Criminaliteit moet worden aangepakt door contante betalingen voortaan al vanaf 5.000 euro te controleren. Een Kamermeerderheid steunt vandaag een voorstel van GroenLinks en de PvdA hiertoe. De grens moet ten minste worden gehalveerd, van 10.000 euro naar 5.000 euro. Zo wordt het moeilijker voor criminelen om zwart geld uit te geven.
GroenLinks-Tweede Kamerlid Kathalijne Buitenweg: “Ik denk dat maar weinig mensen een bedrag boven de 5.000 euro cash betalen. Met een lagere grens wordt het uitgeven van zwart geld moeilijker. Zo kan ondermijning effectiever worden tegengegaan. “
PvdA-Tweede Kamerlid Attje Kuiken: “Je wil zeker zijn dat misdaad niet loont. En laten we eerlijk zijn: gewone mensen lopen niet met grote sommen cash over straat. Zeker nu elektronisch betalen vrijwel overal kan, is het nauwelijks uit te leggen waarom iemand meer dan 5.000 euro op zak zou moeten hebben. Als we dat bedrag verlagen maken we het geharde criminelen weer een beetje moeilijker.”
Volgens GroenLinks en de PvdA biedt de huidige Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (WWFT) te veel ruimte aan criminelen om cash geld uit te geven in de formele economie. Daarom moet de grens omlaag van 10.000 naar hoogstens 5.000 euro.
De Kamerleden hekelen de opstelling van de minister. Minister Grapperhaus wil, zo stelt hij in de media, criminele organisaties met een ‘juridische bulldozer kapot rijden’. Maar deze stoere taal helpt niet om de ondermijning van onze rechtsstaat tegen te gaan. Buitenweg: “Uiteindelijk komt het neer op taai handhaven en zorgvuldige wetgeving.”