Politieke partijen houden de democratie draaiende. Politici die politieke partijen vertegenwoordigen oefenen invloed uit op beslissingen die iedereen in Nederland raken. Daarom moet gegarandeerd dat beslissingen niet ‘gekocht’ kunnen worden door gulle giften. De Wet Financiering politieke partijen scherpt de transparantieregels voor politieke partijen nog eens aan. Voor GroenLinks mocht het nog wel wat transparanter en strikter, maar is uiteindelijk akkoord gegaan met de wet.
Woordvoerder Tof Thissen:
Als je macht wil uitoefenen of juist de macht wil controleren dan is het essentieel om duidelijk te hebben wie hen of jou in het realiseren van jouw idealen en verkiezingsprogramma's wil helpen die te realiseren of zoals u wil hen of jou willen beinvloeden door het verstrekken van financiële giften of bijdragen in natura. Als je aan de macht bent of je controleert haar dan vereist een stevig verankerde democratie dat kiezers, de burgers in een land weten door wie je wordt gesponsord. wie er blijkbaar baat, belang of ambitie in hebben dat jij of jouw politieke groepering aan de macht komt. Je moet dit als politicus of politieke partij intrinsiek willen en je moet ook willen dat er degelijk toezicht wordt gehouden en sancties kunnen worden uitgedeeld als politici of politieke partijen zich niet aan de afspraken van integriteit en transparantie houden. Dit is de waarde van dit wetsvoorstel.
Mijn fractie GroenLinks heeft met deze geformuleerde waarden de Wfpp beoordeeld.
Romae omnia venalia esse!
In Rome is alles te koop!
De afgelopen weken heb ik twee van de drie boeken, Imperium en Lustrum van Robert Harris gelezen. Het derde boek moet nog uitkomen en ze worden ook wel de Cicero-trilogie genoemd. Rome, de laatste eeuw voor Christus. De opkomst van Cicero, de magistrale redenaar en advocaat. De man die als consul in het jaar 63 de Republiek redt tegen couppogingen van Catilina. De senaat eert hem met de titel 'Vader des vaderlands'. Het hoogtepunt in zijn politieke carrière. Daarna gaat het bergafwaarts, met hem en met de politieke mores en stabiliteit in Rome.
Waarom refereer ik aan deze twee boeken?
Omdat er geen enkele transparantie en verantwoording gegeven werd over wie met wiens geld omwille van welke strevingen invloed kocht in de senaat.....
Omkoperij was in de 1e eeuw voor Christus dagelijkse kost, zo leert Imperium. Zo zou een wet tegen omkoping bij ons meteen aanvaard worden. Indien een persoon vandaag de dag een dergelijke wet niet zou aanvaarden, zou zijn politieke carrière meteen afgelopen zijn. Hij zou immers zelf van valsspelen beschuldigd worden. In die periode kon je, zonder je eigen reputatie te schenden, tegen een wet die omkoping verbiedt, stemmen. Het is ook verbazingwekkend om te lezen hoe de politici naargelang het hen het beste uitkwam, wisselden van kamp. Men beseft na dat gelezen te hebben hoe vreemd en zelfs deels hypocriet politiek in elkaar zit, niet alleen in de Romeinse tijd, maar ook in onze huidige samenleving. Het is verbluffend hoe de beide boeken een spiegel zijn voor de hedendaagse politiek.
Ik ben zeer benieuwd naar het derde deel, ik mag hier de hoop uitspreken dat menig collega alvast de eerste twee boeken leest.
'The rise and fall of the Roman Empire' laten zien hoe ongelofelijk belangrijk het is dat politici en politieke partijen volstrekt onkreukbaar zijn, integriteit als niet te onderhandelen waarde hoog in hun vaandel hebben staan, verre blijven van belangenverstrengeling en heldere verantwoording afleggen over de geldstromen die ze binnenkrijgen.
Naar het wetsvoorstel dat voorligt!
GroenLinks vindt dit wetsvoorstel een stapje in de goede richting is gematigd tevreden maar zou op een aantal voor ons belanrijke punten veel verder willen gaan.
Waar zit bij ons de kritiek en de onvrede?
Het beperken van de reikwijdte van dit wetsvoorstel tot de politieke partijen die deelnemen aan de verkiezingen en vertegenwoordigd zijn van de Eerste en Tweede kamer vinden wij vanuit democratisch oogpunt onwenselijk. Wij zouden het ook graag van toepassing willen zien tot de provinciale partijen, de lokale partijen en de lokale afdelingen van de in de Eerste en Tweede Kamer vertegenwoordigde partijen. Zijn de door mij namens GroenLinks in mijn inleiding genoemde waarden niet van belang in de lokale en provinciale politiek, in de gemeenteraden en in de provinciale staten?
