Vragen van de leden Van Gent en Van der Steenhoven (beiden GroenLinks) aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en aan de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, over het afdwingen van zandwinning.

1. Is de provincie Gelderland een NIMBY-procedure gestart tegen de gemeente West Maas en Waal, ten behoeve van een grootschalige ontzanding (de zgn. F3b locatie)?

2. Wat is de rol van Verkeer en Waterstaat geweest in de totstandkoming van het besluit tot het starten van een NIMBY-procedure? Hoe is de minister van VROM betrokken bij dit besluit?

3. Heeft de staatssecretaris er bij de provincie op aangedrongen om, in overeenstemming met het advies van de commissie Brokx, een dergelijke procedure te beginnen? Waarom?

4. Is het correct dat de staatssecretaris heeft afgesproken de provincie Gelderland te “ondersteunen bij de voorbereiding van de NIMBY procedure” (citaat afkomstig uit brief van 2 maart 2000 aan NVTB, uw kenmerk HKW/AKO-4118) en dat deze voorbereiding inmiddels is gestart? Waarom is besloten tot deze ondersteuning en wat is de precieze aard en inhoud hiervan?

5. Welke kosten zijn naar uw verwachting verbonden aan deze NIMBY-procedure, voor zowel rijk, provincie als gemeente? Staan deze kosten naar uw mening in verhouding tot het nagestreefde doel?

6. Vindt u de ontstane (bestuurlijke) situatie met betrekking tot de zandwinning voldoende aanleiding om artikel 40 en 41 WRO ‘uit de kast te trekken’? Zijn deze NIMBY-artikelen niet exclusief in het leven geroepen voor ‘vastgelopen procedures’? Is daarvan sprake, gezien het feit dat de ‘ontzanders’, Nederzand, niet in beroep zijn gegaan tegen het Bestemmingsplan Buitengebied West Maas en Waal?

7. Hoe beoordeelt u de urgentie van zandwinning in West Maas en Waal? Welke inspanningen zijn sinds 1992 verricht ter ontwikkeling van alternatieven voor (binnendijkse) zandwinning, zoals hergebruik van secundair zand, zand uit bagger of uit puinbrekers?

8. Hoe verhoudt de aanhoudende inzet van de staatssecretaris op zandwinning in West Maas en Waal zich met het staand beleid van het ministerie van Verkeer en Waterstaat om zand in eerste instantie buitendijks in de uiterwaarden te winnen, mede met het oog op de rivierverruiming ten behoeve van de veiligheid voor omwonenden, en op het voornemen van het kabinet om op termijn, in het kader van de fiscale vergroening, een heffing in te stellen op het gebruik van primaire grondstoffen?

Zie onder meer Binnenlands Bestuur, 2 juni 2000