“In juridische en politieke zaken heb ik discriminatie altijd consequent en duidelijk afgewezen”, schrijft Rocco Buttiglione (De Volkskrant, 14 februari). Dat herinner ik mij anders.

Toen hij en ik in 2000 lid waren van de Conventie die het EU-Grondrechtenhandvest schreef, diende Buttiglione een amendement in om seksuele gerichtheid uit te zonderen van het discriminatieverbod. Als hij z’n zin had gekregen waren homo’s en lesbiënnes vogelvrij gebleven. Als minister in de regering-Berlusconi vertraagde hij de invoering van de Europese antidiscriminatiewet in Italië. Bovendien lanceerde hij het voorstel om, wanneer een vrouw een abortus wil ondergaan, de mannelijke verwekker daarover een vetorecht te geven.

Buttiglione is niet afgewezen als eurocommissaris vanwege zijn katholieke geloof. De ‘gewetenspolitie’ waarover hij zich beklaagt bestaat niet. Het Europees Parlement heeft hem gewoon afgerekend op zijn politieke daden.

Amsterdam – Kathalijne Buitenweg, europarlementariër voor GroenLinks