Hoe moet het verder in Afghanistan na de bombardementen? Dat was het onderwerp van een debat dinsdagmiddag dat door de Groenen/EVA-fractie was georganiseerd. Niet de Europarlementariërs, maar Afghanen voerden het woord.
Sprekers waren vertegenwoordigers van Afghaanse non-gouvernementele en politieke organisaties. Alle sprekers waren het erover eens, dat een toekomstig bestuur in Afghanistan een brede coalitie moet worden, met vertegenwoordiging van alle etnische groepen in Afghanistan. De geschiedenis heeft geleerd, dat nieuwe regeringen, die vanuit het buitenland in Kabul neergezet worden, niet werken. Het Afghaanse volk moet dan ook betrokken worden bij de vorming van de coalitie. Hoewel de ene spreker zich meer expliciet voor verbetering van de positie van de vrouw uitsprak dan de ander, vonden alle sprekers dat de vrouwenrechten in Afghanistan versterkt moeten worden.
GroenLinks Europarlementariër Joost Lagendijk was ook bij de bijeenkomst en verwonderde zich over het gemak waarmee alle gelederen in Afghanistan een plek in de brede coalitie wordt toebedeeld. Lagendijk: "Gezien het verleden zou ik denken dat kritisch gekeken dient te worden naar wie wel en wie niet in een brede coalitie opgenomen kan worden. Het lijkt mij dat je groeperingen, zoals de Taliban en delen van de Noordelijke Alliantie en wellicht ook andere partijen met een gewelddadig verleden, liever niet in die coalitie ziet." Geen van de Afghaanse sprekers wilde echter bij voorbaat groeperingen uitsluiten.
Het vernieuwende aan de bijeenkomst was vooral dat de Afghanen in ballingschap voor het eerst met elkaar aan de tafel zaten. Na afloop werden vele handen geschud, namen en telefoonnummers uitgewisseld. Wellicht was dit het meest vruchtbare deel van de bijeenkomst. Niet alleen kregen de Afghanen het woord, en konden zij zeggen hoe zij over de toekomst van Afghanistan dachten, ook werden onderlinge contacten gelegd.