Van harte welkom bij deze plattelandsbrunch.
Ik ben erg blij dat ik vandaag met u in gesprek kan gaan over het platteland.
Ik zal mijn visie op het platteland geven, terwijl u eet en drinkt.
En daarna wil ik dat u aan het woord bent.

Dan draaien we de rollen om:
U praat; ik eet, drink en luister.
Er zal wat mij betreft veel aan de orde komen.
Ik wil het hebben over het veranderende platteland.
Over stád en platteland.
Ik zal u zeggen wat wij doen tegen het verdwijnen van postkantoren.
Ik presenteer u een nieuw perspectief voor de landbouw.
Ik wil het met u hebben over de rol van vrouwen op het platteland en in de politiek.
Wat mij betreft is dat een cruciale rol.
Daarom praat ik ook juist met ú
GroenLinks krijgt steeds meer wortels op het platteland.
Onze kiezers én leden komen meer en meer van buiten de Randstad.
Dat verbaast me niks.
Het platteland is belangrijk voor ons.
In deze korte maar heftige campagne willen we dat niet rechts laten liggen.
Wij staan deze week drie keer uitgebreid stil bij onderwerpen die juist hier spelen. Zaterdag presenteerde ik ons plan voor 1000 kilometer fiets- en wandelpad erbij.
Vandaag praat ik met u over het platteland.
En vrijdag voeren we actie voor enkele waardevolle groene gebieden in Nederland.
Ik zal daar later nog iets meer over zeggen.
Laat ik beginnen met de betekenis van het platteland voor mijzelf.
Ik ben geen plattelandsvrouw.
Dat had u misschien al in de gaten.
Ik woon in de stad en ik werk in de stad.
En ik geniet van de veelzijdigheid van de stad met al haar voorzieningen.
Maar ik kan niet zonder het platteland.
Ik zou niet kunnen leven in een totaal verstedelijkt land.
Een land heeft ruimte nodig om adem te halen.
Een land moet plaatsen hebben, waar nog rust en ruimte is.
Waar je los komt van de haast en de herrie.
Waar je kunt genieten van de natuur, van de stilte.
Van smaakvolle streekeigen producten.
Die waarden moeten we beschermen.
Er zijn natuurlijk ook minder romantische kanten aan het platteland.
Ik realiseer me heel goed dat het voor velen van u ook hard ploeteren is.
U moet het hoofd boven water houden, terwijl er steeds meer van u wordt gevraagd.
De boeren moeten voldoende, veilig én lekker voedsel produceren.
En dat met respect voor mens en dier, voor natuur en milieu.
Ik kom daar nog op terug.
Er is een groot verschil tussen stad en platteland.
Toch verandert er veel.
De steden worden groter, ook buiten de Randstad.
Mensen willen groter wonen, eerder het huis uit, een twéede huis.
Kleine dorpen werden slaapsteden, groeikernen en ontwikkelingslocaties.
De stad eet meer en meer van haar ommelanden op.
Met nieuwe wegen, bedrijfsterreinen.
Vaak lelijk, een inbreuk op het landschap.
Daarmee is de leefbaarheid in ons land achteruit gegaan.
Tien jaar geleden was je met de fiets zo in het bos of tussen de weilanden.
Nu is dat veel verder weg
Eenmaal in de natuur kun je een voorgeprogrammeerde wandeling maken.
Dat is niet mijn beeld van een leefbaar land.
Een moderne stad heeft voldoende groen in de buurt.
Een moderne stad heeft rust en ruimte binnen handbereik.
Een leefbare stad kan ook niet zonder een leefbaar platteland.
En dan bedoel ik: leefbaar voor de bewóners van het platteland.
Niet alleen stedelingen hebben behoefte aan rust, ruimte en frisse lucht.
Juist de mensen op het platteland hebben deze waarden hoog in het vaandel.
Maar van rust en ruimte alleen kan je niet leven. Van frisse lucht ook niet.
Je hebt ook voorzieningen nodig.
En werkgelegenheid
Winkels, postkantoren, kinderopvang, de bus
En daar schort het de laatste tijd nogal aan.
