In de klimaatpraatpodcast is het al meerdere malen aan bod gekomen: dit jaar vinden er in Bonn drie bijeenkomsten plaats waarin de onderhandelingstekst voor de COP21 wordt voorbereid. Hoe verder de tekst vordert, hoe groter de kans op succes in Parijs. Na twee teleurstellende bijeenkomsten lijkt er nu eindelijk schot te komen in het terugdringen van de omvang van de onderhandelingstekst. Dat biedt perspectief voor de derde (en laatste) Bonn-vergadering die op 19 oktober begint. Een analyse van de tekst die nu op tafel ligt.

Omdat er tijdens de officiële bijeenkomsten zo weinig vooruitgang werd geboekt, hebben de twee voorzitters de vrijheid gekregen om verder te werken aan de tekst. Het is ze gelukt om zesenzeventig pagina's terug te snoeien naar twintig (pdf). Deze tekst zal uiteindelijk de juridisch bindende kern van het toekomstige klimaatverdrag gaan vormen. Alles kan echter nog veranderen, de tekst is immers een voorstel dat geen officiële status heeft.

Heikele kwesties

Over veel belangrijke punten is er nog geen overeenkomst. De huidige tekst staat dan ook vol met haakjes waartussen de mogelijke opties staan. Een aantal heikele kwesties die in de nieuwe onderhandelingstekst zijn opgenomen:

  • Hoe gaan we het streven om klimaatverandering onder de twee graden te houden (in de tekst staat ook nog de optie van anderhalve graad) omzetten in een wereldwijde langetermijndoelstelling voor CO2-reducties? Wij willen de wereldeconomie zo snel mogelijk 'decarboniseren', ofwel volledig af van CO2-uitstoot.
  • Waar komt klimaatfinanciering (voor het aanpassen aan en voorkomen van klimaatverandering) vandaan en wordt het beloofde bedrag van honderd miljard dollar per jaar vanaf 2020 in de loop der tijd opgehoogd? En hoe worden ontwikkelingslanden vergoed voor schade die veroorzaakt wordt door klimaatverandering? Wij willen dat welvarende landen hun verantwoordelijkheid nemen. Het is onacceptabel dat de in 2009 gemaakte belofte nog niet verder is uitgewerkt.

 Twee cruciale punten missen in het huidige voorstel, die wel onderdeel van het uiteindelijke verdrag zullen moeten worden:

  • Hoe wordt er rekening gehouden met de verschillen in welvaartsniveaus tussen landen en kunnen we tegelijkertijd garanderen dat landen die in de loop der tijd welvarender worden en meer CO2 uit gaan stoten, ook meer verantwoordelijkheden krijgen? De Brazilian proposal is een mogelijke oplossing.
  • Internationale luchtvaart en scheepvaart ontspringen de dans in de huidige tekst volledig. Samen zorgen beide sectoren voor acht procent van de globale CO2-uitstoot en dat aandeel stijgt hard. Het is van groot belang dat deze sectoren een wettelijke verplichting opgelegd krijgen om hun uitstoot te verminderen. Een emissiehandelssysteem met een strikt emissieplafond dat geleidelijk afloopt, vormt een goede oplossing.

Op één punt proberen de voorzitters de knoop door te hakken. De tekst stelt dat landen elke vijf jaar met een bijgewerkt voorstel moeten komen waarin staat hoe ze hun CO2 uitstoot verder gaan verminderen, waarbij het ambitieniveau niet achteruit mag gaan. Uiteraard een positieve ontwikkeling, vinden wij.

De écht heikele kwesties liggen nog volledig open. Zolang er niet meer duidelijkheid komt over de klimaatfinancieringskwestie, zal op die punten ook tijdens de derde Bonn-sessie niet veel verandering in komen. Maar hoe dan ook, een overzichtelijke ontwerptekst van handelbaar formaat is absoluut een stap vooruit.

Meer informatie over de eisen die GroenLinks stelt aan het nieuwe klimaatverdrag kun je lezen in het artikel Wat moet de klimaattop in Parijs opleveren? Onze acht aandachtspunten