In een vergaande uitspraak maakte het Europese Hof van Justitie vorige week korte metten met Safe Harbor, een afspraak die Amerikaanse bedrijven de wettelijke mogelijkheid gaf om persoonsgegevens van Europese burgers in de VS te verwerken. Het Hof stelt dat – mede dankzij de onthullingen van Edward Snowden – de wet in Amerika massasurveillance op de data mogelijk maakt en dat daarom Safe Harbor ongeldig is. Het oordeel is te lezen als het begin van het einde van de Europese surveillancestaat.

Europarlementariër Judith Sargentini kan haar geluk niet op met de uitspraak. “Wat we al jaren zeggen, neemt het Hof nu volledig over: massasurveillance is in strijd met de essentie van onze fundamentele rechten.

“De uitspraak gaat daarom veel verder dan Safe Harbor alleen. Dit gaat het debat over veiligheidsdiensten en privacy in heel Europa en in de wereld vorm geven.” We zetten de belangrijkste gevolgen van de uitspraak op een rij.

1. Safe Harbor bestaat niet meer en komt niet meer terug.

Het meest directe gevolg van de uitspraak is dat Safe Harbor niet langer gezien kan worden als een rechtsgrond om gegevens van Europeanen in Amerika te verwerken. Dat is een probleem voor veel bedrijven die dat op routinematige wijze doen. Dat geldt niet alleen voor Facebook of Google, maar voor veel andere, kleinere bedrijven. De Europese Commissie hoopt met de Amerikaanse regering tot nieuwe afspraken te kunnen komen over een 'Safe Harbor Plus'. Sargentini denkt dat het Hof daarvoor weinig ruimte laat: “Het Hof zegt dat de wet in Amerika de kern is van het probleem. Tenzij Amerika de Patriot- en Fisa-spionagewetten zou intrekken, kan er geen nieuw Safe Harbor komen.”

2. Alternatieven voor Safe Harbor zullen ook sneuvelen, dus data komt naar Europa

Het Hof is duidelijk in haar uitspraak. Hoewel deze eigenlijk alleen gaat over Safe Harbor is duidelijk dat de redenatie van het Hof ook geldt voor alle andere juridische rechtvaardigingen voor het verwerken van gegevens in de VS. Of het nou gaat om modelcontracten of andere vormen, ze zullen allemaal door het Hof worden afgewezen, omdat ze de gegevens van Europese burgers niet beschermen tegen de datagraaierij van de Amerikaanse inlichtingendiensten.

Alleen als je rechtstreeks toestemming geeft aan een Amerikaans bedrijf, zal deze in de toekomst nog je gegevens kunnen verwerken. Tenzij zo'n bedrijf er natuurlijk voor kiest om je gegevens in de EU te houden. Dat mag wel. En er is ook geen bezwaar tegen het verwerken van persoonsgegevens van Amerikanen in de EU – ook niet in de Amerikaanse wet – dus zullen steeds meer bedrijven ervoor kiezen om persoonsgegevens zoveel mogelijk in de EU op te slaan en hier te verwerken. “Dat is natuurlijk prima,” volgens Sargentini.

“Hoe meer gegevens we hier verwerken, hoe beter het is voor onze economische ontwikkeling en hoe beter het is voor de bescherming van die gegevens. Europa kan de veilige dataverwerker van de wereld worden.”

3. De nieuwe Europese databeschermingswet wordt belangrijker dan ooit

Europa praat al een paar jaar over een nieuwe databeschermingswet. Deze wet is nu in de laatste fase van de besluitvorming, maar belangrijke beslissingen moeten nog worden genomen. Eén daarvan betreft de hoogte van de boetes voor privacyschendingen. Het Europees Parlement wil dat deze maximaal vijf procent van de wereldwijde jaaromzet van de overtreder gaan bedragen. De Europese Commissie en de Raad van Ministers willen dat percentage omlaag brengen.

Een ander heet hangijzer is de macht van de databeschermingsautoriteiten, zoals in Nederland het College Bescherming Persoonsgegevens. Volgens het Hof moeten zij onafhankelijk kunnen functioneren. “De uitspraak kan betekenen dat de nieuwe Europese wet veel strenger wordt dan waar ik rekening mee hield,” zegt Sargentini. “En dat is prima nieuws voor iedereen die zijn privacy op waarde schat.”

4. Massasurveillance is niet verenigbaar met de Europese vrijheden

De belangrijkste conclusie die zich opdringt bij het lezen van het vonnis van het Hof is dat alle massasurveillance door het Hof wordt gezien als zo ingrijpend op het recht op privacy, dat er geen rechtvaardiging voor kan bestaan. Dat is nogal wat. Dat geldt ook voor de opslag van reizigersgegevens (PNR) of voor de nieuwe Nederlandse Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten die de Tweede Kamer de komende maanden zal behandelen. Het Europees Hof heeft daar weliswaar niets over te zeggen, maar nationale rechters wel – en die zullen de redenatie van het Europese Hof in hun oordeel meewegen.

Die andere Europese rechtbank, Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, mag nationale wetten wél toetsen en zal ook nadrukkelijk de overwegingen van de Safe Harbor-uitspraak van het Hof van Justitie meewegen.

Volgens Sargentini is de uitspraak dan ook het begin van het einde voor de surveillancestaat: “De komende jaren zullen steeds meer spionagewetten aan rechters worden voorgelegd, door Oostenrijkse studenten, of door andere bezorgde burgers. En steeds meer zullen verdwijnen."

"De surveillancestaat heeft zijn langste tijd gehad.”