Vanaf woensdag begint in het Europees Parlement de enquêtecommissie Emissiemetingen in de automobielsector (EMIS) met haar werk. Europarlementariër Bas Eickhout is coördinator van de Groenen in deze commissie die onderzoek gaat doen naar het dieselgate-schandaal bij Volkswagen en naar de rol van de Europese en nationale politiek daarin. Samen met Groene collega's stelde Eickhout een routekaart op met zes onderzoeksvragen waar de enquêtecommissie antwoorden op moet formuleren.

1. Wat zijn de exacte feiten over het overschrijden van uitstootlimieten van auto's in de praktijk?

Auto's die op papier onder de limieten voor de uitstoot van stikstofoxide (NOx) blijven, halen in de praktijk waardes die vele malen hoger liggen. De enquêtecommissie vraagt uitleg aan onderzoekers uit die testresultaten toetsen aan praktijktests en die de impact op luchtkwaliteit en volksgezondheid onderzoeken. De enquêtecommissie moet toegang krijgen tot alle relevante documenten van onderzoeken uitgevoerd door agentschappen van de Europese Commissie.

2. Hoe handhaven Amerikaanse regulatoren de uitstootlimieten?

Dieselgate werd ontdekt in de Verenigde Staten. De enquêtecommissie vraagt vertegenwoordigers van de Amerikaanse autoriteiten uit om uitleg te geven over handhaving van regels in de VS. Het bewijs dat ingediend wordt bij de rechtszaak van de Amerikaanse overheid tegen Volkswagen houdt de enquêtecommissie nauwlettend in de gaten.

3. Hoeveel auto's hebben sjoemelsoftware aan boord? Kunnen ze met huidige technologie onder de uitstootlimieten blijven?

De enquêtecommissie moet wetenschappers en technici horen om te onderzoeken of het met de huidige technologie mogelijk is om in de praktijk (dus op de weg) onder de uitstootlimieten te blijven. Waarom zijn systemen die stikstofoxide uit uitlaatgassen filteren vatbaar voor fraude met sjoemelsoftware? De enquêtecommissie moet uitzoeken op welke schaal sjoemelsoftware wordt gebruikt. Was er wetgeving om handelsgeheimen te beschermen die de autofabrikanten hielp om sjoemelsoftware te verdoezelen?

4. Waarom fraudeerden autofabrikanten? En was de Europese koepelorganisatie op de hoogte?

Natuurlijk moet de enquêtecommissie de topbestuurders van de autofabrikanten uitnodigen. Waar haalden zij het vertrouwen vandaan dat goedkeuringsinstanties hun sjoemelsoftware niet zo ontdekken? Welke rol speelde de Europese koepelorganisatie voor de autoindustrie hierin?

5. Was de Europese Commissie op de hoogte? En waarom greep ze niet in?

Verantwoordelijke (oud-)eurocommissarissen moeten voor de enquêtecommissie verschijnen. Had de Europese Commissie aanwijzingen over het bestaan van sjoemelsoftware? Had ze eerder moeten ingrijpen? Waarom gingen er bij de Europese Commissie geen alarmbellen rinkelen toen testresultaten zo afweken van praktijkmetingen?

6. Waren EU-landen op de hoogte? En waarom grepen ze niet in?

De nationale goedkeurings- en controle-instanties moeten uitleggen waarom ze de sjoemelsoftware en afwijkende meetwaardes niet in de gaten hadden. Wat gebeurt er nu met auto's waarvan we weten dat ze sjoemelsoftware aan boord hebben?