Het Nederlands recycling systeem van afgedankte elektrische en elektronische apparaten, alsmede afgedankte autowrakken moet op de helling om plaats te maken voor een beter Europees systeem van hergebruik en recyclage.",

PERSBERICHT

Brussel, 11 januari 2001,

GroenLinks: Verwijderingsbijdrage in strijd met Europese concurrentieregels.

"Het Nederlands recycling systeem van afgedankte elektrische en elektronische apparaten, alsmede afgedankte autowrakken moet op de helling om plaats te maken voor een beter Europees systeem van hergebruik en recyclage.", aldus de vice-voorzitter van de milieu commissie van het Europees Parlement Alexander de Roo.

In vragen aan de Europese Commissie stelt hij aan de orde dat het in Nederland op 1 april 2000 ingevoerde systeem van een voor soortgelijke producten identieke verwijderingsbijdrage voor elektrische en elektronische apparaten in strijd is met de Europese concurrentieregels. De Nederlandse Mededings Autoriteit zal waarschijnlijk nog in januari 2001 tot dezelfde conclusie komen. Dat betekent dat het Nederlandse systeem aangepast zal moeten worden.

Het Nederlandse systeem van verwijderingsbijdrage is een zogenoemd collectief systeem: daarbij worden de kosten van terugname en recycling gefinancierd uit een gemeenschappelijk fonds dat wordt gevuld uit een verwijderingsbijdrage die de consument bij aankoop betaalt.

Bij een systeem op basis van individuele producenten verantwoordelijkheid dragen de afzonderlijke producenten zelf de kosten voor de terugname en recycling van de eigen apparatuur. Deze producenten hebben er dan belang bij om de kosten te minimaliseren door middel van eco-design of een slimme organisatie. Immers in tegenstelling tot het huidige collectieve systeem in Nederland, is er dan een financiële prikkel voor producenten om hun producten zo te ontwerpen dat ze in de afvalfase makkelijker en goedkoper te recyclen worden.

"Ik wil uitdrukkelijk niet de terugname en recycling van apparaten ter discussie, maar de wijze van financiering, zodat het systeem effectiever wordt." aldus de Roo.

GroenLinks staat voor het systeem van individuele financiële producentenverantwoordelijkheid.

De grootste producent van elektrische en elektronische apparaten Electrolux, alsmede firma's als Sony en verschillende IT producenten zijn de zelfde mening toegedaan.

Philips en de meerderheid van de branche daarentegen willen het collectieve Nederlandse systeem in heel Europa invoeren.

De 15 Ministers van Milieu hebben op 19 december jongstleden min of meer een gemeenschappelijk standpunt ingenomen over het recyclen van elektro-schroot. Zij laten de keuze individueel of collectief over aan de Lidstaten. Het Europees Parlement moet zich nog uitspreken over deze kwestie.

____________________

Nadere informatie bij Hein Verkerk, bijgevoegd de volledige tekst van de vragen aan de Europese Commissie.

Vraag van het lid Alexander de Roo (V)

Aan de Europese Commissie.

In haar voorstel betreffende een richtlijn voor afgedankte elektrische en elektronische apparatuur van 13 juni 2000 (COM (2000)347) verplicht de Commissie producenten en importeurs om een systeem op te zetten voor het recyclen van elektrische en elektronische apparatuur en hiervoor ook de volledige kosten te dragen.

De ontwerprichtlijn spreekt zich niet uit over de manier waarop de financiering van het systeem georganiseerd gaat worden. De keuze is voor een systeem waarbij de recyclingkosten uit een gemeenschappelijk fonds komen (een collectief systeem) of een systeem op individuele basis waarbij de producenten alleen de kosten dragen voor de recycling van de eigen apparatuur. Het collectieve systeem biedt individuele bedrijven geen financiële prikkels om (via eco-design of een slimme organisatie) de kosten van terugname te minimaliseren. Het individuele systeem biedt die financiële prikkels wel en valt daarom uit economisch- en milieuopzicht te prefereren.

Tot op heden is Nederland het enige land waar dergelijke collectieve systemen bestaan. Zowel voor de recycling van elektrische en elektronische apparatuur als voor de recycling van afgedankte auto´s betaalt de consument een uniforme bijdrage per product. De Nederlandse mededingingsautoriteit onderzoekt op dit moment of het systeem voor elektrische en elektronische apparatuur wel verenigbaar is met de mededingingsregels. Immers: binnen het collectieve systeem maken bedrijven onderling afspraken over een deel van de prijs. Prijsafspraken zijn in principe verboden. In het verleden heeft de Duitse federale kartelautoriteit de zogenaamde "visible fee" dan ook verboden met de argumentatie dat het hier een normale kostenfactor gaat en dat afspraken hierover derhalve verboden prijsafspraken zijn. Het is de verwachting dat binnenkort ook de Nederlandse kartelautoriteit negatief over dit collectieve systeem zal oordelen. Hoewel beide kartelautoriteiten nauw samenwerken met de DG Competitie van de Europese Commissie heeft deze zelf over de verenigbaarheid van de Nederlandse collectieve systemen met de Europese mededingingsregels nog geen uitspraak gedaan.

- Is de Commissie met mij van mening dat de Nederlandse collectieve systemen voor het financieren van de recycling van elektrische en elektronische apparatuur en voor afgedankte auto´s onverenigbaar zijn met de Europese mededingingsregels?