Het Europees Parlement roept EU-buitenlandchef Federica Mogherini op om individuele sancties tegen de Burundese president Pierre Nkurunziza en zijn entourage voor te bereiden. Europarlementariër Judith Sargentini schreef mee aan de resolutie over de politieke onrust in Burundi. De situatie in het land blijft zeer gespannen; Sargentini vreest voor een verdere escalatie in de aanloop naar de presidentiële verkiezingen volgende week woensdag.

De parlementsverkiezingen van 29 juni werden gewonnen door de omstreden regeringspartij van zittend president Nkurunziza. “Geen verrassende uitslag”, constateert Sargentini. “Angst en intimidatie beheersten deze verkiezingen.” De Verenigde Naties verklaarden al dat de verkiezingen niet vrij en geloofwaardig waren.

De aankondiging in april van Nkurunziza om een derde ambtstermijn na te streven, leidde tot zware protesten en een mislukte staatsgreep. Al zeventig mensen kwamen om het leven bij de protesten en ruim 140.000 Burundezen zijn naar buurlanden gevlucht.

Het inhouden van ontwikkelingsgelden eerder heeft geen invloed gehad op de regering die blijft volhouden dat de kandidaatstelling van Nkurunziza legitiem is. Daarom vraagt het Europarlement nu om individuele sancties – het bevriezen van banktegoeden en weigeren van visa - tegen president Nkurunziza en zijn entourage voor te bereiden.

“De onrust in Burundi kan gemakkelijk overslaan naar de buurlanden en een nieuw regionaal conflict teweegbrengen.” stelt Sargentini. “De grenzen tussen Burundi en haar buurlanden zijn poreus. Etnische, sociale en politieke spanningen zijn nog sterk aanwezig in de regio van de Grote Meren.” In buurland DR Congo zien we een gelijke tendens. De poging van zittend president Joseph Kabila om de wet zo te verruimen dat een derde presidentiële ambtstermijn voortaan toegestaan is, leidde tot hevige protesten. Verkiezingen in Congo zijn voorzien voor november 2016.

Sargentini zou in juni afreizen naar Burundi als onderdeel van de Europese waarnemingsmissie. De EU besloot echter om de missie af te blazen omdat de crisis in het land geen geloofwaardige en transparantie verkiezingen toestond.