Diezelfde week berichtte de NOS onder de kop “Hoe een pil vijftig keer zo duur werd” over een apotheker die een medicijn zelf maakte totdat hij werd aangeklaagd door het farmaceutische bedrijf Orphan Europe. De apotheker werd in het gelijk gesteld door de rechter, maar hij was het gevecht zo beu dat zijn patiënt nu al vijf jaar hetzelfde maar vijftig keer duurdere medicijn voorgeschreven krijgt.
Ook een belangrijke vraag bij de vergoeding van de geneesmiddelen voor Pompe en Fabry is de hoge prijs van de medicijnen. Moeten deze middelen zo duur zijn en waarom verschillen de prijzen per land? De farmaceutische industrie lijkt meer bezig met marktbescherming en promotiestrategieën dan met het ontwikkelen van innovatieve geneesmiddelen.
Het probleem
De farmaceutische industrie heeft een direct belang bij een zo hoog mogelijke omzet. De laatste jaren is echter slechts een klein percentage van de nieuwe geneesmiddelen ook echt vernieuwend. Er worden veel varianten van bestaande geneesmiddelen op de markt gebracht die weinig risico en veel winst opleveren. Daarnaast wordt er veel geld besteed aan promotie en bewustwordingscampagnes.
Generieke medicijnen
Als het octrooi van een medicijn is verlopen kan in principe ieder farmaceutisch bedrijf dat medicijn produceren en op de markt brengen. De kosten van het medicijn dalen dan vaak spectaculair. Die prijsdaling kan oplopen tot wel tachtig procent van de oorspronkelijke prijs. Generieke medicijnen schelen zorgverzekeraars en patiënten dus miljarden euro's per jaar.
Er zijn de laatste jaren al veel stappen gezet, maar niet genoeg. GroenLinks presenteert drie voorstellen voor een verantwoorde farmaceutische industrie.
GroenLinks wil
- Cijfers op tafel: ontwikkelkosten openbaar
- Onafhankelijke informatie over medicijnen
- Overtredingen harder en sneller aanpakken op Europees niveau
1. Cijfers op tafel: ontwikkelkosten openbaar
De farmaceutische industrie zegt dat de hoge kosten nodig zijn om de ontwikkelkosten (R&D) terug te verdienen. Bij weesgeneesmiddelen gaat dit om een beperkt aantal patiënten. Precieze cijfers noemen ze gevoelige bedrijfsinformatie. Toch maken ze miljarden euro's winst. Eli Lilly besteedde, als kleine farmaceutische speler, evenveel aan onderzoek en ontwikkeling als de winst van het bedrijf, namelijk 4,3 miljard euro op een omzet van 22 miljard euro. (Financieel Dagblad, 7 september 2010)
In werkelijkheid weet niemand wat de ontwikkeling van een medicijn precies kost en gaat er veel geld naar promotie, reclame, en tactieken om het patent te verlengen en de komst van generieke middelen te vertragen.
GroenLinks wil dat de farmaceutische bedrijven openbaar maken wat de ontwikkeling van een medicijn heeft gekost, zodat we weten waarop de prijs van een medicijn is gebaseerd.
Op deze manier kan gekeken worden of de prijs van een medicijn reëel is. En of de lengte van het octrooi en de daarmee gaande marktexclusiviteit gerechtvaardigd is.
2. Onafhankelijke informatie over geneesmiddelen en medische hulpmiddelen
De hoge investering in voorlichting en promotie van de farmaceutische industrie, in de vorm van commerciële artsenbezoeken, de ontwikkeling van lesmateriaal, nascholing, commercials en websites zou niet gebeuren als dat niet gunstig voor de omzet zou zijn. Uit onderzoek van het CPB blijkt dat marketing gericht op artsen, zoals artsenbezoek, advertenties en 'direct mail', tot resultaat hebben dat artsen de kwaliteit van die middelen hoger inschatten. (CPB 2002 Hoe beïnvloedt marketing het voorschrijfgedrag van artsen?) Het gemiddelde aantal uitgeschreven recepten neemt toe en artsen zijn zich veel minder bewust van de prijs van een medicijn of hulpmiddel.
