Het is crisis in het land. En het kabinet zit stil. GroenLinks niet. GroenLinks laat in de tegenbegroting zien dat ook zonder het tekort verder op te laten lopen, het veel groener en socialer kan in ons land.

Groen werk
GroenLinks kiest voor oplossingen die zoveel mogelijk werk creëren, rechtvaardig zijn en de economie in een groene richting duwen. Er is veel meer werk te maken van nieuwe huizen, isolatie van oude woningen, nieuwe trein- en tramlijnen en windenergie. GroenLinks stelt 370 miljoen beschikbaar voor concrete tram- en lightrailprojecten in bijvoorbeeld Maastricht en Nijmegen. En een half miljard voor verbetering van bestaand en aanleg van nieuw spoor. Dat wordt gefinancierd door te besparen op de aanleg van wegen. Extra geld is er voor een snelle introductie van elektrische auto’s.

En nog meer werk
Meer werk stimuleren gebeurt door laagbetaald werk goedkoper en lonender te maken. Voor kleine zelfstandigen stelt GroenLinks een lastenverlichting voor van een half miljard euro. De investeringen in zorg en onderwijs zorgen voor handen aan het bed en leraren voor de klas. De lerarensalarissen gaan omhoog; de werkdruk omlaag.

De lastenverlichting voor laagbetaalden, wordt gefinancierd door extra milieuheffingen op energie en op leaseauto’s. De omzetting van de zorgtoeslag in een inkomensafhankelijke premie bespaart op de gigantische bureaucratie. Verder bespaart GroenLinks op defensie door het JSF-project stop te zetten.

Welzijn op lange termijn
GroenLinks heeft geen 20 ambtenarencommissies nodig voor toekomstgerichte hervormingsvoorstellen. Het eerlijker maken van de hypotheekrenteaftrek, het afschaffen van de aanrechtsubsidie, het beperken van de pensioenaftrek voor hoge inkomens en het moderniseren van de arbeidsmarkt levert miljarden op. Het gaat niet alleen om bezuinigen, maar om voorstellen die van Nederland een prettiger land maken om in te leven. Toegang tot de arbeidsmarkt en de woningmarkt voor mensen met weinig opleiding en lage inkomens.

GroenLinks heeft het meeste solidaire voorstel voor hervorming van de AOW: een flexibele AOW. Mensen krijgen volledige AOW als ze 40 jaar hebben gewerkt. Mensen die vroeg zijn begonnen op de arbeidsmarkt krijgen eerder de AOW (vanaf 63 jaar). Mensen die door lange studies later zijn begonnen, of er een tijd tussenuit gaan moeten tot na hun 65ste doorwerken om hun volledige AOW te krijgen.  Dat is sociaal, rechtvaardig en betaalbaar op de lange termijn.