De Wereldhandelsorganisatie (WTO) verkeert in zwaar weer. Afspraken over de handel in textiel en over een voorkeursbehandeling voor ontwikkelingslanden laten al twee jaar op zich wachten. De VS blokkeert overeenstemming over de toegang van ontwikkelingslanden tot gepatenteerde medicijnen tegen aids en andere dodelijke ziekten. Een doorbraak bij de liberalisering van de handel in landbouwproducten is niet in zicht. Ook de GATS-onderhandelingen over handel in diensten hebben vertraging opgelopen.

Van een mogelijke mislukking van de huidige WTO-ronde kan ik niet wakker liggen. Vrijmaking van de handel tussen landen en handelsblokken is voor de groene beweging geen doel op zich. Meer handel leidt niet tot een beter milieu of minder armoede. Handelsafspraken zijn alleen nastrevenswaardig als zij verbonden worden met afspraken over het eerlijk delen van de opbrengsten en van de schaarse natuurlijke hulpbronnen. Verantwoorde globalisering vergt politieke sturing van de wereldhandel. Medicijnen betaalbaar maken voor ontwikkelingslanden is daarvan een voorbeeld. Toegang van westerse multinationals tot de watervoorziening en andere nutssectoren in ontwikkelingslanden – de inzet van GATS - bewerkstelligt juist het tegendeel: besluitvorming over de beschikbaarheid van basisvoorzieningen wordt uitbesteed aan de markt.

Handel heeft de Europese Unie tot een permanente vredeszone gemaakt, zo is een veelgehoorde stelling. Maar het is niet juist om het (relatieve) succes van de EU, en haar aantrekkingskracht voor arme landen in Europa, alleen uit de interne markt verklaren. De EU is juist meer dan een markt. Zij organiseert economische steun voor achtergebleven regio’s. Zij heeft meer dan tweehonderd milieuwetten tot stand gebracht, waaraan alle lidstaten zich moeten houden. In deze politieke dimensie ligt ook het verschil met NAFTA, de Noord-Amerikaanse vrijhandelszone. Kleine boeren in Mexico worden weggeconcurreerd door hun zwaar gesubsidieerde collega’s in de VS. Mexicaanse vrachtauto’s zijn zo smerig dat ze in Californië niet toegelaten worden. De regering-Bush wil heel Noord- en Zuid-Amerika in een NAFTA-achtige vrijhandelszone veranderen. Dat lijkt meer in het belang van Amerikaanse multinationals dan van de bevolking ten zuiden van de Rio Grande en van het milieu.

De weerzin van Amerikaanse neo-conservatieven tegen multilaterale afspraken die Washington de handen binden voorspelt weinig goeds voor de WTO. Meer dan ooit is het aan de EU om het voortouw te nemen bij verantwoorde globalisering, binnen en desnoods buiten de WTO. Naast de medicijnvoorziening voor ontwikkelingslanden zijn er nog een aantal urgente kwesties:

1. Het beëindigen van de gesubsidieerde dumping van landbouwproducten, waardoor boeren in ontwikkelingslanden uit de markt gedrukt worden. De Europese exportsubsidies zijn de afgelopen jaren al flink teruggelopen, maar de bereidheid om ermee te kappen ontbreekt. Zeker nu de regering-Bush de steun aan Amerikaanse boeren bijna verdubbelt, is de animo voor een forse vergroening van het Europese subsidiestelsel tanende. De EU moet echter beseffen dat zij de steun van ontwikkelingslanden hard nodig heeft om haar mondiale wensen inzake dierenwelzijn, consumentenbescherming en klimaatbeleid te realiseren.

2. Het recht van consumenten om nee te zeggen tegen gentech-voedsel. Eind 2003 wordt etikettering van genetisch gemodificeerd voedsel verplicht in de EU. De politieke boycot van nieuwe gentech-gewassen maakt dan plaats voor een consumentenboycot. Want uit angst klanten te verliezen, zullen supermarktketens van hun leveranciers verlangen dat zij gentech-vrij voedsel leveren. Dat schaadt de Amerikaanse export van gen-soja en –maïs. De regering-Bush zal de EU waarschijnlijk aanklagen bij de WTO. Europa dient zich schrap te zetten.

3. Maatschappelijk verantwoord ondernemen. Europese multinationals die buiten de EU opereren moeten jaarlijks rapporteren hoe zij daar presteren ten opzichte van de EU-milieunormen. Een GroenLinks-voorstel daarover zal binnenkort door het Europees Parlement worden onderschreven. Er zijn al veel multinationals die wereldwijd een uniforme, hoge standaard hanteren bij het voorkomen van arbeidsongevallen. Waarom kan dat niet bij het tegengaan van vervuiling?

4. Tegengaan van klimaatverandering. Als de Russische Doema het Kyoto-protocol ratificeert krijgen de afspraken over reductie van broeikasgassen wereldwijde geldigheid. De EU voert een diplomatiek offensief richting Moskou. Japan wil uitstootrechten kopen van Rusland. Maar de VS voert een tegenlobby. Dat dwingt de EU tot hard spel. Voortgaande sabotage van Kyoto, zo moet Brussel aan Washington duidelijk maken, heeft gevolgen voor de transatlantische handelsbetrekkingen.