De afgelopen decennia verdween er meer en meer
De afstanden worden langer, de service minder.
Het is voor u waarschijnlijk een bekend probleem.
Het afgelopen jaar zijn er veel postkantoren gesloten en buslijnen opgeheven.
De markt regeert, zoals opeenvolgende kabinetten het wilden.
En het platteland plukt er de wrange vruchten van.
GroenLinks wil dat er een 'loketwet' komt.
Een loketwet die regelt dat iedereen post en bank in de buurt heeft
Bijvoorbeeld één loket per 5 duizend inwoners, in een straal van 3 kilometer.
Bij dit loket kan je terecht voor eenvoudige handelingen.
Het kopen van postzegels, het versturen van een postpakket, pinnen.
Een paspoort vernieuwen.
Dingen die al lang niet meer vanzelfsprekend zijn in kleine dorpen.
De Stichting Behoud Loket heeft hier al positieve ervaringen mee opgedaan.
Een prima initiatief, dat we nu in een wet willen verankeren.
Het platteland is geen openluchtmuseum.
Het is belangrijk om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen.
De afgelopen jaren is flink geïnvesteerd in snelle internetverbindingen: breedband.
Internet is een steeds belangrijker hulpmiddel om op afstand dingen te regelen.
Bijvoorbeeld een CD bestellen of een vakantie boeken.
Informatie achterhalen, solliciteren of per e-mail contacten onderhouden.
Snel internet is er nu vooral in de stedelijke gebieden.
GroenLinks wil binnen vier jaar àlle woningen op de elektronische snelweg.
Het aanleggen van breedband is op het platteland duurder dan in de stad.
Desondanks willen wij één tarief voor heel Nederland.
Dit kabinet vindt dat de markt het maar moet regelen.
Hierdoor blijft het platteland verstoken van moderne voorzieningen.
Of je betaalt je blauw.
GroenLinks vindt dat er solidariteit moet zijn tussen stad en platteland.
De overheid moet zorgen dat breedband overal beschikbaar is en overal evenveel kost.
Misschien bent u vanochtend met de bus gekomen.
Hier rijdt hij prima.
Elders niet meer.
Het openbaar vervoer is jarenlang verwaarloosd en steeds verder uitgekleed.
Dit kabinet bezuinigde nog eens meer dan 10% op de bussen
GroenLinks wil dat herstellen.
Ook op het platteland moet er een goed busnet zijn.
Voor scholieren en ouderen.
Voor wie geen auto heeft
Daarom willen wij investeren in het openbaar vervoer
Ook op het platteland
Wij willen ook de verbinding met de stad behouden.
Want er speelt nog iets.
De samenleving verandert.
Mensen willen hun eigen leven inrichten.
De Nederlander heeft zich geëmancipeerd en losgemaakt.
Velen zijn zelfstandig, helaas zijn velen ook alleen.
We hebben een druk leven, maar kennen soms onze buren niet meer.
Je kunt steeds meer kiezen wie je bent, maar je hebt daarbij minder houvast.
Sommigen verlangen terug naar oude normen, rituelen en tradities.
Vooral in de stad voelen mensen zich soms ontworteld.
Vorige week was ik in Rotterdam
Daar zag ik dat de buurtbewoneners het tij keren
Ze doen meer samen.
Ze spreken elkaar aan.
Zorgen samen voor een meer ontspannen samenleving.
Een beetje zoals het op het platteland nog vaker is.
Stad en platteland moeten niet teveel uit elkaar groeien.
Terwijl de ruimtelijke grens juist scherp getrokken moet worden.
Natuurlijk, de stad moet hier en daar kunnen uitbreiden.
Maar niet meer dan eerder al in plannen is vastgelegd.
Het platteland moet het platteland blijven.
Open, rustig, groen en leefbaar.
Stad en platteland mogen wel meer van elkaar gaan merken.
Recreatie kan daarbij de motor zijn.
Zeker als meer boeren daar aan mee gaan werken.
Als zij hun streekeigen producten aan huis verkopen.
Ik denk ook aan het basisonderwijs
Veel kinderen denken dat aardappelen en melk in de fabriek worden gemaakt.
