Europese regels om giftige stoffen in kunstmest in te dammen. “Dat klinkt als een saai, procedureel dossier waar iedereen het met elkaar eens is”, zegt Europarlementariër Bas Eickhout, “maar het draait uit op een volledig oververhit debat waar geopolitiek, dubieuze landbouwlobby, gezondheid, milieu en circulaire economie bij elkaar komen.”

Het gaat om het gebruik van fosfaat als bestandsdeel voor kunstmest. Het is een hele schaarse stof die vaak van nature is vervuild met cadmium. Eickhout: “Dat cadmium is een zeer giftig zwaar metaal. Europa heeft het in vrijwel alle toepassingen verboden, maar kunstmest is de grote uitzondering. Onze bodem en ons voedsel wordt in toenemende mate met deze giftige stop vervuild.”

Import van fosfaat

Er zijn twee landen waar EU-landen fosfaat voor kunstmest vandaan halen: Marokko en Rusland. Momenteel komt het overgrote deel uit Marokko, maar het Marokkaanse fosfaat bevat heel veel cadmium. Het is technisch mogelijk om cadmium uit het fosfaat te zuiveren, maar omdat de Europese eisen veel te laks zijn, is er geen enkele aanleiding om daar in te investeren.

Volgens een rapport van EFSA, de Europese voedselveiligheidsorganisatie, is de gemiddelde wekelijkse inname van cadmium via voedsel dicht bij de maximale veilige waarde, maar sommige groepen, zoals vegetariërs of kinderen krijgen meer binnen, zelf tot wel twee keer het maximaal veilige.

De Europese Commissie wil nu nieuwe eisen stellen aan het cadmiumniveau in kunstmest. Over een periode van twaalf jaar wordt het stapsgewijs omlaag gebracht van het gemiddelde nu (60 mg per kilo kunstmest) naar veiligere hoeveelheden. Eickhout is tevreden dat de milieucommissie van het Europarlement op voorstel van de Groenen nu in negen jaar terug wil naar 20 mg per kilo. “Hoe sneller we van cadmium af zijn, hoe beter.”

Landbouwlobby

De landbouwlobby verzet zich echter met hand en tand tegen elke aanscherping van de regelgeving. Ze willen een wettelijke limiet die gelijk ligt aan het (gevaarlijke) gemiddelde van 60 mg per kilo kunstmest van nu, zonder geleidelijke afbouw.

Een groot deel van het Europees Parlement is gevoelig voor de argumenten van de landbouwlobby. Zo halen ze er geopolitiek erbij. Strengere eisen zou de prijs van fosfaat opdrijven en ons volledig afhankelijk maken van Russische import. Gevolg is dat er veel Europarlementariërs zijn die de onacceptabel hoge limieten in stand willen houden.

Eickhout vindt dat onbegrijpelijk: “Er zijn fantastische alternatieven voor de import van fosfaat uit het buitenland. We kunnen het inmiddels prima terugwinnen uit rioolwater. Dat is nou precies de Europese circulaire economie waar iedere politicus de mond vol van heeft.”

“Met de stemming in de milieucommissie hebben we nu een eerste slag gewonnen”, zegt Eickhout, “maar we hebben nog een flinke strijd voor de boeg.”