SP en GroenLinks willen dat supermarkten minder gebruik maken van losse jaarcontracten: zolang er werk te doen is, mogen jongeren niet na twee of drie tijdelijke contracten aan de kant worden gezet. Ook moet de Arbeidsinspectie harder optreden tegen uitbuiting en dat jongeren beter worden voorgelicht over hun rechten.
Kamerleden Renske Leijten (SP) en Ineke van Gent (GroenLinks) vragen opheldering aan aan de minister van Sociale. Zaken naar aanleiding van de ‘flexinspectie’ door FVN Jong, Rood en Dwars, de jongerenorganisaties van SP en GroenLinks. Hieruit bleek dat supermarkteigenaar op grote schaal met tijdelijke contracten werken voor hun vulploeg- en kassamedewerkers. Na twee of drie jaarcontracten worden jonge medewerkers dan aan de kant gezet. SP en GroenLinks willen dat de Arbeidsinspectie beter controleert op de naleving van de Flexwet en jongeren hierover informeren.
Het rapport van FNV Jong, Rood en Dwars is hier te vinden.
Renske Leijten en Ineke van Gent hebben de volgende vragen gesteld:
1. Wat is uw mening over het bericht ‘Jeugd ‘wegwerppersoneel’’ (1) en het Zwartboek Flexwerk ‘Is flex wel zo super’ (2)?
2. Bent u van mening dat structurele kassa- vakkenvul- werkzaamheden de supermarkt als tijdelijk werk aangeboden mogen worden? Zo ja, waaruit maakt u op dat deze werkzaamheden tijdelijk van aard zijn?
3. Bent u van mening dat supermarkten tijdelijke contracten dienen om te zetten in vaste contracten na drie jaar? Zo nee, wat is de waarde van de flexwet als bepaalde tijdelijke arbeid permanent werk als tijdelijk wordt aangeboden?
Vindt u dat hier sprake is van het overtreden van de wet? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u aan deze overtreding doen?
4. Hoe oordeelt u over de invloed van de hoofdkantoren van de supermarkten die voorkomen dat oudere werknemers vulploegwerk kunnen doen? Vindt u dat hier sprake is van eerlijk personeelsbeleid? Zo ja, kunt u dat toelichten? Zo nee, wat gaat u hieraan doen?
5. Bent u nog steeds van mening dat een (jongere) werknemer, die niet uitbetaald wordt bij ziekte het gelijk bij de rechter moet halen? (3) Zo ja, vindt u dat er tussen een werkgever en een (jonge) werknemer sprake is van een gelijke verhouding?
6. Bent u van mening dat een werknemer voldoende rechtswegen heeft om het tegen de werkgever op te nemen via de rechter zonder zijn arbeidscontract op het spel te zetten? Zo ja, waaruit blijkt dit? Zo nee, welke wegen hebben werknemers volgens u om hun recht te halen als een werkgever het contract overtreedt?
7. Kunt u toelichten welke mogelijkheden ziet u om informatie over de arbeidscontracten aan (jonge) werknemers te verbeteren? 8. Bent u, in het kader van de leer-, werkplicht tot 27 jaar, dat hier sprake is van duurzame kansen voor jongeren op de arbeidsmarkt? Zo ja, kunt u dat toelichten? Zo nee, wat gaat u veranderen aan de praktijken dat vaste contracten in supermarkten niet of nauwelijks aangeboden worden? 9. Bent u van mening dat het programmaministerie Jeugd en Gezin zich dient te buigen over de arbeidsmogelijkheden van jongeren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe denkt u dit vorm te gaan geven?
1) Voorpagina Spits, 19 december 2007
3) Kamervragen lid Leijten (1656, vergaderjaar 2006,2007)