Europa moet zich sterk maken om gewapende rebellengroepen te houden aan internationale wetten ter bescherming van kinderen. Dat concludeert het Europees Parlement op initiatief van GroenLinks-Europarlementariër Judith Sargentini.

In de meeste gewapende conflicten zijn rebellengroepen betrokken die vechten tegen de overheid of tegen andere gewapende groepen. Hoewel de eerste verantwoordelijkheid om mensen te beschermen bij staten ligt, is het van groot belang dat ook rebellengroepen zich aan de internationale wetten houden. In deze wetten is bijvoorbeeld vastgelegd dat het gebruiken van landmijnen of het ronselen van kinderen strafbaar is.

Sargentini: “Kinderen hebben vaak het meest te lijden onder een gewapend conflict en lopen een verhoogd risico om slachtoffer te worden van seksueel misbruik of om gerekruteerd te worden als kindsoldaat.”

Op initiatief van Sargentini vraagt het Europarlement nu aan de Europese ministers om rebellengroepen aan te moedigen om de actieplannen van de Verenigde Naties te tekenen. Daarin staan afspraken over de bescherming van kinderen. Verschillende rebellengroepen hebben de actieplannen al ondertekend en dat leidde tot het vrijlaten van kindsoldaten en de veroordeling van ronselaars.

Sargentini “Het is van groot belang om contact te blijven zoeken met de gewapende rebellen om hen te overtuigen van de internationale humanitaire regels. Daarmee redden we levens.”

Het Europarlement benadrukt dat de inspanningen om respect af te dwingen bij rebellengroepen voor de internationale wetten niet de legitimiteit van de activiteiten van deze groepen steunen of erkennen.