In 2009 moet de Europese postmarkt volledig worden opengesteld voor concurrentie. Daartoe heeft eurocommissaris McCreevy een wijziging van de postrichtlijn voorgesteld. GroenLinks ziet voordelen in meer concurrentie, maar vindt dat deze niet ten koste mag gaan van een universele en betaalbare dienstverlening aan consumenten.

In McCreevy’s voorstel dreigen de voordelen van liberalisering vooral terecht te komen bij bedrijven.

Volgens Joost Lagendijk, europarlementariër van GroenLinks, is het mogelijk om van de postbezorging een functionerende markt te maken. “Anders dan bijvoorbeeld het personenvervoer per spoor is de postbezorging niet afhankelijk van één en dezelfde infrastructuur. Daarom valt concurrentie tussen verschillende aanbieders makkelijker te organiseren. Die aanbieders zullen overigens vooral concurreren om de bulkpost van bedrijven te mogen bezorgen. Voor de individuele consument verandert er voorlopig niet zoveel. Tenminste, als we de randvoorwaarden goed regelen. We moeten natuurlijk voorkomen dat er alleen nog brieven worden bezorgd en opgehaald in de dichtbevolkte gebieden waar dat het meest rendabel is. Wel in Amsterdam, niet op Ameland. Ook een inwoner van Ameland moet elke dag zijn post bezorgd krijgen en zelf post kunnen versturen tegen een betaalbare prijs.”

Aan het behoud van deze ‘universele dienstverlening’ besteedt McCreevy in zijn voorstel veel aandacht. “Hij heeft geleerd van de fouten van zijn voorganger Frits
Bolkestein,” constateert Lagendijk. “Die riep massaal verzet van het Europees Parlement over zich af met ondoordachte liberaliseringsvoorstellen.”

“Dat betekent niet dat McCreevy het makkelijk krijgt”, voorspelt Lagendijk. “Eén van de problemen met zijn voorstel is dat de Commissie de verantwoordelijkheid voor de universele dienstverlening in verregaande mate op de afzonderlijke lidstaten afwentelt. De keuzemogelijkheden die de eurocommissaris de lidstaten daarbij biedt zijn niet allemaal even gelukkig. Zijn voorkeur lijkt uit te gaan naar een systeem waarbij nationale regeringen subsidie verstrekken aan het postbedrijf dat met de universele dienstverlening belast wordt. Dat betekent dat, terwijl vooral het bedrijfsleven zal profiteren van lagere tarieven, de belastingbetalers daarvoor de rekening betalen. Het ligt meer voor de hand om alle postbedrijven te laten meebetalen aan de universele postdienst – mits deze op efficiënte wijze wordt verricht.”

Zie ook