“We mogen niet accepteren dat Amerikaanse bedrijven toegang krijgen tot onze persoonlijkste gegevens als onze standaarden voor gegevensbescherming daar niet worden gevolgd.” De de commissie Burgerlijke Vrijheden van het Europees Parlement, waar Judith Sargentini namens GroenLinks deel van uitmaakt, uit zware kritiek op het zogenaamde Privacy Shield.

Het Privacy Shield is het akkoord tussen Europa en de Verenigde Staten dat de uitwisseling van gegevens regelt. Bedrijven zoals Google en Facebook kunnen onder dit verdrag de gegevens van Europeanen verwerken in de VS. Het verdrag is een opvolger van het Safe Harbour-akkoord, dat de Europese rechter ongeldig verklaarde omdat het onvoldoende bescherming bood voor gegevens van Europese burgers.

Trump

De parlementscommissie bekritiseert onder meer de lage privacy-standaarden in de VS en toont haar ongenoegen over de slappe constructie in het nieuwe akkoord. Europese burgers blijven onbeschermd tegen misbruik van hun gegevens. Sargentini: “Het moet absoluut niet kunnen Amerikaanse bedrijven onze Europese persoonsgegevens kunnen verhandelen als wij dat niet willen. Zeker onder Trump kunnen we er niet vanuit gaan dat daar streng op wordt toegezien.”

Sargentini liet zich vanaf het begin kritisch uit over het voorstel van de Europese Commissie voor dit Privacy Shield. De commissie Burgerlijke Vrijheden onderschrijft haar kritiek nu. Sargentini: “Ondanks wat verbeteringen, kun je erop wachten dat ook deze regeling de toets van de Europese rechter niet zal doorstaan. De macht en invloed van de bedrijven die handelen in big data is veel te groot. De commissie Burgerlijke Vrijheden wil met deze resolutie de Europese Commissie corrigeren.”

De Europese Commissie moest vorig jaar met een voorstel komen door een uitspraak van het Europees Hof van Justitie die Safe Harbour, de voorganger van het Privacy Shield, naar de prullenbak verwees omdat die in strijd was met het recht op privacy. Sargentini: “Het is schokkend dat wetgeving nog zo tekortschiet en we door een Oostenrijkse student daarop gewezen moeten worden. Max Schrems toonde via de rechter aan dat de bescherming van uitgewisselde data met de Verenigde Staten fundamenteel tekort schiet.”