“Als EU voeren we nu, onbewust, slecht woonbeleid, maar met deze voorstellen kunnen we dit rechtzetten. Het recht op wonen is gewoon een grondrecht, maar blijkt door doorgeslagen marktwerking steeds moeilijker waar te maken. Als Europees Parlement laten we nu zien hoe het wel kan”, aldus Van Sparrentak.
De belangrijkste voorstellen uit het rapport:
- Meer betaalbare woningen. Het Europees begrotingsbeleid en de Europese staatssteunregels moeten aangepast worden om meer te kunnen investeren in betaalbare woningen voor zowel lage-, als middeninkomens. Nederland zou bijvoorbeeld de vrijheid moeten krijgen om de inkomensgrens voor sociale huur te veranderen.
- Een huis om in te wonen, niet als verdienmodel voor beleggers en investeerders. Aanpakken van speculatie op de huizenmarkt. Huizenbezitters met hypotheek en huurders beschermen tegen huisuitzettingen.
- Stop op illegale verhuur. Steden krijgen meer zeggenschap over verhuur via platformen zoals Airbnb en Booking.com. Regels voor digitale platforms verplichten hen ook verhuurgegevens met de steden te delen. Zo blijven meer woningen over voor werkelijke bewoners.
- Einde aan dakloosheid. Een doelstelling om dakloosheid uiterlijk in 2030 te beëindigen in de EU. Ook moeten landen en steden worden ondersteund om te zorgen voor een woning voor mensen die dakloos zijn, zonder daar voorwaarden aan te verbinden.
- Een sociale renovatiegolf. Investeren in woningrenovatie kan het economisch herstel aanzwengelen, banen creëren en helpen de Green Deal realiseren. Door met voorrang in te zetten op sociale huurwoningen wordt energiearmoede aangepakt.
Na het aannemen van de voorstellen van Van Sparrentak is de Europese Commissie nu aan zet om ermee aan de slag te gaan. “Als Europees Parlement hebben we laten we zien dat we tot heel progressieve voorstellen kunnen komen. De Europese Commissie moet nu dit omzetten in concrete wetgeving Zo maken we echt grote stappen naar een betaalbaar huis voor iedereen”, besluit Van Sparrentak.