Vragen van Oedayraj Singh Varma aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de maatregelen rond het geplande bezoek van Hare Majesteit de Koningin aan Leiden

1. Heeft de minister kennisgenomen van het geplande bezoek op 29 april a.s. van Hare Majesteit aan de gemeente Leiden en van de maatregelen die het gemeentebestuur van Leiden in dat kader heeft afgekondigd?

2. Kan de minister de Kamer informeren over de betrokkenheid van de regering - in het bijzonder van de zijde van het ministerie van BZK - bij de maatregelen die in het kader van dit bezoek zijn afgekondigd? Bestaat er een (landelijk) protocol of andersoortige afspraak over de maatregelen die worden getroffen rond Koninklijke bezoeken aan Nederlandse gemeenten?

3. Hoe beoordeelt de minister de aard en omvang van maatregelen die voor de 29e april 2000 in Leiden op stapel staan, zoals de beperkte toegankelijkheid van het verblijfsgebied, het vliegverbod, het verbod op buitenmuziek, reclame-uitingen en spandoeken, vroegtijdig sluiten van horeca ondernemingen en het verwijderen van alle aanwezige vaartuigen, mede in verhouding tot de maatregelen die in voorgaande jaren op Koninginnedag genomen zijn?

4. Hoe staat het ontbreken van de relatie met aangekondigde ludieke akties van actievoerders in Leiden in verhouding tot deze maatregelen, en dan met name het verbod op buitenmuziek, reclame-uitingen en spandoeken? Is hier in de ogen van de minister niet sprake van een verkapt demonstratieverbod?

5. Klopt het bericht dat de Binnenlandse Veiligheidsdienst en/of de Beveiligingsdienst van het Koninklijk Huis op enig tijdstip gedurende de afgelopen weken alle in en uitgaande personen, althans bezoekers van de Weggeefwinkel in Leiden heeft (hebben) gefotografeerd? En van het centrum van de aktiegroep Eurodusney, eveneens in Leiden?

6. Kloppen de berichten dat de Binnenlandse Veiligheidsdienst en/of de Beveiligingsdienst van het Koninklijk Huis in Leiden informanten ronselt in het kader van het bewaken van de openbare orde danwel de veiligheid van de Staat of het Koninklijk Huis tijdens het aanstaande Koninklijke bezoek? Zo neen, kan de minister de Kamer ervan op de hoogte stellen welke overheidsdienst daar dan wel verantwoordelijk voor is?

7. Zijn er aanwijzingen dat de staatsveiligheid bij het aanstaande bezoek van de koningin aan Leiden in gevaar is die de minister c.q. de Binnenlandse Veiligheidsdienst er toe hebben doen besluiten bovenstaande akties te ondernemen? Kan de minister de Kamer van die aanwijzingen op de hoogte stellen? Zo neen, wat rechtvaardigt dan de activiteiten van de Binnenlandse Veiligheidsdienst danwel de Beveiligingsdienst Koninklijk Huis in deze?

8. Kan de minister betrachten deze vragen voor 28 april a.s. te beantwoorden?