De Europese Unie staat zwak tegenover Rusland zolang haar lidstaten wedijveren om energiecontracten met Moskou. Geef de Europese Commissie de regie over grote gas- en oliedeals, zo stellen Joost Lagendijk en Kathalijne Buitenweg voor.

Nicolas Sarkozy, de Franse president, en Javier Solana, de buitenlandcoördinator van de EU, hebben in Moskou resultaat geboekt. Tegen de verwachting in heeft president Medvedev beloofd de Russische troepen terug te trekken uit de bufferzones in Georgië. Maar voor het Europese protest tegen de Russische erkenning van de ‘onafhankelijkheid’ van Zuid-Ossetië en Abchazië bleef Medvedev doof. Sommige EU-landen willen zich stilzwijgend bij neerleggen bij deze verhulde vorm van landjepik.

De diplomatieke succesjes, hoe belangrijker ook, kunnen niet verhullen dat het de EU ontbreekt aan pressiemiddelen tegenover Moskou. "Medvedev heeft zijn hand op de gaskraan, niet wij," verklaarde Bernard Kouchner, de Franse minister van Buitenlandse Zaken, tegenover het Europees Parlement.

Rusland heeft zich onder Poetin ontwikkeld tot een autoritaire, assertieve en soms gevaarlijke buurman. Deze streeft naar vergroting van zijn invloedssfeer op een wijze die haaks staat op het EU-model van vrijwillige aaneensluiting. De aanval op het buurland Georgië, waarbij onder Russisch toezicht etnische zuiveringen werden uitgevoerd, dwingt Europa de onevenwichtige relatie met Moskou te herzien. Rusland zal ook na Georgië een agressieve buitenlandse politiek blijven voeren. Russische hoogwaardigheidsbekleders zinspelen op ingrijpen in andere voormalige Sovjetrepublieken. Moldavië en Oekraïne staan bovenaan de lijst. Maar ook de Baltische EU-lidstaten, die grote Russische minderheden hebben, zijn kwetsbaar.

De manier waarop Rusland zijn energiebonanza inzet voor rauwe machtspolitiek onderstreept nog eens dat we met ons massale gebruik van fossiele brandstoffen op een doodlopende weg zitten. Geopolitiek is, naast klimaatverandering en toenemende energieschaarste, een dwingende reden om zo snel mogelijk over te schakelen op hernieuwbare energiebronnen.

De Europese politiek twijfelt nog steeds tussen investeren in de toekomst en het steunen van traditionele industrieën. Tekenend is de onwil van de industriecommissie van het Europees Parlement om autofabrikanten strenge CO2-normen op te leggen. Deze maand werd een voorstel van de Europese Commissie zodanig afgezwakt, dat nieuwe auto’s jaarlijks maar 1 gram CO2 per kilometer minder hoeven uit te stoten, in plaats van 8 gram. Deze knieval voor de lobby van benzineslurpers remt innovatie af en bestendigt onze afhankelijkheid van geïmporteerde olie.

Europa moet veel krachtiger inzetten op energiebesparing en duurzame energie. Dan nog duurt het enkele decennia voordat we onze verslaving aan fossiele brandstoffen hebben overwonnen. In die overgangsperiode is een eensgezinde buitenlandse energiepolitiek onontbeerlijk.

Meer dan een kwart van onze fossiele brandstoffen komt uit Rusland. Andersom is de Russische economie voor het grootste deel afhankelijk van handel met de EU. Maar waar Rusland haar energiestaatsbedrijven inzet voor machtspolitieke doeleinden, beconcurreren EU-landen elkaar om olie- en gasdeals met Rusland te sluiten. Daarmee kan Rusland de EU-landen eenvoudig tegen elkaar uitspelen.

De aanleg van extra pijpleidingen helpt Rusland in deze strategie. Het project Nord Stream beoogt Russisch gas door de Oostzee rechtstreeks naar Duitsland te brengen. Hiermee worden de huidige doorvoerlanden Wit-Rusland en Polen omzeild. Als Nord Stream er ligt kan Moskou deze landen onder druk zetten zonder de economische band met Duitsland in gevaar te brengen. Dat zulke pressie niet denkbeeldig is, bleek onder meer in 2006 en 2008, toen Rusland de gastoevoer naar het ‘ongehoorzame’ buurland Oekraïne tijdelijk terugschroefde.

Om de afhankelijkheid van Rusland te verminderen, probeert de EU de aansluiting met andere energieproducenten te verbeteren. Zo zijn er projecten om meer gas te halen uit Noord-Afrika en worden nieuwe aanvoerroutes ontwikkeld door het strategisch gelegen Turkije. De geplande Nabucco-pijplijn moet het gasrijke Kaspische Zeegebied verbinden met West-Europa. Maar dit project wordt tegengewerkt door Rusland, dat een concurrerende pijplijn aanlegt. Meerdere EU-landen ondersteunen, in ruil voor lucratieve contracten, deze Russische poging om alle touwtjes in handen te houden.

Na Georgië is het niet langer verantwoord om de ogen te blijven sluiten voor de Russische verdeel- en heerspolitiek. Dat geldt ook voor Nederland. De Gasunie hoopt, met steun van de regering, uit te groeien tot dé gasmakelaar van West-Europa. Daartoe heeft het bedrijf bij Gazprom bedongen dat het mag participeren in Nord Stream, de pijplijn die zoveel Europese verdeeldheid zaait. Nationaal economisch voordeel heeft een politieke prijs, die uiteindelijk door alle Europese burgers betaald wordt.

Bij meer Europese eensgezindheid zouden de verhoudingen anders liggen. Rusland is namelijk sterk afhankelijk van de EU voor de afzet van zijn gas en het behoud van zijn welvaart. De gaspijpleidingen lopen naar West-Europa, niet naar China. De EU vergroot haar politieke gewicht wanneer er Europese regie komt over grote deals rond energieleveranties en pijpleidingen. Nationale regeringen zouden moeten afspreken dat de Europese Commissie het recht krijgt om zulke contracten tegen te houden of te initiëren. Tevens dient de Commissie een mechanisme op te zetten dat Europese energiesolidariteit garandeert wanneer Rusland één of meer lidstaten in de kou probeert te zetten.

Zonder een gezamenlijk extern energiebeleid blijft Europa zwak staan tegenover degene die zijn hand aan de gaskraan heeft. Ook als deze persoon van alles op zijn kerfstok heeft.