Het Europees Parlement roept in een donderdag aangenomen resolutie op tot een einde aan het geweld in Ivoorkust en eist het vertrek van ex-president Laurent Gbagbo. Dan kan de democratisch gekozen president Ouattara zijn functie bekleden. GroenLinks-Europarlementariër Judith Sargentini benadrukt dat de internationale gemeenschap, waaronder de Europese Unie, de Ivorianen niet in de steek mag laten: “Een miljoen ontheemden, meer dan honderdtwintigduizend vluchtelingen en duizenden doden, maar veel te weinig aandacht vanuit de internationale gemeenschap.”
Via internet wordt live verslag gedaan van de ontwikkelingen in Ivoorkust. Het is nog onduidelijk of Gbagbo daadwerkelijk zal opstappen. Sargentini: "Op dit moment lijkt het erop dat Gbagbo weigert om weg te gaan, maar naar alle waarschijnlijkheid zijn Gbagbo's dagen geteld. Het is dus zaak voor de internationale gemeenschap en vooral voor Europa, om de democratische transitie met alle mogelijke middelen te ondersteunen.”
Sargentini wijst op het belang dat de Ivorianen een democratisch gekozen president krijgen die er is voor alle Ivorianen en dat nationale verzoening plaatsvindt: "We moeten er alles aan doen om ervoor te zorgen dat dit de allerlaatste burgeroorlog in Ivoorkust zal zijn. Wanneer dit conflict over is, moet er een nationale verzoening komen. Het geweld moet stoppen."
Ook is Sargentini tevreden dat Gbagbo's tegenstander, Alassane Ouatarra, schriftelijk verklaart de uitspraken van het Internationaal Strafhof te accepteren. “Dit is een belangrijk signaal van Ouatarra, juist omdat beide partijen zich waarschijnlijk schuldig hebben gemaakt aan ernstige misdaden.”
Sargentini ziet een belangrijke rol weggelegd voor de Europese Unie om Ivoorkust te helpen om een volwaardige democratie te worden. “Europa heeft de middelen om de Ivorianen te helpen om een democratische rechtsstaat en een goed bestuur op te bouwen. De Europese Unie is met meer dan vijftig miljoen euro per jaar daarnaast ook nog eens de grootste geldschieter van Ivoorkust. Het merendeel van dit bedrag is juist voor democratisering bestemd.”