Het Europees Parlement bediscussieerde gisteren de voortgang van kandidaat-lidstaat Turkije en keurde vandaag een rapport over dit onderwerp goed. Turkije-specialist Joost Lagendijk keek terug op vijf jaar toetredingsonderhandelingen: "Sinds het gouden jaar 2004 is te weinig gebeurd."

"Het merkwaardige, en eerlijk gezegd ook wel een beetje treurige, is dat sinds 2004 het tempo van de hervormingen te laag is. Daarbij komt dat eigenlijk de bereidheid in de Europese Unie om Turkije een eerlijke kans te geven ook is afgenomen en dat in Turkije de animo voor het lidmaatschap is teruggelopen," zei Lagendijk.

Volgens Lagendijk heeft het Parlement al die tijd al dezelfde prioriteiten: De vrijheid van meningsuiting in Turkije blijft een zorgenkind. Het beruchte artikel 301, dat belediging van de Turkse natie verbiedt, is hervormd. Maar dit betekent niet dat de vrijheid van meningsuiting nu gewaarborgd is. Lagendijk: "Het is zeer te betreuren dat websites, zoals YouTube, nog steeds niet toegankelijk zijn in Turkije. Er is nog steeds een ontoelaatbare druk van de regering op een deel van de media."

Ook de positie van de Koerden is nog steeds een probleem, ondanks de aanwezigheid van een nieuwe Koerdische partij (DTP) in het Turkse parlement. De rechten van religieuze minderheden zijn ook nog niet goed geregeld. Weliswaar is de rechtspositie van niet-islamitische godsdiensten verbeterd, maar toch zijn er nog altijd problemen voor de Alevieten, de grootste minderheid in Turkije die een religie aanhangen die nauw verwant is aan de Soennitische islam.

"Gezien het gebrek aan vooruitgang is het geen wonder dat het Parlement een kritisch verslag heeft opgesteld," vindt Lagendijk. "Rapporteur Ria Oomen-Ruijten van het CDA heeft een goede balans gevonden. De scherpe kantjes die er in het begin in stonden, zijn er na overleg vanaf. Vooral over Cyprus stonden er een paar dingen in die een oplossing voor het slapende conflict op het eiland in de weg konden zitten. Dat hebben we er nu uitgekregen."

Lagendijk is ook blij dat het Parlement de belangrijke rol van Turkije in het Europese Veiligheids- en Defensiebeleid (EVDB) accepteert. "Turkije is één van de grootste leveranciers van personeel voor belangrijke Europese missies. Of het nu gaat om de militaire macht die de stabiliteit van Bosnië garandeert of de training van politieagenten in Congo, Turkije draagt een steentje bij. Daarom heb ik de Europese regeringsleiders ook gevraagd om Turkije beter te raadplegen bij de voorbereiding van en de beslissing over het EVDB."

Lagendijk is al met al blij met het rapport, dat stevige kritiek paart met erkenning van de goede ontwikkelingen in Turkije. "VVD'er  Van Baalen verwijt de rapporteur een slappe houding en komt en passant met extra eisen. Dat zijn goedkope praatjes voor de bühne, terwijl het rapport echt ingaat op de impasse in het toetredingsproces."

Zie ook:

De hele speech van Joost Lagendijk is beschikbaar op YouTube.