Bram van Ojik pleit voor een werkweek van 32 uur. De kortere werkweek maakt onderdeel uit van het plan ‘Werk eerlijk delen’ dat de GroenLinks-partijleider vanavond samen met wethouder Andrée van Es uit Amsterdam presenteert. Naast een kortere werkweek pleit van Ojik voor gerichtere scholing, flexibele bijstand en minder belasting op arbeid.

In januari liep Van Ojik een aantal dagen mee met werkcoaches van de Dienst werk en inkomen in Amsterdam. Hij wilde met eigen ogen zien en ervaren waar mensen zonder werk tegenaan lopen. Het stoort van Ojik dat de verantwoordelijkheid voor het vinden van een baan geheel bij werkzoekenden wordt gelegd. Het beleid gaat uit van het idee dat werkzoekenden meer geprikkeld en gestraft moeten worden, zodat ze zich gaan aanbieden op de arbeidsmarkt.

Van Ojik: “Maar er ís helemaal geen werk. En het kabinet staat er bij en kijkt er naar. Men hoopt dat de economie verder aantrekt en dat daarmee ook de werkgelegenheid weer groeit, terwijl dat verre van zeker is. We moeten nú in actie komen voor meer banen.”

Van Ojik pleit in zijn plan ‘Werk eerlijk delen’ daarom voor maatregelen die zorgen voor meer banen en die mensen echt helpen bij het vinden van werk. Als de belasting op werk lager wordt nemen bedrijven meer mensen in dienst. GroenLinks wil verder dat het voor werknemers en werkgevers makkelijker wordt om over te gaan naar een 4-daagse werkweek.
 
Ouders rennen heen en weer tussen kinderdagverblijf en werk en komen tijd tekort voor bijvoorbeeld zorgtaken. Dankzij de bezuinigingen van het kabinet Rutte-Asscher op de zorg komen er tegelijkertijd veel zorgtaken bij.
 
Van Ojik: “Er staan veel te veel mensen aan de kant en ondertussen is werken voor de mensen die wél een baan hebben haast topsport geworden. We moeten het werk dat er is eerlijker delen. Daar krijgen we allemaal meer zekerheid voor terug.”

GroenLinks pleit daarom voor:

Meer werk

Het kabinet presenteert werkloosheid als een aanbodprobleem in plaats van als een vraagprobleem. Daarmee wordt de schuld van werkloosheid ten onrechte bij de mensen zelf gelegd. Terwijl het werkelijke probleem is dat er te weinig werk is. Ook voor de toekomst is er zonder aanpassing van onze economie geen garantie dat de vraag naar personeel zich voldoende herstelt. Wij willen het arbeidsmarktbeleid daarom inrichten op het vergroten van de vraag naar personeel. Maak het voor werkgevers aantrekkelijk om een extra werknemer aan te nemen in plaats van de werkdruk te verhogen. Dat kan door de loonkosten voor werkgevers fors te verlagen. GroenLinks pleit daar al jaren voor. Dit betalen we door de belastingdruk te verschuiven van arbeid naar vervuiling. Minder belasten wat we willen aanmoedigen: werk. En meer belasten wat we willen ontmoedigen: vervuiling. Dan wordt het aannemen van mensen veel goedkoper en stijgt de werkgelegenheid.

Werk eerlijk delen

Op korte termijn keert de krapte op de arbeidsmarkt niet terug. We mogen niet laten gebeuren dat de hoge werkloosheid structureel wordt en dus zullen we het beschikbare werk eerlijker moeten verdelen. GroenLinks wil daarom dat het voor werknemers en werkgevers interessanter en makkelijker wordt om over te gaan naar een 4-daagse werkweek. Wij roepen daarom de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op hierover in gesprek te treden met werknemers en werkgevers. Korter werken biedt mensen ook de kans de balans tussen werk, zorg en privé terug te vinden.

Tegelijkertijd kan niet iedereen het zich financieel gezien permitteren om uren in te leveren. Daar ligt een taak voor de Rijksoverheid. GroenLinks wil dat je van je bruto loon meer overhoudt, met name bij een laag inkomen. De inkomstenbelasting voor de lage inkomens kan direct omlaag door een verschuiving van de lasten naar vervuiling, maar ook als door de 32-urige werkweek het aantal uitkeringen afneemt. Door mensen met een klein inkomen deze besparing terug te geven via lagere belasting, is korter werken ook voor deze groep mogelijk.

