"Mensen worden niet verliefd op een markt." In zijn tijd als voorzitter van de Europese Commissie waarschuwde Jacques Delors de regeringen van de EU-landen om de sociale dimensie van de Europese eenwording niet te verwaarlozen. De huidige Europese leiders slaan deze waarschuwing in de wind. Hun sociaal-economische voorjaarstop, eind deze week in Barcelona, staat in het teken van de voltooiing van de Europese markt. De daarmee samenhangende vragen rond de toekomst van de sociale bescherming en de kwaliteit van publieke dienstverlening worden ten onrechte genegeerd.

De Spaanse premier Aznar zal in Barcelona alles op alles zetten om afspraken te maken met zijn collega-regeringsleiders over de liberalisering van de markten voor elektriciteit, gas en financiële diensten. Daarmee hoopt hij een impuls te geven aan de economische groei. Die blijft achter bij de doelstelling die de regeringsleiders twee jaar geleden op hun top in Lissabon geformuleerd hebben. Met een jaarlijkse economische groei van drie procent, zo veronderstelde men toen, zou in 2010 een situatie van 'volledige werkgelegenheid' bereikt kunnen worden.
De top van Lissabon vond plaats op het hoogtepunt van de dot com-hype. De toepassing van informatie- en communicatietechnologie (ICT) leek in de Verenigde Staten een periode van onafgebroken groei te hebben ingeluid. Van deze 'nieuwe economie', die voorgoed zou afrekenen met recessies en inflatie, wilde de EU ook zo snel mogelijk deelgenoot worden.
Inmiddels weten we beter. Juist het ineenstorten van de beurskoersen van ICT-bedrijven luidde een neerwaartse conjunctuurbeweging in. Ononderbroken hoge groei blijkt een illusie. Noch het Lissabon-recept, noch de liberaliseringsafspraken van Barcelona zullen de 20 miljoen nieuwe banen brengen die de EU nodig heeft om volledige werkgelegenheid te bereiken.
Daarmee wordt de herverdeling van werk weer actueel. Een verplichte 35-urige werkweek, waarmee Frankrijk succesvol banen geschapen heeft, is niet in alle EU-landen toepasbaar. Maar in de hele EU bestaat wel de wens om, met het oog op de betaalbaarheid van de pensioenen, oudere werknemers langer aan het werk te houden. Voor deze groep kan een kortere werkweek, met grotere zeggenschap over de eigen werktijden, het verschil uitmaken tussen bijbenen en afhaken in het veeleisende moderne arbeidsproces. Een leeftijdsbewust sociaal beleid, ondersteund door fiscale faciliteiten, kan tegelijk ouderen aan het werk houden en ruimte scheppen voor jongeren.

Meer aandacht voor tijd en kwaliteit van de arbeid is niet voldoende om het vraagstuk van werkloosheid en armoede op te lossen. De leiders van de EU-landen legden zichzelf in Lissabon de taak op om het aantal Europeanen dat onder de armoedegrens leeft in 2010 terug te brengen van 18 (!) naar 10 procent. Als zij deze doelstelling nog steeds serieus nemen, moeten zij afscheid nemen van de neiging om sociaal beleid te versmallen tot arbeidsmarktbeleid. Zij zullen hun koudwatervrees moeten overwinnen voor echte sociale wetgeving op Europees niveau. Een Europees minimum voor de hoogte van de bijstand bijvoorbeeld, gerelateerd aan het gemiddeld inkomen van elke lidstaat. Maar ook Europese afspraken over de rechten van uitzendkrachten. Waarom wordt 'Barcelona' niet aangegrepen om de Europese werkgeverskoepel te kapittelen voor zijn verzet tegen dergelijke afspraken? Door een werkzaam alternatief te vinden voor het Amerikaanse model, met zijn 'werkende armen' in wegwerpbanen, kan de EU tot uitdrukking brengen dat haar eenwording ook een project van sociale beschaving is.

Met liberaliseringen wint de EU de harten van haar burgers niet. Zeker niet zolang de Europese Commissie en de nationale regeringsleiders nauwelijks lessen trekken uit de falende liberaliseringsoperaties van de afgelopen jaren. De reeds ingezette opening van de Europese elektriciteitsmarkt heeft Franse en Duitse bedrijven de gelegenheid geboden om hun overschotten aan atoom- en bruinkoolstroom te dumpen op de Nederlandse markt. Milieuvriendelijke projecten, zoals de bouw van efficiënte warmte-kracht-installaties, zijn daardoor stilgevallen. Ook blijken de op winst georiënteerde energiebedrijven zich niet langer te bekommeren om klanten met betalingsachterstanden. Die worden sneller dan voorheen in het donker en de kou gezet.
Nederland heeft inmiddels geleerd dat liberalisering steevast 'onverwachte' nadelen heeft voor de kwaliteit en de toegankelijkheid van de dienstverlening, voor milieubescherming, gezondheid en veiligheid. Paars-II wordt door de kiezers afgestraft voor de chaos in het trein- en taxivervoer en de sluiting van postkantoren.
Het kabinet heeft zich voorgenomen om, na de voor Paars zo rampzalig verlopen gemeenteraadsverkiezingen, zijn successen beter uit te dragen. Maar premier Kok zou er juist goed aan doen om zijn collega's in Barcelona deelgenoot te maken van de leerzame paarse ervaringen met doorgeschoten marktwerking. Niet hun gezamenlijke markt, maar hun gedeelde voorkeur voor goede sociale en publieke voorzieningen is wat Europeanen tot Europeanen kan maken.

Theo Bouwman (GroenLinks) is voorzitter van de commissie Werkgelegenheid en Sociale Zaken in het Europees Parlement
Farah Karimi (GroenLinks) is lid van de Tweede Kamer