GroenLinks-europarlementarier Alexander de Roo vraagt de Europese Commissie om opheldering over de mogelijke aantasting van de Waddenzee door gasboringen. De Waddenzee is het belangrijkste vogelgebied van de Europese Unie.

Donderdag 1 april presenteerde de commissie Meijer aan de Nederlandse regering haar conclusie over gasboringen in de Waddenzee. Kortweg is die conclusie: er zijn geen significante gevolgen voor de natuur in de Nederlandse Waddenzee te verwachten als gevolg van eventuele aardgaswinning in dat gebied.

Bodemdaling
GroenLinks vindt dat het 'voorzorgbeginsel' gehanteerd moet blijven en is daarom tegen boringen in de Waddenzee. “De bodem in Ameland-Oost zakt jaarlijke 1,5 cm sinds de gasboringen zijn begonnen. “Aardgaswinning in de provincie Groningen levert hetzelfde beeld op”, stelt De Roo in zijn vragen aan de Europese Commissie. De bodem in Groningen is op sommige plekken 50 cm gezakt sinds 35 jaar geleden de gaswinning begon (bron: Energieverslag Nederland, 1998).

Vogels verdwijnen
Slikken en schorren dreigen bij gasboringen op de middenlange termijn verloren te gaan, daarmee verdwijnen ook de broed- en trekvogels. De Roo: “In de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn staat niets over de factor tijd. Is de conclusie gerechtvaardigd dat een bedreiging, die pas na enkele jaren significant wordt, evenzeer telt als een significante dreiging in vergelijking met onmiddellijke significante gevolgen voor de natuur?” Binnen drie weken moet de Europese Commissie deze en onderstaande vragen beantwoorden.

 

 

Schriftelijke parlementaire vraag van Alexander de Roo (GroenLinks)
(1 april 2004)
Betreft:Gasboringen significante bedreiging voor Waddenzee

De door de Nederlandse regering aangestelde Commissie Meijer (september 2003) beweert dat er geen significante gevolgen voor de natuur in de Nederlandse Waddenzee zijn te verwachten als gevolg van eventuele aardgaswinning onder diezelfde Waddenzee. De ervaring met de gaswinning (sinds 1986) op Ameland-Oost leert dat de bodem van Ameland-Oost daardoor elk jaar 1,5 cm zakt. De aardgaswinning in de provincie Groningen levert hetzelfde beeld op. De bodem in Groningen is ter plaatse van de gasboringen 30, 40 en soms wel 50 cm gedaald, vergeleken met het begin van de aardgaswinning zo'n 35 jaar gelden. (bron: Energieverslag Nederland, 1998).

Daarnaast vormt de zeespiegelstijging een grote bedreiging voor de unieke natuur van de Waddenzee en Waddeneilanden. Recente berekeningen geven aan dat 10 tot 20 % (bij gematigde of extreme klimaatverandering) de komende 50 jaar verloren zal gaan. Op sommige plekken dreigt wel 30 tot 40 % verloren te gaan. Door eventuele nieuwe gasboringen onder de Waddenzee komt daar een grote significante bedreiging bij.

1. Gasboringen kunnen een significante bedreiging vormen voor de natuur van de Waddenzee. De slikken en schorren dreigen verloren te gaan door de te verwachten daling van de bodem van de Waddenzee ten gevolge van nieuwe gasboringen. Dit speelt niet op een termijn van 5 jaar met 5 cm bodemdaling, maar wel op de middellange termijn. In de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn staat niets over de factor tijd. Is de conclusie gerechtvaardigd dat een bedreiging, die pas na enkele jaren significant wordt, evenzeer telt als een significante dreiging in vergelijking met onmiddellijke significante gevolgen voor de natuur?

2. In het belang van de unieke natuurwaarden van de Waddenzee, het belangrijkste natuurgebied in Nederland, verzoek ik de Europese Commissie serieuze aandacht aan deze zaak te geven en in het regelmatige overleg tussen de Europese Commissie en de Nederlandse regering over de implementatie van de Vogel en de Habitatrichtlijn de Nederlandese regering op de mogelijk inbreuk van geldend EU recht te wijzen. Is de Europese Commissie voor één keer bereid om niet te wachten totdat de Nederlandse regering een eventueel besluit over gasboringen onder de Waddenzee heeft genomen, maar zich nu al uit te laten over een mogelijke significante inbreuk op de EU-natuurwetten ten gevolge van bodemdaling veroorzaakt door eventuele gasboringen?