Het is goed als het onderwijs aandacht geeft aan landbouw en platteland.
Voor veel kinderen is het erg leuk om eens een dagje 'de boer op' te gaan.
Een leuk initiatief vond onlangs plaats in Kamerik.
Vijftig boeren en vijftig burgers ontmoetten elkaar op een biologische veehouderij.
Het motto was 'mag ik deze dans van u'
Zo kwamen boeren en burgers dichter bij elkaar.
Boeren, burgers én buitenlui willen de groene ruimte open houden.
De overheid moet daar zelf voor zorgen.
4,1 miljoen mensen zijn lid van een groene organisatie.
Dat is meer dan ooit.
Het laat zien dat veel mensen waarde hechten aan de groene ruimte.
Ook als het wat minder gaat met de economie.
Daarom moeten we blijven investeren in het platteland, in de groene ruimte.
En dat kan alleen als alle partijen meedoen.
Na jaren van strijd en polarisatie komt de samenwerking op gang.
Stap je voor stapje groeien landbouw en natuur naar elkaar toe.
Eerst op lokaal niveau.
De boer en de boswachter.
Later de agrarische natuurvereniging en staatsbosbeheer.
En nu ook LTO en Natuurmonumenten.
En dan komt het kabinet Balkenende.
Hup, geld weg bij de natuurorganisaties.
Meer dan de helft van het budget voor natuur is geschrapt!
De boeren moeten het maar doen.
Die willen wel, maar krijgen van dit kabinet geen geld.
Zo worden boeren en natuurorganisaties weer uit elkaar gedreven.
Dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn.
GroenLinks wil een groen contract tussen boeren, natuurbeschermers en overheid.
Een contract voor een leefbaar en kleurrijk platteland.
En een contract met voldoende geld om die wensen ook uit te voeren.
Mijn collega Arie van den Brand kreeg onlangs de steun van de Tweede Kamer voor dit voorstel.
Er moet dan ook snel zo'n contract komen.
Met ruimte voor groene diensten.
Met afspraken over het beheer van de natuur
GroenLinks wil geld voor boerennatuur én natuurontwikkeling
En geld voor groene diensten en kennisoverdracht
En dan de boeren en boerinnen.
Vorige week sprak ik Bram van der Vlugt.
Acteur, en begaan met het Groene Hart.
Hij hield een warm pleidooi voor het behoud van de landbouw in het Groene Hart.
Alleen dan blijft het Groene Hart groen.
En ik ben het roerend met hem eens.
Wij willen dat de sector zich ontwikkelt.
Maar ook dat zij goed contact heeft met de maatschappij.
Sommigen zeggen: weg met de landbouw.
Dat kan wel naar Polen, of Argentinië, of waar dan ook.
Sleep vlees en graan maar over de wereld.
De PvdA doet dat. En de VVD en D66.
Zij willen de boeren in Nederland overlaten aan de grillen van de wereldmarkt.
Lage prijzen, bulkproductie.
Dit leidt tot een ratrace ten koste van landschap, mens en dier.
Anderen zetten de hakken in het zand.
Oogkleppen op en alles houden zoals het is.
Ook dat werkt niet.
Wij kiezen voor het verbinden van landbouw en samenleving.
Er zijn goede ontwikkelingen.
Enthousiaste ondernemers die tegen de stroom in gaan.
Ik wil dat deze ondernemers ondersteund worden.
Een aantal van hen zit vandaag aan tafel.
Zij namen de stap naar biologische landbouw.
Of zetten kleinere stapjes, binnen hun gangbare bedrijf.
Zij zijn een voorbeeld en geven aan waar de sector naar toe moet.
Je kunt je inkomen ook halen uit nevenactiviteiten.
Landschapsbeheer, energieproductie, waterbeheer of huisverkoop.
Een mooi initiatief is de Coöperatie Groene Hart landwinkels, een keten van boeren met verkoop aan huis.
In heel Nederland wordt jaarlijks 250 miljoen euro omgezet in huisverkoop.
Ik denk ook aan agrarisch natuurbeheer.
