Nadat in het najaar van 1999 de Maltezer olietanker 'Erica' voor de kust van Bretagne verging, gingen alle alarmbellen rinkelen. Europese wetgeving voor de scheepvaart was een eerste vereiste. Woensdag 10 april 2002 stemde het Europees Parlement voor een verbeterd controle- en informatiesysteem waardoor de kans op een scheepsramp, met grote ecologische gevolgen, kleiner wordt.

Door een beter Europees controle- en informatiesysteem moet het op zee veiliger worden. Alle schepen die EU-havens binnenvaren zijn verplicht een 'zwarte doos' aan boord hebben, zodat oorzaken van eventuele ongelukken gemakkelijk te achterhalen zijn. In zwaar weer is het van belang te weten waar welke schepen zich bevinden. Dat kan middels de 'transponder', dat via radarsysteem werkt, die schepen in Europa straks aan boord moeten hebben.

Daarnaast zijn er voorstellen om de systematische controle op gevaarlijke of vervuilende goederen aan boord te verbeteren. Lokale autoriteiten moeten 'potentieel gevaarlijke' schepen, bijvoorbeeld met gevaarlijke stoffen, nauwlettend volgen. Ook is een verbod op bunkeren op zee bij storm, het overladen van lading op zee naar een ander (kleiner) schip aangekondigd.

GroenLinks-europarlementariër Theo Bouwman is sinds de ramp nauw verbonden geweest met de totstandkoming van de wetgeving. In december 2001 heeft het Parlement al diverse maatregelen genomen als aanscherping van de havenstaatcontrole, harmonisatie van de classificatiebureaus en uitfasering van enkelwandige schepen. Vandaag, woensdag 10 april 2002, is een tweede set van maatregelen goedgekeurd. In de nabije toekomst moet het compensatiefonds bediscussieerd worden. Bouwman: "De wetgeving, bindend voor alle lidstaten, is tot nu toe uiterst vlot tot stand gekomen. De maatschappelijke druk om dit goed te regelen was gelukkig zeer groot, dat is zeker een steun in de rug geweest van de pleitbezorgers van veiligheid op de zee."