De Europese Commissie presenteerde deze week een voorstel om de langetermijnvisie van Europa voor ontwikkelingssamenwerking te updaten. In de zogeheten 'consensus' uit 2006 onderschreven alle Europese instellingen dezelfde visie met doelstellingen, principes, waarden en ideeën voor het ontwikkelingsbeleid van de Europese Commissie.

De vorig jaar door de Verenigde Naties overeengekomen Agenda 2030, de daaruit volgende 17 duurzame ontwikkelingsdoelen en de huidige wereldwijde uitdagingen maken de consensus van 2006 achterhaald, vindt de Commissie, dus voor het eerst in tien jaar komt er een herziening.

Het voorstel van de Commissie lijkt vooral reeds bestaand beleid in een nieuw jasje te gieten: namelijk dat van de duurzame ontwikkelingsdoelen.

“Dat is op zich een prima stap”, zegt Europarlementariër Judith Sargentini, “net als de nadruk die gelegd wordt op gezamenlijke acties door de EU en de lidstaten.”

Nu ontbreekt er nog te vaak coherentie tussen ontwikkelingsbeleid van lidstaten en de EU. Door samen de handen ineen te slaan kan de daadkracht worden vergroot. Sargentini is daarnaast ook tevreden met het voorstel van de Commissie om als EU gezamenlijk 0,7 procent van het Bruto Nationaal Inkomen aan ontwikkeling te besteden. Dit doel sluit aan bij de vorige week in de Tweede Kamer aangenomen motie van GroenLinks-Kamerlid Rik Grashoff.

Of de positieve punten opwegen tegen de negatievere aspecten uit de voorstellen, moet Sargentini nog bezien. De Europese Commissie heeft ook van de gelegenheid gebruik gemaakt om migratie en veiligheid in de visie op ontwikkelingssamenwerking op te nemen. Een belofte van 0,7 procent van het BNI is een goede stap, maar dan moet deze wel daadwerkelijk aan armoedebestrijding worden uitgegeven en niet aan controleposten en grenswachten.

Sargentini is dan ook kritisch op de manier waarop ontwikkelingsbeleid wordt gepresenteerd als een belangrijk middel om de hoofdoorzaken van onder andere onveiligheid en vluchtelingenstromen te bestrijden. Ze wijst erop dat decennia aan ervaring ons heeft geleerd dat duurzame ontwikkeling vooral gebaat is bij langdurige, betrouwbare financiering en transparantie.