Gemeenten kunnen nu al veel zelf doen. Niet alleen zijn lokale overheden zelf relatief grote werkgevers, die het goede voorbeeld kunnen geven, zij kunnen ook afspraken maken met de grootste werkgevers uit de regio om over te gaan op arbeidstijdverkorting.

Recht op scholing

Bied mensen perspectief! Verplicht vrijwilligerswerk en een harde hand zijn niet de oplossing. Investeren in mensen is dat wel. Wij weigeren te accepteren dat groepen mensen vast blijven zitten in een uitkering. Dat is voor niemand voordelig. Niet voor de staatskas, maar vooral niet omdat mensen zonder baan recht hebben op een betere toekomst. Investeer in mensen, zodat zij kans krijgen op werk in de sectoren waar wel vraag naar personeel is. Wat GroenLinks betreft zou de bijstand dan ook een ruimere vrijstelling moeten kennen voor onderwijs. Nu verlies je het recht op een uitkering wanneer je een opleiding gaat doen. Wat GroenLinks betreft zouden gemeenten de mogelijkheid moeten krijgen om ruimhartiger te zijn bij scholing op bijvoorbeeld MBO 2 of 3 niveau gericht op sectoren waar wel vraag naar personeel is. Op die manier krijgen mensen een tweede kans en kunnen zij blijven werken aan hun toekomst. Dat is vele malen socialer - en effectiever- dan mensen opzadelen met een CVgat. Daarom pleit GroenLinks voor een wettelijk recht op scholing in de bijstand. Gemeenten zijn dan verplicht scholingsverzoeken van bijstandsgerechtigden te toetsen, hiervoor een helder toetsingskader op te stellen en indien zij besluiten een verzoek te weigeren, duidelijk aan te geven om welke redenen dit gebeurt. Bij een zinvolle opleiding die aantoonbaar het perspectief op werk vergroot, verliezen bijstandsgerechtigden dan niet hun recht op een uitkering.

Beter matchen, lokaal en door het Rijk

Mensen hebben het meest aan scholing als dit ook tot betaald werk leidt. Dat vraagt meer dan enkel her-om- of bijscholen. Het vraagt om een overheid die -landelijk én lokaal- voortdurend in gesprek is met werkgevers over wáár het werk zit, welke werkzoekenden daar aan het werk zouden kunnen, en welke scholing daarvoor nodig is. Wat GroenLinks betreft zouden gemeentes dan ook moeten inzetten op een structurele, bemiddelende rol tussen het aanbod van mensen die werk zoeken, en de vraag vanuit de markt. Ook het Rijk moet de dialoog met bedrijfsleven en sectoren gaande houden.

Recht op deeltijd-bijstand

Hoewel de arbeidsmarkt door de crisis erg veranderd is, kent de bijstand de laatste jaren vooral meer verplichtingen. Deze verplichtingen bieden echter maar weinig kansen voor bijstandsgerechtigden voor uitstroom naar de arbeidsmarkt. Kansen ontstaat wel in de vorm van tijdelijk of parttime werk. Dit kan vaak een opstap zijn naar volledige bijstandsonafhankelijkheid. Tegelijkertijd heeft de VVD regeldrang van de afgelopen jaren er voor gezorgd dat het erg lastig is deze kansen te pakken. De praktijk wijst uit dat te beperkte bijverdienmogelijkheden een ontmoedigend effect kunnen hebben op het accepteren van (uitzend)werk- of deeltijdwerk. Mensen krijgen dan te maken met ingewikkelde verrekeningen achteraf. Daardoor leven mensen onnodig in onzekerheid over hun inkomen, en lopen ze het risico op betalingsachterstanden. Een gemiste kans, want mensen versterken met een tijdelijke of deeltijdbaan juist hun positie op de arbeidsmarkt. Niet alleen blijven zij zich ontwikkelen, zij kunnen zo doorgroeien naar een voltijdbaan.

GroenLinks wil daarom dat mensen in de bijstand een wettelijk recht krijgen op tijdelijke deeltijd-bijstand. De mogelijkheden voor mensen om naast hun bijstand een deeltijdbaan te accepteren moeten worden uitgebreid. Zo voorkomen we ingewikkelde verrekeningen achteraf, en een gigantische bureaucratie, vol met ambtenaren die moeten toezien op al die onnodige regels. Laat deze ambtenaren zich inzetten om mensen aan werk te helpen.

Bram van Ojik liep een paar dagen mee met de Dienst Werk en Inkomen in Amsterdam. Lees hier de column die hij daarover schreef.