De meeste EU-landen zijn te royaal bij het toekennen van rechten voor de uitstoot van kooldioxide aan hun bedrijven. De Europese Commissie heeft negen lidstaten opgedragen hun uitstootplafond te verlagen. GroenLinks begroet deze stap. De kans is groot dat ook de Nederlandse regering wordt teruggefloten.

Dat geeft de nieuwe, ‘lichtgroene’ Kamermeerderheid de kans om het Nederlandse klimaatbeleid aan te scherpen.

Emissiehandel is het belangrijkste instrument van de Europese Unie om klimaatverandering tegen te gaan. Sinds 2005 geldt voor circa 10.000 grote bedrijven in de EU een CO2-uitstootplafond. Deze bedrijven krijgen van hun nationale overheid een beperkte hoeveelheid emissierechten. Een bedrijf mag zijn CO2-plafond alleen overschrijden als het extra emissierechten koopt van een bedrijf dat onder zijn plafond gebleven is. Zo krijgt vervuiling een prijs en wordt energiebesparing bevorderd.

In theorie althans. Emissiehandel werkt alleen als nationale regeringen de markt niet verpesten door teveel emissierechten uit te delen. Dat is gebeurd voor de periode 2005-2007.

Verlaging met 7 procent
De Europese Commissie heeft vandaag haar oordeel bekendgemaakt over plannen van tien lidstaten voor de toedeling van emissierechten in de periode 2008-2012. Negen van de tien landen, waaronder Duitsland, delen teveel emissierechten uit, vindt de Commissie. Milieucommissaris Dimas draagt deze landen op hun emissieplafond te verlagen, met gemiddeld 7 procent ten opzichte van de uitstoot van de betrokken bedrijven in 2005.

“Als Dimas op dezelfde wijze het mes zet in de emissieplannen van de andere 15 lidstaten en van de bijna-lidstaten Roemenië en Bulgarije, lijkt de toekomst van Europese emissiemarkt veiliggesteld,” constateert Kathalijne Buitenweg, europarlementariër voor GroenLinks. “Dan ontstaat er daadwerkelijk een schaarste aan emissierechten, die aanzet tot energiebeparing. Dat is van groot belang in het licht van de mondiale voorbeeldfunctie van de Europese koolstofmarkt. Maar de aanscherpingen die de Commissie voorschrijft, bieden helaas niet de zekerheid dat de EU-landen aan hun internationale verplichtingen zullen voldoen. Voor het naleven van de huidige én toekomstige Kyoto-afspraken is het nodig dat er extra maatregelen komen voor energiebesparing door huishoudens en door de vervoerssector, die niet onder de emissiehandel vallen.”

Nog geen beoordeling Nederland
Over het zogeheten nationale allocatieplan van Nederland heeft de Europese Commissie nog geen oordeel geveld, omdat Den Haag dit te laat heeft ingeleverd. Buitenweg: “Ik heb goede hoop dat de Commissie ook Nederland opdraagt zijn huiswerk over te doen. Dat geeft de ‘lichtgroene’ meerderheid in de nieuwe Kamer de kans om het klimaatbeleid aan te scherpen. Nederland leunt veel te zwaar op de aankoop van emissierechten buiten de EU om zijn Kyoto-doel te halen. Daardoor blijft de binnenlandse CO2-uitstoot almaar stijgen. Dat is onverdedigbaar. De geloofwaardigheid van het instrument emissiehandel wordt aangetast als het op handel in aflaten gaat lijken.”

Multinationals
De Europese Commissie kreeg deze week overigens steun uit onverwachte hoek. Topfunctionarissen van 25 multinationals waaronder Shell, Air France – KLM, General Electric en ABN Amro riepen de EU op tot het voeren van een 'ambitieus klimaatbeleid' na een bijeenkomst met Commissievoorzitter Barroso op 28 november. Volgens de verklaring moet een emissiearme toekomst een strategisch doel zijn van de EU. De bedrijven willen wel zo snel mogelijkheid duidelijkheid krijgen over de emissiedoelen na 2012.

Over het belang van de Europese emissiehandel voor het mondiale klimaatbeleid schreef Buitenweg onlangs nog een opiniestuk verschenen in enkele regionale dagbladen.

Zie ook: