De transatlantische verhoudingen lijken zich te verharden met het opzeggen van het Kyoto Protocol als voorlopige dieptepunt. De reacties uit Europa zijn furieus. Maar tegelijkertijd dient de Europese Unie meer werk te maken van klimaatmaatregelen. Om de Verenigde Staten te laten zien dat slim energiebeleid beter is voor het wereldklimaat dan het aanboren en verstoken van nieuwe olievoorraden.

Het Kyoto Protocol is klinisch dood, vinden de Verenigde Staten. In het onlangs gepubliceerde New Energy Plan, opgesteld onder leiding van vice-president Cheney, komt het begrip Kyoto helemaal niet voor. Het energieplan cirkelt rond de vraag hoe de amerikaanse samenleving gewoon verder kan draaien zonder storingen in de aanvoer van fossiele brandstoffen en zonder blackouts in de stroomvoorziening. De energiecrisis in Californie (met uitwerking naar andere delen van de VS) vormt de aanleiding om het tempo op te voeren onder het motto Eigen Energie Eerst. Een verdrag dat uitgaat van energiebesparing en een andere aanpak staat daarbij in de weg. Kyoto moet dood, is de boodschap van de regering Bush.

Binnen Europa gaat de ontwikkeling precies de andere kant op. Vrijwel elk voorstel van de Europese Commissie refereert aan het Kyoto Protocol. Of het nu gaat om duurzame ontwikkeling (een term die ook al niet terug te vinden is in het New Energy Plan), transport, landbouw of de uitbreiding van de Unie. Een goed teken dat het vraagstuk van klimaatverandering min of meer verankerd is in het Europese beleid. Dat kun je van de Verenigde Staten absoluut niet zeggen. De Europese Unie streeft - althans op papier - naar een afscheid van de fossiele bronnen en de versterkte inzet van duurzame energie. Europa overweegt de invoering van een energieheffing en de afschaffing van bestaande subsidies op fossiele brandstoffen.

De twee continenten lijken nu uit elkaar te drijven. De Amerikanen zien de oplossing in het vergroten van het energieaanbod. Dat betekent een uitbreiding van het aanbod van fossiele brandstoffen als steenkool, gas en olie. Vooral héél veel olie. En het New Energy Plan beperkt zich niet tot het Amerikaans grondgebied (Alaska en de Golf van Mexico). Er staan talloze aanbevelingen in om de gas- en oliestromen van Kazachstan tot Venezuela beter te coordineren opdat de fossiele energie maar op tijd in Californische elektriciteitscentrales aankomt.

Waar Washington schermt met cijfers die aan moeten tonen dat Kyoto-maatregelen geld en banen kosten en The American Way of Life bedreigen, beweert Brussel dat klimaatbeleid juist extra werkgelegenheid oplevert en uitstekend is voor het bedrijfsleven vanwege de innovatieve uitwerking.

Kyoto is niet dood
Eind maart waren de grootste krantenkoppen nog te klein. President George W. Bush kondigde in het openbaar zonder tranen in de ogen aan dat het Kyoto Protocol opgedoekt kan worden. Uitvoering van klimaatmaatregelen gaan de Amerikaanse economie geld kosten. Bovendien moeten ontwikkelingslanden in de ogen van Washington ook een verplichting hebben om emissies van kooldioxide in te dammen. Daarmee verrichtte hij een wederdienst aan diverse grote Amerikaanse ondernemingen, met name oliemaatschappijen, die zijn verkiezingscampagne gefinancierd hadden. Binnen de familie Bush zal vooraf wel flink vergaderd zijn geworden, want het was Bush senior die in 1992 het Klimaatverdrag namens de Verenigde Staten accepteerde.
De reacties in april waren ongemeen fel en het klimaatvraagstuk belandde wereldwijd zomaar zonder wetenschappelijke aanleiding weer op de voorpagina's van de media en in de openingen van de journaals. De Europese Unie is boos, met voorop milieuminister Jan Pronk die meerdere redenen heeft om de Verenigde Staten te kapittelen. Nog in november 2000 waagden de amerikaanse onderhandelaars het om zijn Klimaatconferentie in Den Haag te laten mislukken. En met de voortzetting van de Haagse conferentie in het vooruitzicht is de harde opstelling van Bush een veeg teken.
Vooral Japan reageerde furieus. Hoe durven die yanks het protocol te vermoorden dat genoemd is naar de tempelstad Kyoto? Zelfs Australie, dat vaak onzichtbaar weggedoken schuilt achter de brede rug van de Verenigde Staten, vraagt zich hardop af of dit de goede weg is en of Bush niet te ver gaat.
Rusland is bezorgd, want de uitvoering van het Kyoto Protocol zou het Kremlin vele tientallen miljarden dollars opleveren via de handel in niet verbruikte emissierechten. Die dreigen ze nu mis te lopen, aangezien de Verenigde Staten op basis van het Kyoto Protocol vast van plan waren volop te gaan inkopen. En China, dat als voornaamste woordvoerder van de G77 (de groep van samenwerkende ontwikkelingslanden) vaak met de Verenigde Staten in de clinch gaat, vreest gezichtsverlies wanneer een krachtige opponent zou wegvallen in de klimaatdiscussie.

