Het Kyoto Protocol luidt het einde van het tijdperk van de fossiele brandstoffen in. Als Rusland het Protocol ratificeert, kunnen ook de Verenigde Staten uiteindelijk niet achterblijven. In een nieuw protocol, Kyoto Plus, kan dan een substantiële vermindering van de uitstoot van broeikasgassen worden afgesproken.

Nederland stevent af op de warmste zomer ooit. Droogte en bosbranden teisteren grote delen van Europa. Het wordt steeds moeilijker om te ontkennen dat het klimaat verandert. Onze aarde wordt warmer door het steeds massaler verbranden van fossiele brandstoffen, zoals kolen en olie. Met name door de stijging van het verbruik in ontwikkelingslanden zal, volgens het meest conservatieve scenario, de wereldwijde vraag naar energie in 2040 verdubbeld zijn.

Tegen die tijd is de wereldwijde winning van olie al over haar piek heen. Die komt tussen 2010 en 2015. Dat beweren niet alleen geologen, maar ook oliemaatschappijen als BP. Die piek is ontzettend dichtbij. Dan is het tijdperk van de goedkope brandstoffen voorgoed voorbij. Shell is zich daarvan bewust en investeert vele miljarden in olie uit teerzandgronden in Canada. Maar de olie uit moeilijk winbare voorraden zal slechts een paar jaar respijt opleveren. Dat geldt ook voor de inzet van aardgas. Het wereldwijde verbruik daarvan zal pieken rond 2020, misschien 2025. Teruggrijpen op kolen heeft als nadeel dat er nog veel meer van het broeikasgas kooldioxide wordt geproduceerd.

Daar komt bij dat de resterende olie- en gasreserves zich grotendeels in het Midden-Oosten bevinden, de meest instabiele regio ter wereld. De wijze waarop de VS de energietoevoer uit het Midden-Oosten proberen veilig te stellen kost tientallen miljarden dollars en vele mensenlevens, en voedt bovendien het terrorisme. Juist de dreiging van terroristische aanslagen op kerncentrales heeft de Engelse premier Blair ertoe gebracht om af te zien van kernenergie als serieuze optie voor het toekomstige energiebeleid.

De oplossing zal moeten komen van waterstofenergie. Waterstof levert bij verbranding geen kooldioxide op, en kan overal ter wereld geproduceerd worden. Shell, Daimler-Chrysler en Norsk Hydro willen gezamenlijk binnen twintig jaar de hele economie van IJsland op waterstof laten draaien. Voor Hawaï bestaan vergelijkbare plannen. Alle autofabrikanten investeren in auto’s op waterstof. Nu de liberalisering van de energiemarkten in de VS en de EU de kans op stroomonderbrekingen heeft vergroot, produceren sommige banken en wolkenkrabbers hun eigen elektriciteit met brandstofcellen op waterstof. Ook in steeds meer computersystemen vinden dergelijke brandstofcellen hun weg. Door massaproductie zal de prijs van waterstofsystemen sterk dalen.

De echte uitdaging voor de toekomst van de mensheid is om voldoende hernieuwbare energiebronnen aan te boren, zoals wind, zon, biomassa en aardwarmte, om op milieuvriendelijke wijze waterstof te maken uit water. Grootschalige windparken voor de kust zijn nu al goedkoper dan fossiele bronnen. De andere vormen van hernieuwbare energie zijn nog duurder dan fossiele brandstoffen. Maar door politieke afspraken zoals het Kyoto Protocol zullen fossiele brandstoffen duurder worden en de hernieuwbare alternatieven goedkoper.

Volgende maand leid ik een officiële delegatie van het Europees Parlement naar Moskou om met de leden van de Doema te praten over de Russische ratificatie van het Kyoto Protocol. Anders dan Hans Labohm (De Volkskrant, 13 augustus) hoop ik dat het Russische parlement het protocol zal bekrachtigen, zodat het wereldwijd van kracht wordt. Steeds meer spelers in de Russische politiek worden zich bewust van het economische belang dat Rusland heeft bij de verkoop van emissierechten.

Als het Kyoto Protocol in werking treedt, zal het ook een onderwerp worden in de campagne voor het Amerikaanse presidentschap in 2004. Maar liefst 88 procent van de Amerikanen is voorstander van Kyoto. De senatoren McCain (Republikein) en Lieberman (Democraat) hebben samen een wetsontwerp ingediend voor een emissiehandelssysteem dat de kooldioxide-uitstoot van het Amerikaanse bedrijfsleven moet terugdringen. Het is zeer waarschijnlijk dat de VS, na Bush, zullen terugkeren naar de mondiale onderhandelingstafel.

In de tussentijd dient de Europese Unie, als belangrijkste voorvechter van Kyoto, het goede voorbeeld te geven. Zij zou het voorstel van de rood-groene regering van Duitsland, om de EU-uitstoot van broeikasgassen in 2020 met dertig procent te verminderen, moeten overnemen. Voor 2040 komt dan een vermindering van zestig procent binnen bereik. Een dergelijke inzet is nodig om belangrijke ontwikkelingslanden zover te krijgen dat zij beperkingen aan de toename van hun kooldioxide-uitstoot accepteren. Dat kan een Kyoto Plus Protocol opleveren dat effectiever is dan het huidige protocol. Officieel zullen de wereldwijde onderhandelingen over Kyoto Plus pas in 2005 beginnen, maar informeel zijn ze al gestart. Voorwaarde voor succes is wel dat het huidige protocol, met al zijn onvolkomenheden, in werking treedt. Wie, zoals Labohm, het Kyoto Protocol naar de mestvaalt van de geschiedenis wil verwijzen, helpt de enige kans om een dramatische klimaatverandering af te wenden om zeep.