Acht politici van drie linkse partijen bepleiten samenwerking tussen PvdA, GroenLinks en SP. De virtuele meerderheid in peilingen moet leiden tot: Een ander Nederland.

Het laatste jaar wordt steeds meer samengewerkt tussen PvdA, SP en GroenLinks. In de Tweede en de Eerste Kamer stemmen zij in bijna alle gevallen voor elkaars moties. Ook in breder verband zijn er coalities. Samen met de vakbeweging is actie gevoerd tegen de plannen van het kabinet.
Deze nieuwe sociale coalitie manifesteerde haar kracht het duidelijkst op 2 oktober 2004, toen meer dan driehonderdduizend mensen in Amsterdam bijeenkwamen en zo het sociale beleid van de regering-Balkenende de wacht aanzegden. Met succes. De regeringsplannen werden op enkele belangrijke punten herzien en de vakbonden kregen de gelegenheid alternatieven voor de regeringsvoorstellen te ontwikkelen. In het platform Keer het tij werken PvdA, GroenLinks en SP met tientallen maatschappelijke organisaties samen voor een sociale agenda.

Dat zijn tekenen die erop wijzen dat progressief Nederland toe is aan een vruchtbare samenwerking. Links kan daarbij leren van CDA en VVD. Het is geen schande dat te erkennen. Want deze partijen, hoe verschillend zij ook denken te zijn, gingen met een voorkeur voor elkaar de verkiezingen van 2003 in en voeren, met steun van D66, op een consequente wijze hun rechtse agenda door.

In andere landen in West-Europa (Duitsland, Frankrijk, Italië, de Scandinavische landen) is het gebruikelijk dat linkse en rechtse partijen de kiezers voor de verkiezingen een reële keuze geven, om na de verkiezingen een regering van een duidelijke signatuur te vormen als de uitslag dat mogelijk maakt. Er valt werkelijk geen redelijk argument te bedenken waarom PvdA, GroenLinks en SP niet zouden kunnen wat rechts in Nederland, en rechtse en linkse partijen elders in Europa als de gewoonste zaak van de wereld beschouwen.

Tegelijkertijd moeten we constateren dat van zo'n gezamenlijke linkse agenda momenteel geen sprake is. Dat moet veranderen. Links kan niet met lege handen staan als CDA en VVD hun kabinet tot inzet van de volgende verkiezingen maken. De waterscheiding die dit kabinet heeft aangebracht, moet worden beantwoord.

De polls laten een trend zien: PvdA, SP en GroenLinks hebben beduidend meer steun dan CDA, VVD en D66. Het zijn maar peilingen, maar het feit dat links virtueel in de buurt van een electorale meerderheid komt, geeft hoop. Het zegt iets over de grote onvrede onder de bevolking over het kabinet-Balkenende. Volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau hebben de meeste Nederlanders een voorkeur voor een betrokken maatschappij met 'gevoel voor gemeenschapszin'. Maar ze zien een snoeiharde 'prestatiesamenleving' ontstaan. Daarom keren kiezers zich af van rechts en gaan op zoek naar een alternatief.

Hoe zou zo'n alternatief eruit moeten zien? Er is een hele waslijst op te stellen van maatregelen die het kabinet-Balkenende niet had moeten nemen, of juist wel had moeten nemen - maar dat is niet ons belangrijkste punt. Links staat voor een andere politieke agenda, die een breuk betekent met het conservatieve denken dat dit kabinet propageert.

Wij willen een ander Nederland, waar de ratio van het geld niet de maat is aller dingen en waarin de economie in de eerste plaats bijdraagt aan duurzame welvaart. Een Nederland waarin een einde komt aan de vanzelfsprekendheid waarmee elites hun topposities verzilveren, terwijl de inkomens ongelijkheid onrustbarend toeneemt. Waarin cruciale voorzieningen als huisvesting, gezondheidszorg en onderwijs niet in het teken staan van concurrentie en consumentisme, maar zich kenmerken door kwaliteit en zekerheid. Waarin niet het wantrouwen regeert, maar het geloof in de bereidheid er samen iets van te maken. Waarin een eind komt aan het over een kam scheren van groepen Nederlanders.

Hoe kan links het verschil maken? Wij bepleiten niet een progressieve partij. Of een lijst bij de komende Tweede Kamerverkiezingen. PvdA, SP en GroenLinks hebben een eigen geschiedenis, profiel, werkwijze en partijcultuur die verschillende groepen kiezers aanspreken. Vaak zijn zij concurrenten en zelfs opponenten. Over sommige actuele politieke thema's verschillen de partijen sterk van opvatting. Zo zijn PvdA en GroenLinks voor de Europese Grondwet, waar de SP tegen is.

Maar ondanks deze verschillen hebben zij meer met elkaar gemeen dan met CDA en VVD. Dat geldt zeker ook voor hun kiezers, die desgevraagd de meeste verwantschap blijken te hebben met andere linkse partijen. Dat biedt een goede basis te werken aan een links alternatief. Door discussie en activiteiten. Op landelijk, maar ook op plaatselijk niveau. Met deelname van mensen van buiten de partijen en maatschappelijke organisaties. Wij willen dat debat voeren en er een platform voor bieden. De precieze vorm van samenwerking moet zich uitkristalliseren. PvdA, GroenLinks en SP kunnen werken aan een lijst van hoofdpunten waarop het beleid anders en beter kan. Dat kan vervolgens het vertrekpunt zijn voor een verdere samenwerking. Wij willen een ander Nederland, waarin niet de behoudzucht regeert, maar de nieuwsgierigheid. Niet alleen de keuzevrijheid, maar ook de solidariteit. Waar burgers niet om hun afkomst worden buitengesloten. Een land dat zijn bewoners hoop geeft in plaats van zorgen baart. Een land waarin iedereen ook echt telt.

Dat is een ander Nederland dan we zien ontstaan. Want dat is een wereld waarin cynisme en onverschilligheid ruim baan krijgen. Waar mededogen een schaars goed en solidariteit een ouderwets woord is geworden.

Dat moet anders. Dat kan anders. Die opdracht is actueler dan ooit voor progressief Nederland.
 
Adri Duivesteijn (PvdA Tweede Kamerlid)
Arda Gerkens (SP Tweede Kamerlid)
Tiny Kox (SP Eerste Kamerlid)
Jos van der Lans (GroenLinks Eerste Kamerlid)
Bert Middel (PvdA Eerste Kamerlid)
Leo Platvoet (GroenLinks Eerste Kamerlid)
Ronald van Raak (SP Eerste Kamerlid)
Marijke Vos (GroenLinks Tweede Kamerlid)