Vrijwel de volledige Kamer was ontevreden over de plannen van minister Peijs voor het spoor. In de nieuwe voorstellen is de concessie voor de NS teveel een 'papieren tijger': harde, concrete en afrekenbare doelen ontbreken. De minister komt daarmee onvoldoende tegemoet aan de wensen van de Kamer. Ze moet afdwingen dat reizigers kunnen rekenen op een betrouwbare en betaalbare trein die vaak en op tijd rijdt.

De minister weigert de NS per 1 januari 2005 te binden aan een concrete punctualiteitseis. Er is dus geen garantie dat de treinen beter op tijd gaan rijden. Evenmin wil ze toezeggen dat de dienstregeling niet wordt uitgekleed. Dat betekent dat de reiziger in de regio nergens op kan rekenen. Een harde groei-ambitie voor het spoor ontbreekt ook. Ze streeft dus niet naar meer treinreizigers en doet dus te weinig aan de ontlasting van het wegennet.

We hebben al ervaring met de concessieverlening in het stads en streekvervoer. Daar hebben we gezien dat alleen concessies die zeer nauw omschreven zijn, echt goed kunnen werken. De minister trekt zich van die lessen nog steeds te weinig aan. Op een aantal  punten heeft de minsiter wel rekening gehouden met de verlangens van de Kamer en heeft ze concrete afspraken kunnen maken met de NS. Maar de belangrijkste stappen moeten nog worden gezet. We zijn nog niet op de helft. Ik reken er op dat de Kamer de minister dwingt om haar werk af te maken: de treinreiziger moet kunnen rekenen op een betrouwbare en betaalbare trein die vaak en op tijd rijdt

Wijnand Duyvendak