GroenLinks-Europarlementariër Joost Lagendijk vraagt opheldering van de Europese Commissie over de import van illegaal teakhout uit Birma. De Europese Unive verscherpte vorig jaar haar sanctiemaatregelen tegen Birma.* Sinsdien is het onder andere verboden om Birmees hout te importeren. Maar Milieudefensie kwam erachter dat een deel van de houthandelaren dit verbod gewoon negeert.

"De Birmese bevolking leeft al decennia onder de wrede dictatuur van de junta. Om daar een einde aan te maken hebben we in Europa besloten om sanctiemaatregelen te treffen. Uit het onderzoek van Milieudefensie blijkt nu dat de handel in Birmees teakhout gewoon doorgaat via doorvoerlanden als Maleisië en Thailand. Het sanctiepakket mist zijn doel als de Birmese junta blijft verdienen aan de export van fout hout", aldus Lagendijk.

Oneerlijke concurrentie
Houthandelaren die wel gestopt zijn met de handel in Birmees hout hebben nu last van oneerlijke concurrentie. Klanten vragen namelijk nog steeds om het kwalitatief hoogwaardige Birmese teakhout. Lagendijk: "Dat is de omgekeerde wereld. De markt straft diegenen die zich netjes aan de regels houden. Immorele houthandelaren die dat niet doen worden beloond. Ik wil dat de Europese Commissie snel met een voorstel komt om de mazen in het sanctiepakket te dichten."

Ook vanuit milieuoogpunt is de import van Birmees hout onverantwoord. Tussen 2000 en 2005 is er jaarlijks 466.000 hectare bos kaalgekapt. Dat betekent dat er gemiddeld in die periode elk uur ruim 75 voetbalvelden aan bos zijn verdwenen.

"Europa mag niet aan die kaalkap blijven bijdragen. Ontbossing veroorzaakt wereldwijd bijna een vijfde van de klimaatverandering. Dat moet veranderen. Birma moet niet alleen een einde maken aan de mensenrechtenschendingen, maar ook ontbossing tegengaan", aldus Lagendijk.

* In 1989 veranderde de junta de naam van het land in Myanmar, maar de democratische oppositie bleef vasthouden aan de naam Birma.