GroenLinks maakt het internetters mogelijk openheid te vragen over het aftappen van social media door opsporingsdiensten. Demissionair staatssecretaris Teeven (Justitie) weigert tot nog toe cijfers te geven over hoe vaak politie en justitie social media gebruikers in de gaten houden. GroenLinks-Tweede Kamerlid Arjan El Fassed eiste de afgelopen maanden via Kamervragen transparantie over deze taps, maar kreeg van de staatssecretaris geen helder antwoord. Door een brief te sturen aan hun provider, kunnen internetters nu het heft in eigen handen nemen.
El Fassed: “Als ik gebruik maak van Facebook of Twitter, wil ik weten of deze diensten zorgvuldig met mijn gegevens omgaan. Iedereen heeft er recht op te weten wanneer en waarom zijn persoonlijke levenssfeer en vertrouwelijke communicatie door de overheid worden geschonden. Ik vind dat sociale netwerkdiensten de verantwoordelijkheid hebben te vertellen aan hun gebruikers hoe zij met dergelijke verzoeken omgaan.”
Staatssecretaris Teeven beriep zich in eerste instantie op het “belang van de opsporing”, maar gaf later aan dat hij handelde “in het belang van de staat”. Tegelijkertijd constateert de commissie die toezicht houdt op de overheidsdiensten ontoelaatbare overtredingen bij het ongericht aftappen van digitale communicatie. Nu de staatssecretaris geen duidelijkheid geeft, heeft de social media gebruiker via zijn of haar internetprovider de sleutel in handen tot het verkrijgen van informatie.
El Fassed: “Internetproviders kunnen antwoord geven op de vraag hoe en wanneer justitie en politie inzage hebben gevraagd in de gegevens van gebruikers. Internetters die gebruik maken van social media hebben het recht te weten op welke wijze hun provider omgaat met hun gegevens en hoe zij omgaan met verzoeken van opsporingsdiensten.”
Via een voorbeeldbrief kunnen gebruikers van social media een oproep doen aan hun providers en meehelpen aan openheid over social mediataps. Ondertussen blijft GroenLinks de regering vragen openheid van zaken te geven.