Hoe moet het verder met de Europese Unie na het Franse en het Nederlandse 'nee'tegen de Grondwet? Een interview met Kathalijne Buitenweg, de aanvoerder van GroenLinks in het Europees Parlement.

De Europese Grondwet komt er niet. Meer macht voor het Europarlement zit er voorlopig niet in. Is het nog wel leuk om europarlementariër te zijn?

‘Mét de Grondwet was mijn werk veel spannender geworden, dat is waar. Dan had het Europarlement bij zaken als misdaadbestrijding, landbouw en handel een beslissende stem gekregen. Maar ook nu spelen er belangrijke kwesties. De dienstenrichtlijn, de wetgeving over gezondheidsrisico’s van chemische stoffen, het asielbeleid. Allemaal zaken waarover het parlement het laatste woord heeft. En over het opslaan van de verkeersgegevens van gsm- en internetgebruikers ligt een boeiende juridische strijd met de Europese justitieministers in het verschiet.’

Er gaan stemmen op om het Europees Parlement maar af te schaffen…

‘Een beroerd idee. Dan komt er nog veel meer macht bij ministers en ambtenaren te liggen. In het Europarlement, met z’n vijfentwintig nationaliteiten, zijn de verhoudingen weliswaar minder overzichtelijk dan in de Tweede Kamer, maar de democratische controle werkt wel. Zie het wetsvoorstel over software-octrooien. Dat was toegesneden op de wensen van enkele multinationals. Het parlement heeft de kritiek van duizenden kleine software-ontwikkelaars en miljoenen internetgebruikers serieus genomen en het voorstel getorpedeerd. Zonder de Europese volksvertegenwoordiging hadden de critici geen poot aan de grond gekregen in Brussel.
‘De Grondwet bood ook goede kansen om de Europese terrorismebestrijding bij te sturen. Het Europarlement is behoorlijk kritisch over het gemak waarmee de justitieministers de privacy en andere grondrechten inperken. Na elke terreuraanslag, zoals die in juli in Londen, gooien ze er weer een schepje bovenop, zonder nut en noodzaak van hun maatregelen te onderbouwen. Ik vind het bijzonder frustrerend dat de nee-stemmers het parlement de zeggenschap over de terreurbestrijding ontzegd hebben. Juist op dat terrein is parlementaire controle onontbeerlijk. Ook een bindend Europees grondrechtenhandvest zullen we de komende jaren node missen.’

 
Veel mensen die op 1 juni nee hebben gestemd willen dat democratie en grondrechten worden vastgelegd in een nieuw, beter verdrag.

‘Dat wil ik ook, maar het is niet vanzelfsprekend. Aan GroenLinks zal het niet liggen, maar je ziet dat Den Haag, Parijs en Brussel een conservatieve uitleg geven aan de nee-stem. In de Tweede Kamer is het verlagen van de Nederlandse EU-contributie door alle partijen behalve GroenLinks tot hoogste prioriteit uitgeroepen. De Franse regering dwarsboomt de toetredingsonderhandelingen met Turkije. De Europese Commissie dreigt het streven naar synergie tussen banengroei, sociale bescherming en milieubehoud op te geven. Kortzichtig wil voorzitter Barroso al zijn kaarten zetten op economische groei. Milieucommissaris Dimas heeft de grootste moeite om goedkeuring te krijgen van zijn collega’s voor nieuwe milieunormen. Dat is niet wat de progressieve tegenstemmers voor ogen stond, denk ik.’

Zo eenduidig was de linkse tegenstem anders niet.

‘Klopt. De meeste tegenstemmers wilden een socialere grondwet, maar voor de één betekende dat meer Europese bevoegdheden, voor de ander juist minder Brusselse bemoeienis met de verzorgingsstaat. Zo vonden pro-Europese tegenstemmers het ‘recht op toegang tot sociale zekerheid’ te zwak geformuleerd, terwijl de SP verkondigde dat dit grondrecht zou leiden tot een invasie van Poolse bijstandstoeristen.
‘De verzorgingsstaat op Europese schaal organiseren is een illusie. Maar aan het verankeren van sociale grondrechten moeten we vasthouden. Verder is Europese belastingcoördinatie nodig om te zorgen dat bedrijven blijven meebetalen aan de financiering van publieke voorzieningen. De Grondwet maakte het makkelijker om hier met een kopgroep van lidstaten aan te werken. Linkse partijen in Europa hebben verzuimd om met een concreet plan te komen voor het indammen van belastingconcurrentie.
‘Dat was niet de enige gemiste kans. Het ja-kamp heeft te weinig wervende toekomstbeelden gepresenteerd, verhalen die erkennen dat Europa soms deel is van het probleem, maar tegelijk benadrukken dat Europa vrijwel altijd deel is van de oplossing. Het nee-kamp heeft de angsten van burgers – over werkgelegenheid en veiligheid bijvoorbeeld – veel beter verwoord dan het ja-kamp.’