Bovendien veroorzaakt het een ongelijkheid die ik vanuit democratische principes niet kan verantwoorden en die bovendien suggereren dat er sprake is van hierarchie in belangrijkheid tussen Rijk, Provinciale en Lokale vertegenwoordiging en vertegenwoordigers. Ik citeer met graagte uit de brief van de VNG en de VPPG hieromtrent:
'Dit heeft echter als gevolg dat hieromtrent wenselijke regelgeving ten aanzien van de lokale politieke ambtsdragers achterwege blijft. Dit is zeer te betreuren. Zij vervullen immers een wezenlijke rol in de lokale democratie en in een tijd waarin grote decentralisaties worden geïmplementeerd is het meer dan ooit van belang dat de lokale democratie krachtig en kwalitatief goed kan functioneren.
Doordat het wetsvoorstel enkel een subsidieregeling bevat die ziet op landelijke politieke partijen bestaat er te veel onzekerheid voor de lokale politieke partijen over een (mogelijke) subsidie. Bovendien schept het stelsel ongelijkheid onder lokale politieke ambtsdragers. Zo kunnen lokale ambtsdragers gerelateerd aan een lokale afdeling van een landelijke partij indirect, bijvoorbeeld via het landelijk scholingsinstituut van de partij waar rijkssubsidie aan wordt verstrekt, profiteren van subsidie. Een mogelijkheid die lokale ambtsdragers van lokale partijen niet hebben.
Tevens willen wij hier een belangrijke kanttekening maken bij het feit dat transparantie van partij - financiën een belangrijk uitgangspunt van het wetsvoorstel is. In de toelichting bij het wetsvoorstel wordt weergegeven dat de wetenschap dat giften niet in beslotenheid kunnen geschieden zal bijdragen aan het vertrouwen van burgers in de politiek en het functioneren van de democratie. Wij hechten er echter sterk aan dat de financiële relaties van alle politieke ambtsdragers eenduidig herleidbaar zijn en onder de zelfde regels van transparantie vallen.
Nu het wetsvoorstel enkel ziet op politieke ambtsdragers op landelijk niveau en niet op lokaal niveau, ontstaat ook hier omtrent ongelijkheid onder politieke ambtsdragers en is er geen sprake van volledige transparantie. Hierdoor wordt aan de wens om de schijn van belangenverstrengeling en ongewenste beïnvloeding tegen te gaan onvoldoende tegemoet gekomen. Dit ondermijnt het streven dat de burger vertrouwen heeft in (ook de lokale) politieke ambtsdrager.'
Zowel de subsidieregeling als de verantwoording van andere geldstromen zouden moeten gelden voor ook de provinciale als lokale politieke partijen en politieke ambtsdragers. Bovendien zo leert het overzicht van de VPPG zijn de lokale politieke partijen cumulatief met hun vertegenwoordigende fracties in de 408 gemeenteraden in aantal zetels de grootste.
U zegt in de nadere memorie van antwoord dat u wetgeving hieromtrent gaat voorbereiden, die in uw ogen per 1 januari 2015 in zou moeten gaan. Kunt u al een tip van de sluier oplichten?
Ook de Group d’États contre la corruption (GRECO) vindt dat openbaarheid van de financiën zou voor alle politieke groeperingen moeten gelden, inclusief hun gelieerde organisaties, en niet alleen op landelijk maar ook op provincie- en gemeenteniveau. Informatie over donaties en andere inkomsten vanaf een niet al te hoge drempel moest voldoende specifiek zijn, met de namen van donateurs. En er moest onafhankelijk toezicht komen op de naleving van de transparantieplichten, met de mogelijkheid kleinere plichtsverzuimen eenvoudig te beboeten. Waarom kiest de minister niet voor een echt onafhankelijk toezicht? Maar uiteindelijk voor de toezichthoudende minister van BZK? Ziet hij de risico's daarvan in politiek bestuurlijke verwarring danwel bevoordeling of onwenselijkheid dan niet?
Is de GRECO rapportage naar aanleiding van hun derde bezoek in de zomer 2012 al openbaar? Zo nee waarom kunnen wij er nog geen kennis van nemen?
Graag hoor ik van de minister zijn antwoorden op zowel de VNG, de VPPG en de GRECO.
Mijn fractie en dit is tevens mijn laatste punt vraagt naar uw visie om de in onze ogen fraaiere wenselijkheid om het in artikelen 28, 29 en 30 genoemde bedrag van € 4500,00 te verlagen naar € 1500,00. Waarom weegt hier de privacy van de particuliere gever zwaarder dan het belang van verantwoording en transparantie in een democratie en het recht dat burgers hebben om te weten wie met welke bedragen de desbetreffende politieke partij steunt?
Voorzitter het vertoog en de traditie van democratie gaat alleen maar duurzame toekomst krijgen als politici en politieke partijen volstrekt onkreukbaar zijn en ver weg blijven van de uitspraak Romae omnia venalia esse.
Laat die nooit op ons van toepassing zijn.