GroenLinks wil onafhankelijke informatie bevorderen.
- Er mag niet worden bezuinigd op de onafhankelijke informatievoorziening voor artsen en de nascholing van artsen.
- Voordat een geneesmiddel wordt toegelaten op de markt wordt het uitvoerig onderzocht. De informatie uit deze rapporten is openbaar, maar moet ook gemakkelijker beschikbaar zijn voor patiënten en artsen.
- De prijs van een hulpmiddel of medicijn moet beter inzichtelijk zijn voor artsen.
- Zeker bij de richtlijnontwikkeling van ziektes moet de invloed van de farmaceutische industrie worden geweerd. Er moet transparantie zijn over alle financiële banden die de betrokken medewerkers hebben
3. Overtredingen harder aanpakken op Europees niveau
Farmaceutische bedrijven zijn beursgenoteerde multinationals met grote belangen en vestigingen in vele landen. Hetzelfde bedrijf hanteert verschillende prijzen in de aparte lidstaten en voert soms juridische procedures in zevenentwintig aparte lidstaten. Dit is onnodig vertragend en ontzettend inefficiënt. Het aanpakken van deze bedrijven is alleen effectief op Europees niveau. GroenLinks wil dat Nederland zich hiervoor inzet.
GroenLinks wil dat de eurocommissaris voor Mededinging, Joaquin Almunia meer menskracht inzet voor het onderzoeken en beboeten van farmaceutische bedrijven.
De aanpak van de octrooihouders, die bijvoorbeeld andere bedrijven betalen om goedkopere medicijnen van de markt te houden of zelfs voorraden van deze medicijnen opkopen om deze vernietigen, moet worden uitgebreid. Een snel besluit over het opleggen van een boete – die kan oplopen tot tien procent van de jaaromzet – heeft een afschrikkend effect op andere farmabedrijven die generieke concurrenten van de markt proberen te houden.
De toekomst: slimme regulering
De farmaceutische industrie heeft treffende overeenkomsten met de bankensector. Ook daar is sprake van perverse prikkels, en ongeduldige aandeelhouders die de sector loszingt van haar maatschappelijke taak. GroenLinks wil dat de alternatieve mogelijkheden voor regulering van de sector worden onderzocht. In Duitsland is bijvoorbeeld begin 2012 een wet aangenomen waarin de farmaceutische bedrijven een jaar de tijd krijgen om de meerwaarde van het nieuwe medicijn aan te tonen. Als dat niet lukt dan vallen ze onder de groep generieke geneesmiddelen, en zijn de geneesmiddelen dus een stuk goedkoper.
Ook het idee van nobelprijswinnaar Joseph Stiglitz moet worden onderzocht. Hij ontwikkelde een structuur om innovatie te stimuleren bij farmaceutische bedrijven die tegelijkertijd de prijs van het geneesmiddel laag houdt. Stiglitz betoogt dat octrooien de verkeerde prikkels geven aan farmaceutische bedrijven, namelijk om winst te maken op hun product in plaats het oplossen van een gezondheidsprobleem. Als je de farmaceutische bedrijven beloont voor de mate waarin ze bijdragen aan een gezondheidsprobleem ben je al een heel stuk verder.
Bovenstaande voorstellen zijn een eerste aanzet voor een fundamentele discussie over het functioneren van de farmaceutische industrie op de lange termijn. Alleen met slimme regulering op Europees niveau kunnen we toe naar een verantwoorde farmaceutische industrie die haar maatschappelijke taak naar behoren uitvoert; het ontwikkelen van nieuwe geneesmiddelen voor ziektes met een transparante bedrijfsvoering.