Hier in Waterland, maar ook in bijvoorbeeld Friesland en Limburg een enorm succes.
Een mooi voorbeeld komt uit Twente
Het landgoed Twickel is een belangrijk natuurgebied en recreatiegebied.
Het landgoed wordt gedragen door vernieuwende boeren.
Door een biologische geitenhouder.
Door een boer die ook voor verstandelijk gehandicapten zorgt.
Door melkveehouders die houtwallen en singels onderhouden.
Dit alles loont.
Onderzoek leert dat vernieuwende bedrijven gemiddeld meer verdienen.
Het gezinsinkomen ligt gemiddeld 24.000 euro hoger.
Desondanks kost innovatie lef en geld.
Daarom wil ik dat de overheid deze ontwikkelingen op het platteland steunt.
Door meer ruimte te geven voor experimenten.
Maar vooral ook met een financieel steuntje in de rug.
Want helaas is er nog veel verborgen armoede
Arme boerengezinnen staan in echt in de kou
Ze willen wel vernieuwen, maar kunnen niet
Zij verdienen onze steun
Want kom maar eens rond van 500 euro per maand.
GroenLinks wil deze mensen vooruit helpen
Met steun voor innovatie
met een garantieregeling en fiscale voordelen bij groene investeringen
Ook Brussel kan hierbij helpen.
Want daar tekent zich langzaam maar zeker een groene revolutie af.
Commissaris Fischler deed deze zomer belangrijke voorstellen.
Minder traditionele boerensteun, meer geld voor plattelandsontwikkeling.
Nu gaat 80% van het geld naar 20% van de boeren.
De rijkste boeren krijgen het meeste geld.
Wij willen dit geld eerlijker verdelen
Niet de rijkste maar de groenste boeren krijgen de meeste steun.
De vernieuwende ondernemers die ik net noemde.
De vernieuwing kwam er vaak eerder ondanks dan dankzij de overheid.
Daarom moet ook de overheid veranderen.
Ik wil een ministerie van plattelandsontwikkeling.
Dit ministerie is gericht op de hervorming van de landbouw en het platteland.
Het ministerie steunt en stimuleert vernieuwende ondernemers.
Het zet zich in om natuurontwikkeling mogelijk te maken.
Om de groene ruimte te beschermen.
Om kleine dorpen leefbaar te houden.
Om de bus te laten rijden, en het postkantoor open te houden.
Om stad en platteland weer te verbinden.
En vooral om deze dingen samenhangend aan te pakken.
Gebiedsgericht en met ruimte voor experimenten.
Geen keurslijf of bureaucratie.
Wél duidelijke doelen stellen.
Die minister moet in de plaats komen van de minister van LNV.
Deze minister moet veel in het land zijn. En ook in Brussel
Om te zorgen dat Europa zich meer inzet voor een groene landbouw.
Dat Nederland optimaal profiteert van het geld voor plattelandsontwikkeling.
Voor samenhang tussen de Europese en de Nederlandse regels en geldstromen.
En eigenlijk vindt ik dat deze minister een vrouw moet zijn.
Nog nooit was een vrouw minister van landbouw of platteland.
Dat wordt hoog tijd.
Juist de vrouwen op het platteland zorgen vaak voor vernieuwing.
Zij zijn de drijvende kracht achter huisverkoop, zorgboerderij en kinderopvang.
De gezamenlijke bonden van plattelandsvrouwen zijn een campagne gestart.
Zij willen meer vrouwen in de politiek, te beginnen bij de Tweede Kamer.
Een prima idee.
Wij hebben het meteen in de praktijk gebracht.
Vrouwen domineren de kandidatenlijst van GroenLinks.
We hebben vier vrouwen bij de eerste zes.
Van de hele lijst is meer dan de helft vrouw.
Veel landen hebben al een vrouwelijke minister van landbouw.
Er zijn ook twee groene minister van landbouw: Renate Künast en Vera Dua
En het is geen toeval: ook dit zijn weer vrouwen.
Ik hoor nu graag uw verhaal.
Waar zij we het eens, en vooral ook, waar niet?
Dank u wel voor uw aandacht.