Het Europees Parlement heeft ingestemd met een ontwerp-richtlijn over het bestraffen van schendingen van intellectuele eigendomsrechten. GroenLinks-europarlementariër Kathalijne Buitenweg vindt het voorstel overbodig en schadelijk. Innoverende ondernemers worden ten onrechte gecriminaliseerd en de rechtsbasis is wankel.

Als voorbeeld haalt Buitenweg een dj aan, die voor een nieuw dansnummer gebruik maakt van fragmenten van andermans muziek. Moet justitie in actie komen als een rechthebbende zich daardoor benadeeld voelt? Volgens Buitenweg hebben misdaadbestrijders wel wat beters te doen: "Dit soort zaken moet je gewoon aan de civiele rechter overlaten. De dreiging met gevangenisstraf zet een ongewenste rem op creativiteit en innovatie."

Juiste juridische grondslag?
Verder is het de vraag of de EU bevoegd is om een richtlijn te maken. “Piraterij en namaak zijn al strafbaar in alle lidstaten”, onderstreept Buitenweg. “Mede daarom is het zeer twijfelachtig of de richtlijn voldoet aan de strikte criteria die het Europees Hof van Justitie heeft geformuleerd voor strafrechtelijke harmonisatiemaatregelen in de Europese Unie.

Noodzaak niet aangetoond
De Europese Commissie heeft niet aangetoond dat de harmonisatie van het strafrecht onontbeerlijk is voor het functioneren van de interne markt. De interne markt is er volgens Buitenweg veel meer mee gediend als de lidstaten de bestaande wetgeving tegen piraterij en namaak beter handhaven.”

Ondanks de kleine verbeteringen die het Europees Parlement heeft aangebracht kent de ontwerp-richtlijn nog steeds een onevenredig grote rol toe aan het strafrecht, vindt Buitenweg. “Alleen namaak en piraterij op grote schaal zijn criminele activiteiten. Door de ruime definitie van delicten in deze richtlijn worden echter ook gewone zakelijke conflicten over intellectuele eigendomsrechten in de sfeer van het strafrecht getrokken. Dat vergroot de rechtsonzekerheid voor innoverende ondernemers, die vaak voortborduren op bestaand werk."