Deze wetswijziging was hard nodig. Van alle Europese landen heeft Nederland de minste vrouwen met een managementpositie. De Nederlandse Female Board Index 2021 geeft aan dat slechts 13% van de bestuurders en 33% van de commissarissen van beursgenoteerde bedrijven vrouw zijn. Bovendien hebben 73% van de ondernemingen geen vrouwen in de raad van bestuur, en heeft 17% geen enkele vrouwelijke commissaris.
GroenLinks strijdt al jaren voor een vrouwenquotum in de top van het bedrijfsleven, om oude, vastgeroeste patronen te doorbreken. Tijdens het plenaire debat in de Eerste Kamer op 14 september, verwoordde GroenLinks-senator Farah Karimi het belang van deze wetswijziging:
“Discriminatie, uitsluiting en ongelijke rechten staan de realisatie van een rechtvaardige samenleving in weg. Daarnaast is het van groot belang voor het welzijn en de welvaart van een samenleving om gebruik te maken van het volle potentieel en talent van al haar inwoners, ongeacht hun verschillen. De top van het bedrijfsleven moet een afspiegeling van onze samenleving worden, niet alleen omdat dit juist en rechtvaardig is, maar ook omdat dit economisch zinvol is.”
GroenLinks verwelkomt deze stap vooruit, en we zijn benieuwd naar toekomstige voorstellen om de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt te verbeteren – niet alleen in de top van het bedrijfsleven, maar overal. Hiervoor kijken we ook uit naar het plenaire debat over de wet betaald ouderschapsverlof in de Eerste Kamer volgende week dinsdag. Dit voorstel kan de verdeling van kinderzorgtaken tussen mannen en vrouwen gelijker maken, en zo de arbeidspositie van vrouwen versterken.