Vanaf 1 juli 2002 is Denemarken voor 6 maanden voorzitter van de Europese Unie. De voorzitter van de commissie sociale zaken en werkgelegenheid, GroenLinks-europarlementariër Theo Bouwman, reisde met een tienkoppig gezelschap naar Kopenhagen om af te tasten welke punten de Denen op de agenda willen zetten.

De delegatie van de commissie sociale zaken en werkgelegenheid van het Europees Parlement sprak met het Deense ministerie van werkgelegenheid en van sociale zaken, met het comité Europese zaken en het comité arbeidsmarkt en Deense werkgever- en werknemerorganisaties.

Deense vakbonden

De Deense regering en ook de Deense vakbonden zijn voorstander van de zogenaamde ‘open coördinatie methode’. Zij willen veel zaken niet in ‘harde’ Europese wetgeving regelen, maar middels onderlinge afspraken. In gesprekken met de Deense vakbonden merkte Bouwman dat zij nogal koudwatervrees voor Europa hebben. Europa zou de positie van de vakbonden uithollen. “Zij gaan daarmee voorbij aan de minder goede positie van werknemers in Spanje, Griekenland of Portugal. Bovendien wordt de positie van nationale vakbonden, of je dat nu wilt of niet, uitgehold door de globalisering. Het is dus zaak, in deze veranderde wereld, met nieuwe krachtsverhoudingen, de werknemersrechten op een breder dan nationaal niveau goed te waarborgen”, aldus Bouwman.

De ontmoeting was de eerste in een reeks van ontmoetingen in aanloop van het Deens voorzittersschap tussen Deense afgevaardigden en Bouwman als voorzitter van de sociale commissie. “Het was goed om te horen dat ook de Deense regering afstemming van het werkgelegenheids- en het economisch beleid in Europa hoog op de politieke agenda zet. Bij een volgende ontmoeting gaan we hier verder op in.”