GroenLinks heeft schriftelijke vragen gesteld aan minister Peijs over de dreigende monopolievorming in het stad- en streekvervoer. De aanleiding hiervoor vormt het bericht dat 90% van de betwistbare markt bediend wordt door slechts drie vervoersconglomeraten.

Met de Wet personenvervoer 2000 (Wp2000) werd in het Nederlandse stad –en streekvervoer de marktwerking geïntroduceerd. Hierbij zou de concurrentie in het stad- en streekvervoer moeten zorgen voor lagere prijzen en een betere dienstverlening. Vlak voor het verkiezingsreces keurde de Tweede Kamer een wijzing van de Wp2000 goed, waarmee ook aan de grote steden de verplichting werd opgelegd om de bus, tram en metro aan te besteden op de markt. GroenLinks heeft zich altijd fel verzet tegen de invoering van deze marktwerking in het openbaar vervoer omdat de huidige marktwerking slecht is voor het personeel en de reiziger.

Volgens het kamerlid Duyvendak dreigt nu monopolievorming in het stad- en streekvervoer. Er blijkt immers geen sprake te zijn van grote concurrentie op de inschrijvingen. Drie grote vervoersbedrijven beheersen, met een marktaandeel van circa 90%, de Nederlandse markt. De kleinere concessiegebieden worden doorgaans bediend door hun dochterondernemingen.
Hiermee vreest GroenLinks dat de overheidsbedrijven vervangen zijn door een monopolie van de grote vervoersconglomeraten.
GroenLinks vindt het daarom hoog tijd dat de minister Peijs scherper toezicht gaat houden op de bedrijven in het openbaar vervoer.

De Vervoerskamer van de Nederlandse Mededingsautoriteit (NMa) houdt namens onder minister Peijs van Verkeer en Waterstaat de vervoersmarkt in de gaten. De NMa houdt echter in veel sectoren direct toezicht op basis van marktmachtartikelen. Hiermee kan de NMa, voorafgaand aan een aanbesteding, van iedere bedrijf dat wil meedingen beoordelen of deze, gezien zijn marktaandeel, wel aan de aanbesteding zou mogen meedoen.
Voor het openbaar vervoer zijn deze marktmachtartikelen echter nog niet in werking getreden.

GroenLinks heeft daarom aan minister Peijs voorgesteld om deze bepalingen zo spoedig mogelijk in werking te laten treden. Hiermee moet de verdere vorming van monopolies door de grote vervoersreuzen worden voorkomen.

Wijnand Duyvendak