan waarschijnlijk dat zero tolerance de uitkomst zal zijn van zo'n evaluatie en dat dat nu ook de aanbeveling zal zijn die wordt gedaan. Ik denk niet dat het de oplossing is, maar een evaluatie zal in ieder geval wat duidelijkheid kunnen scheppen.

In discussies ben ik al beschuldigd van extremisme en die kwalificatie accepteer ik volledig wanneer het gaat om mijn eigen ideëen over het omgaan met drugsmisbruik. We zijn dan immers in een belangijke inhoudelijke discussie en u kunt dan van mijn standpunten denken wat u wilt. Maar ik accepteer dat etiket niet voor dit verslag. De essentie van dit verslag is namelijk een rationele aanbeveling, een evaluatie. Een evaluatie gevolgd door een conferentie van de Verenigde Naties in 2004 om de conclusies hiervan te bespreken. Een beperkte aanbeveling dus en ik hoop dat u die kunt steunen.

Een laatste punt, Voorzitter, betreft de indeling van drugs. Die evaluatie gaat natuurlijk toch op de lange termijn spelen en voor de korte termijn is het belangrijk dat we al tot een herindeling van drugs komen. Op dit moment staan cannabis en heroïne immers in dezelfde categorie en ik denk toch wel dat we het erover eens kunnen zijn dat het gebruik van heroïne schadelijker is dan het roken van een joint. Ik stel daarom voor om als Parlement te herhalen wat we twee maanden geleden ook al hebben vastgesteld in het verslag-Malliori over de preventie en de beperking van risico's die samenhangen met drugsverslaving, en dus te vragen om een indeling van drugs aan de hand van wetenschappelijk bewijs voor gevaar voor de menselijke gezondheid.