Drie paarse Europarlementariërs riepen de Tweede Kamer vorige maand op tegen het Verdrag van Nice te stemmen, omdat "volksvertegenwoordigers onvoldoende serieus worden genomen". GroenLinks schaarde zich niet achter deze (vergeefse) oproep. Want de tendens dat regeringen de macht grijpen in de Europese Unie, ten koste van gekozen volksvertegenwoordigers, valt nauwelijks te keren zolang de verdragen door regeringen worden geschreven. Bij verwerping van Nice zou de bekende diplomatieke exercitie van de Intergouvernementele Conferentie herhaald worden. Ik verwacht dan geen betere uitkomst. Bovendien regelt Nice de uitbreiding van de EU. De kandidaat-lidstaten mogen niet het slachtoffer worden van de onwil van de huidige lidstaten om de EU te democratiseren.

Het Europees Parlement heeft een verstandige strategie gevolgd door, in ruil voor instemming met Nice, een nieuwe vorm van verdragsherziening te eisen. De Eurotop in Laken zal een Conventie bijeenroepen: Europese en nationale parlementariërs, die samen met regeringsvertegenwoordigers het volgende EU-verdrag voorbereiden. Mogelijk levert dit post-Nice-proces een heuse grondwet op. Gezien het overwicht van parlementariërs in de Conventie mag je verwachten dat op z'n minst het parlementaire tekort van de EU serieus wordt aangepakt, dat de openbare, democratische besluitvorming weer terrein wint op de diplomatieke achterkamertjespolitiek. Opdat belangrijke wetgeving zoals het Europese arrestatiebevel, waarover dezer dagen zoveel ophef is, ons in de toekomst niet langer door de strot wordt geduwd door in het geheim vergaderende regeringsleiders en justitieministers. Dit soort voorstellen hoort inzet te zijn van openbare parlementaire debatten en stemmingen, en wat mij betreft ook van Europabrede referenda.

Serieuze democratisering van de EU betekent in feite dat het aloude principe van de scheiding der machten, waarop onze nationale democratieën zijn gebaseerd, eindelijk ook op Europees niveau wordt doorgevoerd. Het is triest dat de Nederlandse regering vorig jaar, kort voor de Top van Nice, het Duits-Italiaanse voorstel om dit thema te agenderen voor post-Nice heeft helpen afschieten. Gelukkig doet de Belgische premier Verhofstadt in zijn eerste ontwerp van de Verklaring van Laken een nieuwe poging om dit onderwerp op de agenda van de Conventie te zetten. Ik verwacht van de Nederlandse regering dat zij, samen met Duitsland en een aantal kleine lidstaten, Verhofstadt daarbij steunt.

Daarnaast is het van het allergrootste belang dat de beraadslagingen en voorstellen van de Conventie zich niet hoeven te beperken tot de thema's die de regeringsleiders in Laken vaststellen. Regeringsleiders die parlementariërs de handen binden, dat zou echt de omgekeerde wereld zijn. Juist de dynamiek van het taboeloze debat kan leiden tot breed gesteunde voorstellen die uitstijgen boven de grootste gemene deler. Dat bewijst het ambitieuze manifest over de toekomst van de EU dat mijn Haagse collega Farah Karimi samen met groene parlementariërs uit België, Duitsland, Oostenrijk, Italië en Polen heeft geschreven.

De kans is groot dat de Europese grondwet de regeringsleiders in Laken minder bezighoudt dan de strijd tegen het terrorisme. Toch illustreert juist deze strijd, waarin de Europese landen achter de VS aanhobbelen, de noodzaak van grotere politieke eenheid. "Een Europa dat niet achter, maar naast de VS staat", om een andere Haagse collega, Paul Rosenmöller, te citeren. De nationale soevereiniteit, die op dit terrein vaak schijn-soevereiniteit blijkt, inruilen voor gedeelde soevereiniteit, opdat de EU een zelfstandige rol kan spelen op het wereldtoneel. De Conventie krijgt er een zware kluif aan, maar het is onze enige kans. Van de verzamelde regeringsleiders, die optelsom van nationale egoïsmen, moeten we het niet hebben.

Joost Lagendijk is leider van de GroenLinks-delegatie in het Europees Parlement

Links
- Dossier Toekomst van de EU