Europa als 'civiele supermacht', hoe ziet dat eruit? Als de EU-lidstaten samenwerken op het gebied van buitenlands beleid, kan Europa een belangrijk speler zijn op het wereldtoneel én een weerwoord bieden aan het huidige Amerikaans wapengekletter en unilateralisme. GroenLinks-europarlementariër Joost Lagendijk organiseerde hierover een conferentie in Brussel.

Een paar jaar geleden waren het enkel de 'idealistische' groenen en een paar NGO's (niet-gouvernementele organisaties) die het hadden over conflictpreventie en 'soft power'. Tegenwoordig zijn het in Europa veel gebezigde begrippen. ‘De EU als civiele supermacht’, dat was de titel van de drukbezochte groene conferentie in het Europees Parlement donderdag 16 oktober.

Preventie
Zowel de EU-lidstaten als de Europese Commissie zijn er inmiddels van doordrongen dat militair ingrijpen een allerlaatste noodmiddel is, maar dat preventie veel beter werkt. Lagendijk: “Iedereen begint langzamerhand in te zien dat de manier waarop de EU buitenlandse politiek bedrijft - steunend op bilaterale verdragen en strevend naar een sterke internationale orde - vruchten kan afwerpen. Voorwaarde is dat dit preventieve beleid coherent wordt vormgegeven. Door op alle gebieden na te gaan in hoeverre het huidige EU-beleid conflicten in de hand kan werken.”

Uitbreiding
Een voorbeeld voor het goed functioneren van Europa's soft power is de uitbreiding. Door te 'lokken' met het uitzicht op lidmaatschap, begeleidde de EU in Centraal Europa de succesvolle overgang naar democratische samenlevingen. Op de Balkan wist Europa, door een afgewogen inzet van civiele en militaire middelen, uiteindelijk de escalatie van het conflict in Macedonië te voorkomen. "Maar in beide gevallen had Europa de lidmaatschapstroef in handen", aldus Lagendijk, "de vraag is of we zo’n aanpak ook kunnen exporteren naar gebieden buiten Europa."

Achtertuin
Michael Emerson, senior researcher bij de invloedrijke Brusselse denktank Centre for European Policy Studies, vindt dat de EU in de eerste plaats verantwoordelijk is voor haar eigen ‘achtertuin’. Hij doelt daarmee op Oost-Europa, Rusland en de Kaukasus, maar ook het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Zonder uitzicht te geven op een toekomstig lidmaatschap pleit Emerson ervoor dat de EU een meer samenhangend beleid moeten voeren richting deze regio's. Respect voor de mensenrechten en de (opbouw van een) democratie moeten daarin centraal staan.

Europa’s alternatief
Volgens Philip Golub, journalist voor het opinieblad ‘Le Monde diplomatique', moet Europa juist globaler denken. Golub, zelf half Amerikaan, is geen voorstander van een wereld met één machtscentrum (Washington) noch is hij enthousiast over het door Chirac voorgestane 'Europe puissance', waarbij Europa de Verenigde Staten moet imiteren door zelf een machtsimperium op te bouwen. Europa heeft volgens Golub de sleutel voor een alternatief in handen: de manier waarop nu de Europese Unie zelf functioneert. De grondslag van samenwerking in de EU is wederzijds respect, waarborgen voor de mensenrechten en een rechtvaardiger herverdeling van de rijkdommen. Die manier van werken, zo bepleit Golub, moet de Europese Unie ook gebruiken in haar buitenlands beleid.

Druk
De conferentie, die Lagendijk in samenwerking met de Groenen/EVA-fractie organiseerde, trok veel belangstellenden. Naast ‘groenen’ als Daniel Cohn-Bendit, fractieleider van de Groenen in het Europees Parlement, en Angelika Beer, voorzitter van de Duitse Groenen, waren er ook leden van andere fracties, vertegenwoordigers van de verschillende Europese Instellingen en veel vertegenwoordigers van NGO's. "Een teken dat conflictpreventie en soft power tegenwoordig breed gedragen en serieus genomen worden”, aldus Lagendijk.