Waardoor kiezers geloofden dat het roekeloos zou zijn om voor de Grondwet te stemmen.

‘Precies. Het vertrouwen ontbrak. De euro heeft meer kapot gemaakt dan ons lief is. Al die mensen die denken dat ze bij de invoering van de euro genept zijn, niet alleen door onscrupuleuze middenstanders maar ook door de politiek, dat is verbijsterend. Een referendum over de euro, zoals GroenLinks indertijd bepleitte, had ons veel oud zeer bespaard.
‘Daar kwam de Franse en Duitse minachting voor het Stabiliteitspact nog bij. Het was moeilijk om uit te leggen dat de muntunie de uitzondering op de regel vormt. Grote lidstaten kunnen de regels voor de euro naar hun hand zetten omdat de Europese Commissie en het Hof van Justitie slechts een bescheiden rol hebben bij het toezicht op de begrotingsdiscipline. Maar dankzij deze bovennationale instellingen worden de meeste Europese regels juist wél nageleefd door de lidstaten, grote en kleine.
Daarin ligt het historische succes van de Europese Unie. Zij is erin geslaagd recht boven macht te plaatsen in de betrekkingen tussen landen. Zo is een veiligheidszone ontstaan waar veel landen bij willen horen en die men in andere werelddelen probeert te kopiëren. We hadden dit sterker moeten benadrukken in onze referendumcampagne, als tegenwicht tegen de angstzaaierij over overheersing door de grote landen. We krijgen een nieuwe kans bij de ‘brede maatschappelijke discussie’ die Kamer en regering hebben aangekondigd.’

Moeten politici niet vooral luisteren naar het volk tijdens zo’n discussie?

‘Ik vrees dat het debat doodbloedt als politieke partijen niet met eigen visies en voorstellen komen. Tegenspraak uitlokken is de beste manier om inspraak te organiseren.’

Doe eens enkele voorstellen.

‘Een voordehandliggende vertaling van de referendumuitslag is dat Europa selectiever moet worden. Minder dwang tot liberalisering en marktwerking, minder regels die alleen het vrije verkeer van goederen en diensten beogen. Publieke diensten moeten in een nieuw verdrag nadrukkelijker worden gevrijwaard van marktwerking.
‘Ook een duidelijker afbakening van de Europese bevoegdheden op het gebied van misdaadbestrijding is gewenst. Tegelijk moet de EU taken waarvoor zij onmisbaar is goed kunnen uitvoeren. Als de informatie-uitwisseling over terreurdreigingen tussen de nationale inlichtingendiensten blijft haperen – bijvoorbeeld omdat die nog altijd de stelregel ‘voor wat hoort wat’ toepassen – wil ik de discussie wel aangaan over een Europese inlichtingendienst. Als we verlangen dat Europa oog heeft voor de angsten van haar burgers, dan moeten we ook dat soort stappen voorwaarts durven zetten.
‘In antwoord op het ongenoegen over de uitbreiding zou ik het criterium willen toevoegen dat nieuwe toetredingen het ‘opnamevermogen’ van de EU niet te boven mogen gaan. Daar vloeit uit voort dat we de jongste uitbreiding niet alleen in economisch, maar ook in cultureel opzicht tot een succes moeten maken. GroenLinks zou meer moeten doen om de opkomende homobeweging in landen als Polen en Hongarije te steunen. Als we bewijzen dat EU-lidmaatschap tot grotere persoonlijke vrijheden leidt, ontstaat meer draagvlak voor toetreding van een land als Turkije.
‘Verder mag een nieuw verdrag alleen ‘Grondwet’ heten als het veel bondiger is dan de weggestemde tekst.’

Niet al deze voorstellen zijn nieuw.

‘Ons Europese verkiezingsprogramma keek gelukkig verder dan de Grondwet, ook op het punt van democratisering. Ik vind niet dat GroenLinks een heel andere koers moet gaan varen in Europa. Onze opvatting dat de Grondwet een goed compromis was werd immers gedeeld door een krappe meerderheid van onze aanhangers en een ruime meerderheid van onze leden.’

Moet er over een nieuw verdrag weer een referendum worden gehouden?

‘Natuurlijk, dat is nu een verworven recht. Maar eerst moeten we Nederlandse en Europese politici zover krijgen dat ze opnieuw over de Europese spelregels gaan onderhandelen. Liefst in een nieuwe Conventie, met rechtstreeks gekozen vertegenwoordigers. Mijn grootste vrees is dat alles bij het oude blijft. Daarmee wordt de tegenstemmers geen recht gedaan. Die verwierpen de Grondwet niet omdat ze het huidige Europa zo goed vinden. Integendeel.’