Veel Europeanen hebben in dit prille jaar alweer natte voeten gekregen, en erger. GroenLinks-europarlementariër Alexander de Roo pleit voor grensoverschrijdende afstemming van het waterbeheer. “Een Europese waterstaatautoriteit is nodig om de bijna jaarlijkse overstromingen in Europa te voorkomen."

schriftelijke vraag
Steeds vaker kampen lidstaten met hoge waterstanden en overstromingen van met name de rivieren Donau, Elbe, Rijn, Maas en Schelde. Voor een deel kan dit probleem worden verklaard uit het ontbreken van een omvattend waterbeheer. Zo halen onze zuiderburen opgelucht adem als het Maaswater pas bij Borgharen buiten haar oevers treedt en moet de stad Keulen ieder jaar weer alle zeilen bijzetten om droge voeten en kelders te houden, omdat de deelstaat Baden Würtemberg het aan de bovenloop van de Rijn in Zuid Duitsland vertikt de oude overloop gebieden weer open te stellen.

De Roo, vice-voorzitter van de milieucommissie, vindt dat het hoog tijd wordt voor serieus waterbeheer op Europees niveau. Het gaat dan in de eerste plaats niet om de kwaliteit van het water, daar is de laatste decennia flink aan gewerkt. “Met name de Kaderrichtlijn Water, die 22 december 2003 van kracht wordt, zal bijdragen aan een aanzienlijke verbetering van de waterkwaliteit. Over kwantiteit staat in deze en voorgaande wetten echter weinig. De lidstaten hoeven de waterhoeveelheid slechts te registreren, niet te reguleren, terwijl dat gezien de bijna jaarlijkse overstromingen broodnodig is”, aldus De Roo.

De Roo vraagt de Europese Commissie vandaag, 6 januari, om op korte termijn aan te geven welke wettelijke mogelijkheden er bestaan voor een Europese bevoegdheid om met name het beheer van de grote hoeveelheden water die de Europese rivieren doen overstromen beter aan te pakken. De Roo: "De bestaande internationale organen voor de controle van de waterkwaliteit zoals de Rijncommissie en Donaucommissie gaan alleen over de kwaliteit. Voor het beheer van de kwantiteit is zij nu onbevoegd terwijl afstemming van retentiegebieden en uiterwaarden op regionaal, nationaal niveau en, bij grensoverschrijdende rivieren, Europees niveau noodzakelijk is. Zorgvuldigheid en duurzaamheid moeten daarbij voorop staan. Als er geen grensoverschrijdende afstemming komt, houden we in Europa benedenstrooms de verwoestende werking van het wassende water zoals we in 2002 met de Elbe, de Donau hebben gehad en die we met de Rijn, Maas en Schelde al jaren ondervinden."


Schriftelijke parlementaire vraag
Datum: 6 januari 2003
Indiener(s): Alexander de Roo, (GroenLinks) Nederland
Betreft: Europese waterstaatautoriteit

Tekst:
Steeds vaker kampen lidstaten met hoge waterstanden en overstromingen van met name de riveren Donau, Elbe, Rijn, Maas en Schelde.
Voor een deel kan dit probleem worden verklaard uit het ontbreken van een omvattend waterbeheer. Het gaat dan niet in de eerste plaats om de kwaliteit van het water. Op dat gebied is de laatste decennia aanzienlijke voortuitgang geboekt, met name via de Kaderrichtlijn Water (2000/60/EC) die op 22 december 2003 van kracht wordt. In deze EU wet hoeft (volgens bijlage I) slechts de waterhoeveelheid geregistreerd te worden maar niet gereguleerd.
Daarnaast zijn er eerder al voor de controle van de waterkwaliteit internationale organen opgericht zoals de Rijn Commissie en Donaucommissie. De bestaande internationale organen op het gebied van waterbeheer hebben echter geen bevoegdheden met betrekking tot het beheer van waterkwanteiten. Bij het beheer van de kwantiteit van het rivierwater houden te veel verantwoordelijke autoriteiten op regionaal en nationaal niveau, te weinig rekening met het tot stand brengen en herstellen van natuurlijke retentiegebieden, met een zorgvuldig beheer van de uiterwaarden en een duurzaam beleid voor de dijken. Gevolgen van deze verwaarlozing hebben benedenstrooms vaak verwoestende uitwerkingen zoals we in 2002 met de Elbe en de Donau meemaakten en we met de Rijn, Maas en Schelde bijna jaarlijks ondervinden.

1. Is de Commissie het met vragensteller eens dat het beheer van de waterkwantiteit in de stroomgebieden van grensoverschrijdende rivieren een grensoverschrijdend probleem is dat alleen op Europees niveau effectief kan worden aangepakt?

2. Is de Commissie bereid op korte termijn na te gaan of er voldoende wettelijke basis in de Europese verdragen bestaat zijn om voor stroomgebieden van de grote grensoverschrijdende rivieren, om te beginnen de Elbe, Rijn, Maas en Schelde, te komen tot een Europese bevoegdheid om ook de grensoverschrijdende kwantiteitsproblemen aan te pakken?

3. Indien volgens de Europese Commissie de bestaande wet- en regelgeving daartoe niet toereikend is, is zij dan bereid aan te geven welke stappen volgens haar genomen moeten worden om wel tot een wettelijke basis te komen die het mogelijk maakt grensoverschrijdende kwantiteitsproblemen van de grote Europese rivieren aan te pakken?