Donderdag debatteert de Tweede Kamer op verzoek van GroenLinks over het effect van landbouw op het klimaat en op de natuur. De grote hoeveelheid stikstof die de landbouw veroorzaakt is funest voor onze natuur, terwijl de uitstoot van methaan en CO2 van onze enorme veestapel fors bijdraagt aan het klimaatprobleem. GroenLinks-Tweede Kamerlid Rik Grashoff wil dat de regering maatregelen neemt. De veestapel moet kleiner worden. Stallen moeten worden aangepast om uitstoot van ammoniak terug te dringen. En rondom kwetsbare natuurgebieden kan alleen nog extensieve landbouw. Om zo de impact van landbouw op klimaatverandering te verminderen en om onze natuur te beschermen.

De aanleiding van het debat over natuur en landbouw is een onderzoek van Stichting BioSfeer “Rammelende eieren en brekebenen bij de koolmees: verzuring terug bij af”.  Dit onderzoek toont een sterke relatie tussen stikstof en de achteruitgang van vogels. Vogels vinden nog maar zó weinig kalk, dat bij een derde van de eieren de schaal te dun is en dat kuikens zo broos zijn, dat ze al in het nest hun pootjes breken. Door de grote hoeveelheid stikstof verzuurt de bodem  waardoor het ecologisch evenwicht in planten- en dierenrijk steeds meer verstoord raakt. Een sluipend proces dat leidt tot steeds verdergaande achteruitgang van de soortenrijkdom aan planten en dieren. Wetenschappers slaan steeds vaker  alarm.

Stikstof uitstoot komt van industrie, transport en landbouw. De landbouw is verantwoordelijk voor de helft van al die uitstoot. Rik Grashoff kaart de kwestie donderdag aan.

Grashoff: ‘Het huidige stikstofbeleid moet drastisch aangescherpt worden. Stikstof is de sluipmoordenaar van onze natuur. Als we niks doen wordt dit  een op een ecologische ramp. We moeten de komende jaren toe naar een kleinere veestapel. In de tussentijd moet uitstoot van ammoniak uit stallen zo snel mogelijk worden teruggedrongen.  Met iets minder koeien is een duurzame melkveehouderij in Nederland is mogelijk. Dat zou het visitekaartje kunnen zijn van onze toekomstige natuurinclusieve en klimaatneutrale landbouw.’