Duidelijke taal
Toch valt er een positieve boodschap te bespeuren. Het feit dat Bush ondubbelzinnig het Protocol heeft dood verklaard, getuigt van eerlijkheid. Onder de regering Clinton heeft Washington alleen maar de onderhandelingen getraineerd en de zaak opgehouden. Nu is er duidelijkheid: de Amerikanen willen gewoonweg niet omdat hun economie zou lijden onder klimaatmaatregelen. Bush wil zelfs toestaan om extra olie laten aanboren in Alaska, want er is een energiecrisis in Californie. Bovendien worden budgetten geschrapt die bestemd waren voor wetenschappelijk onderzoek naar klimaatverandering. Dan zouden Amerikaanse energiecentrales massaal moeten overstappen van kolen op gas. Dat kan de prijs van energie opdrijven en de energiecrisis in Californië verder verergeren, vindt Bush. Vice-president Dick Cheney zei onlangs dat hardop wordt overwogen om minstens 1.300 nieuwe kerncentrales te laten bouwen.

Er ligt nu een duidelijk conflict op tafel, dat zijn schaduwen vooruit werpt naar de hervatting van de Haagse klimaatconferentie in Bonn van 16 tot 27 juli. Onderhandelaars van de Europese Unie hebben de afgelopen weken vele honderdduizenden vliegkilometers nodig gehad om een consultatieronde af te sluiten. Peking, Tokyo, New Delhi, Teheran en Moskou werden aangedaan om de ontstane situatie te bespreken en te proberen andere landen binnen de boot te houden.
Maar dit gegeven mag niet leiden tot een modern potje zwarte Pieten, waarbij uitsluitend Washington de schuld krijgt van het trage klimaatbeleid. Wat hebben de andere landen gebakken van hun klimaatbeleid? De eerste transatlantische krachtmeting wordt medio juni verwacht wanneer Bush de Europese Top in Göteborg zal bezoeken. Hij mag zich goed voorbereiden op een pittig gesprek met de leiders van de vijftien EU-lidstaten. Tot nu toe klinkt de Europese kritiek niet mals.

Papieren tijger
Het Kyoto Protocol is tot nu toe een papieren tijger. Pas als minstens 55 landen, die samen verantwoordelijk zijn voor minimaal 55% van de wereld emissies van broeikasgassen, het Protocol geratificeerd hebben, treedt het Protocol in werking. Op dit moment zijn 33 landen zo ver, waarvan Roemenie als enige Europese land. Het Protocol stelt eigenlijk (nog) niets voor.
Van de Europese Unie wordt wederom veel verwacht. En terecht, want van het grootste economische blok ter wereld met een aandeel van 14% van de broeikasgassen, mag een leidersrol worden gezien. De Europese Unie dient twee stappen te zetten om ook haar geloofwaardigheid te versterken. Ten eerste dient de Europese Unie het Kyoto Protocol zo snel mogelijk te ratificeren, inclusief de 15 lidstaten. Bovendien mag ze van de aspirant leden hetzelfde verlangen, waartoe het goede voorbeeld van Roemenie model mag staan. Ten tweede moet de Europese Unie alles in het werk stellen om samen met de grote industriestaten en China en Rusland te zorgen dat het Protocol ook werkelijk van kracht wordt. De grote conferentie Rio Tien Plus (juni 2002) kan dan dienen als toetssteen om te tonen dat de afspraken van de UNCED conferentie in elk geval op het gebied van klimaat nagekomen zijn. Dan maar zonder de Verenigde Staten.
Er komt nu onderscheid tussen de landen die echt niet willen en die echt wel willen. Verstoppertje spelen is er niet meer bij. Het wordt hoog tijd om te scoren. Om het wereldklimaat in balans te houden is een wereldgemiddelde productie van 1.7 ton CO2 per wereldburger het maximum. Op jaarbasis produceert de gemiddelde Nederlander echter 11 ton CO2 per jaar, terwijl een Amerikaan 24 ton en een Chinees 2,2 ton produceert. Een eerlijke verdeling (equity beginsel) ligt voor de hand, waarbij ontwikkelingslanden het recht behouden om zich een groter jasje aan te meten en de Amerikaanse samenleving terug moet van 24 naar 1,7 ton.

Vier jaar geleden werd tijdens de Kyoto conferentie een moeizaam accoord bereikt tussen de grote hoofdrolspelers. Japan zou 7% en de Verenigde Staten 6 % gaan reduceren. De Europese Unie tekende in december 1997 voor een emissiereductie van 8%, verdeeld over de vijftien lidstaten. In 2010 moet Europa 8 procent minder kooldioxide uitstoten dan in 1990. In werkelijkheid ligt de Europese Unie momenteel op plus 2%. Netto betekent dat een inspanningsverplichting van 10% in 2010. Europa moet de mouwen echt opstropen. Op een aantal terreinen liggen nog voldoende kansen en uitdagingen. De omschakeling van kolenstook op aardgas en biogas dient serieus overwogen en gestimuleerd te worden. Meer inspanningen op gebied van duurzame energie zijn nodig, naast extra maatregelen om energiebesparing te verhogen en de energie efficiency te vergroten. Het transport binnen de Europese Unie is de grootste groeier en draagt relatief steeds meer bij aan de emissies. Zonder tegenmaatregelen in deze sector wordt het dweilen met de kraan open: de succesvolle inspanningen op energieterrein worden teniet gedaan door de groei van transport en verkeer.
Die lessen kunnen de Verenigde Staten ook trekken.

Alexander de Roo, lid Europees Parlement voor Groen Links
Wim Kersten, beleidsmedewerker GroenLinks in het Europees Parlement